01-06-2014 | Artikelen
Is er nieuws over ondervoeding?
Gepubliceerd in: Bijblijven | Uitgave 6/2014
Log in om toegang te krijgenSamenvatting
Ten minste één op de tien patiënten in de huisartsenpraktijk is ondervoed. Ouderen, patiënten met multimorbiditeit en chronisch zieken hebben een verhoogd risico. De prevalentie van (risico op) ondervoeding bij thuiswonende geriatrische patiënten bedraagt zelfs meer dan 50%. Een huisarts moet rekening houden met minimaal 250 ondervoede patiënten in zijn praktijk.
We onderscheiden drie vormen van ondervoeding: anorexie, sarcopenie en cachexie.
Ondervoeding leidt tot een toename van de zorgbehoefte en een toename van de zorgkosten. Een vroege herkenning en behandeling van ondervoeding zijn gewenst. Screening van risicogroepen kan daarbij worden overwogen. Er zijn nog geen eenduidige diagnostische criteria vastgesteld. De huisarts kan een eenvoudige gevalideerde vragenlijst de SNAQ 65+ gebruiken.
De behandeling van ondervoeding in de eerste lijn wordt vaak multidisciplinair uitgevoerd, onder regie van de huisarts. Een effectieve voedingsbehandeling duurt ten minste drie maanden. De belangrijkste taak van huisartsen is misschien wel het aan ondervoeding denken bij hoogrisicogroepen.
Vroege herkenning en behandeling kunnen bijdragen aan herstel van ziekte, (behoud van) kwaliteit van leven, en vermindering van zorgkosten.