Skip to main content
Top

2016 | OriginalPaper | Hoofdstuk

7 Schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen

Auteur : M.S. van der Wal

Gepubliceerd in: Leerboek psychiatrie voor verpleegkundigen

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

  • Schizofrenie kenmerkt zich door psychotische perioden met zogenoemd ‘positieve’ symptomen als wanen, hallucinaties en verwardheid, en ‘negatieve’ symptomen als mentale uitputting, vertraging en vervlakking van mimiek, emoties en sociale teruggetrokkenheid.
  • De term ‘schizofrenie’ werd geïntroduceerd door Eugen Bleuler (1857-1937). Hij doelde hiermee onder meer op de fragmentatie van cognitieve functies. De term ‘schizofrenie’ heeft niets te maken met de huidige betekenis van de uitdrukking ‘gespleten persoonlijkheid’ (dissociatieve identiteitsstoornis) (paragraaf 7.1.1).
  • Een psychose wordt gekenmerkt door positieve symptomen (formele denkstoornissen ofwel stoornissen in de vorm van het denken, inhoudelijke denkstoornissen ofwel waangedachten, specifieke psychotische bewegingsstoornissen (katatonie)) en/of negatieve symptomen (initiatiefverlies en (sociale) afvlakking) en een gestoorde realiteitstoetsing (box 7.2).
  • Criterium A van schizofrenie omvat twee of meer van de volgende kenmerken, waarvan elk in een periode van één maand een significant deel van de tijd aanwezig is (of korter indien succesvol behandeld). Minstens één van deze moet (1), (2) of (3) zijn:
    1.
    wanen;
     
    2.
    hallucinaties;
     
    3.
    gedesorganiseerd spreken;
     
    4.
    ernstig gedesorganiseerd of katatoon gedrag;
     
    5.
    negatieve symptomen (box 7.6).
     
  • Volgens de DSM-5 kan worden gesproken van een schizoaffectieve stoornis indien er sprake is van een ononderbroken ziekteperiode, waarbij er tegelijkertijd ofwel een depressieve episode, een manische episode of een gemengde episode is met symptomen die voldoen aan criterium A van schizofrenie (box 7.7).
  • De incidentie van schizofrenie is circa 15 personen per 100.000 inwoners per jaar (paragraaf 7.1.4).
  • Bij de etiologie van schizofrenie spelen naast erfelijkheid waarschijnlijk ontwikkelingsstoornissen van de hersenen, met name in het eerste trimester van de zwangerschap, een rol. Er is ook verondersteld dat virusinfecties (met name herpesvirussen en het influenzavirus) meespelen bij het ontstaan van schizofrenie (paragraaf 7.2.1).
  • Schizofrenie komt vaker voor in lagere sociaal-maatschappelijke klassen en bij stadsbewoners. Hierbij zijn oorzaak of gevolg echter onduidelijk. De social drift theory stelt dat mensen met schizofrenie geneigd zijn om naar de stad te trekken (paragraaf 7.2.2).
  • Schizofrenie komt vaker voor bij migranten; mogelijk speelt bij deze groep een hogere cannabisconsumptie mee (paragraaf 7.2.2).
  • High expressed emotion (veel kritiek en bemoeizucht richting betrokkene) verhoogt de kans op een recidief psychotische decompensatie (paragraaf 7.2.2).
  • Enkele gevolgen van een psychose kunnen zijn: controleverlies, functionele cognitieve problemen, emotionele afvlakking, sociaal-cognitieve problemen, depressieve stemmingsklachten, angst, agitatie, agressie, sociale uitsluiting,verlies van vaardigheden en stigmatisering (paragraaf 7.4.1-7.4.9).
  • Het ziektemodel legt het accent op de symptomen van de (psychiatrische) ziekte en de medische behandeling daarvan. Iemand met psychische klachten wordt als patiënt gezien (paragraaf 7.5.2).
  • Rehabilitatie is gebaseerd op de gedachte dat psychiatrische patiënten evenveel rechten als anderen hebben om lid te zijn van de samenleving en dat opsluiten in een psychiatrisch ziekenhuis ongewenst is (paragraaf 7.5.3).
  • Herstel (recovery) duidt op het ontgroeien van de catastrofale gevolgen van een psychiatrische aandoening en de ontwikkeling van een nieuwe betekenis en nieuwe doelen in iemands leven (paragraaf 7.5.4).
  • Voor de verpleegkundige zorg rondom schizofrenie geldt dat er in elk geval aandacht moet zijn voor:
    • behandeling van de symptomen van schizofrenie;
    • de gevolgen van de psychotische periode (blijvende beperkingen of niet);
    • copingvaardigheden met betrekking tot stress;
    • de invloed van het systeem rondom de patiënt;
    • het eigen herstelproces van de patiënt, dat een uniek en grillig verloop heeft;
    • de beschikbaarheid van hulpbronnen;
    • (re-)integratie in de maatschappij (paragraaf 7.5.7).
  • Bij de behandeling van schizofrenie zijn in de eerste plaats antipsychotica geïndiceerd (paragraaf 7.6.1).
  • Volgens de dopaminehypothese hangt de werking van antipsychotica voor een belangrijk deel samen met blokkade van dopaminereceptoren in de mesolimbische regio van de hersenen (paragraaf 7.6.1).
  • Een bijwerking van antipsychotica is onder meer parkinsonisme. Dit kenmerkt zich door rusttremoren, spierstijfheid, traagheid, bewegingsarmoede en een instabiele houding (paragraaf 7.6.2).
  • Acute acathisie is een bewegingsstoornis die door patiënten als ‘bewegingsdrang’ of als ‘innerlijke onrust’ wordt beschreven (paragraaf 7.6.2).
  • Acute dystonie is een bewegingsstoornis met spasmen in de spieren van gezicht, hals, ledematen of romp (paragraaf 7.6.2).
  • ‘Metabool syndroom’ is een verzamelterm voor vijf somatische aandoeningen: verstoorde bloedglucosewaarde, hypertensie, centrale obesitas, verstoorde vetstofwisseling, verhoogd eiwitgehalte in de urine (paragraaf 7.6.2).
  • De typische antipsychotica zijn de klassieke (oudere) middelen die relatief veel extrapiramidale bijwerkingen veroorzaken. De atypsiche (moderne) antipsychotica veroorzaken veel minder extrapiramidale, maar doorgaans meer metabole bijwerkingen; deze middelen zijn vaak ook meer sederend (paragraaf 7.6.3).
  • Clozapine (Leponex®) is berucht omdat het bij 0,8-3% van de gebruikers leidt tot remming van het beenmerg en dus verminderde aanmaak van met name witte bloedcellen. Dit noopt tot periodieke bloedcontroles (paragraaf 7.6.4).
  • Het maligne neurolepticumsyndroom is een acute levensbedreigende toestand die gepaard gaat met heftige extrapiramidale bijwerkingen en ontregeling van de hypothalamusfuncties. De symptomen betreffen onder meer ernstige spierstijfheid, tremoren en verhoogde lichaamstemperatuur (> 38 °C) (paragraaf 7.6.4).
  • Belangrijke taken van de verpleegkundige bij de farmacotherapie zijn motiveren, observeren, voorlichting geven, medicatie verstrekken, probleemsignalering en controle (paragraaf 7.8).
  • Bij ernstige katatonie kan ECT worden toegepast (paragraaf 7.9.1).
  • Repetitieve transcraniële magnetische stimulatie (rTMS) kan bij akoestische hallucinaties worden overwogen als aanvullende behandeling (paragraaf 7.9.2).
  • Assertive Community Treatment (ACT) is een vorm van intensieve psychiatrische thuiszorg, die zich richt op de doelgroep met de grootste beperkingen. FACT (Functie ACT) is een afgeleide zorgvorm met lagere zorgintensiteit, terwijl de continuïteit van zorg gewaarborgd blijft (paragraaf 7.10.3).
  • Systeembegeleiding is zinvol omdat een stabiel functionerend systeem bijdraagt aan, respectievelijk noodzakelijk is voor, herstel (paragraaf 7.11).
  • Mensen met een psychotische stoornis of schizofrenie kunnen veel baat hebben bij lotgenotencontact (paragraaf 7.12.2).
  • Met behulp van cognitieve gedragstherapie (CGT) kunnen de gevolgen van blijvende wanen en hallucinaties worden verminderd (paragraaf 7.13).
  • Herstelondersteunende zorg is erop gericht dat de patiënt de regie over zijn leven weer zo goed mogelijk terugkrijgt (paragraaf 7.17.3).
Literatuur
go back to reference AHA; Grundy SM, Brewer HB, Cleeman JI, et al. Definition of metabolic syndrome: report of the National Heart Lung and Blood Institute/American Heart Association conference of scientific issues related to definition. Circulation 2004;109:433–8.CrossRef AHA; Grundy SM, Brewer HB, Cleeman JI, et al. Definition of metabolic syndrome: report of the National Heart Lung and Blood Institute/American Heart Association conference of scientific issues related to definition. Circulation 2004;109:433–8.CrossRef
go back to reference Alphen C van, Ammeraal M, Blanke C, et al. Multidisciplinaire richtlijn schizofrenie. Utrecht: de Tijdstroom, 2012. Alphen C van, Ammeraal M, Blanke C, et al. Multidisciplinaire richtlijn schizofrenie. Utrecht: de Tijdstroom, 2012.
go back to reference Amsterdam JGC van, Opperhuizen A, Brink W van den. Cannabis als risicofactor van schizofrenie. Tijdschr Psychiatrie 2004;46:515–24. Amsterdam JGC van, Opperhuizen A, Brink W van den. Cannabis als risicofactor van schizofrenie. Tijdschr Psychiatrie 2004;46:515–24.
go back to reference Anthony WA, Cohen M, Farkas M. Psychiatric rehabilitation. Boston: Boston centre for psychiatric rehabilitation, Boston University, 1990. Anthony WA, Cohen M, Farkas M. Psychiatric rehabilitation. Boston: Boston centre for psychiatric rehabilitation, Boston University, 1990.
go back to reference Appelo MT. Van draagkracht naar draaglast (hoofdstuk 1 De parel en het zwijn). Houten: Bohn Stafleu van Loghum, 1999. Appelo MT. Van draagkracht naar draaglast (hoofdstuk 1 De parel en het zwijn). Houten: Bohn Stafleu van Loghum, 1999.
go back to reference Arends J, Velden J van der, Withaar F, et al. Terugvalpreventie bij patiënten met schizofrenie. De betekenis van vroege waarschuwingssignalen. In: Sloof CJ, Withaar F, Gaag M van der. Terugvalpreventie bij schizofrenie en verwante psychosen. Den Haag: Kenniscentrum Schizofrenie, 2005:317–340. Arends J, Velden J van der, Withaar F, et al. Terugvalpreventie bij patiënten met schizofrenie. De betekenis van vroege waarschuwingssignalen. In: Sloof CJ, Withaar F, Gaag M van der. Terugvalpreventie bij schizofrenie en verwante psychosen. Den Haag: Kenniscentrum Schizofrenie, 2005:317–340.
go back to reference Baart, A. Een theorie van de presentie. Derde druk. Den Haag: BoomLemma, 2001. Baart, A. Een theorie van de presentie. Derde druk. Den Haag: BoomLemma, 2001.
go back to reference Bell V, Halligan PW, Ellis HD. Explaining delusions: a cognitive perspective. Trends Cogn Sci 2006;10(5):219–26.CrossRefPubMed Bell V, Halligan PW, Ellis HD. Explaining delusions: a cognitive perspective. Trends Cogn Sci 2006;10(5):219–26.CrossRefPubMed
go back to reference Berry K, Barrowclough C, Haddock G. The role of expressed emotion in relationships between psychiatric staff and people with a diagnosis of psychosis: a review of the literature. Schizophr Bull 2011;37(5):958–72.CrossRefPubMed Berry K, Barrowclough C, Haddock G. The role of expressed emotion in relationships between psychiatric staff and people with a diagnosis of psychosis: a review of the literature. Schizophr Bull 2011;37(5):958–72.CrossRefPubMed
go back to reference Birchwood M, Smith J, Macmillan F, et al. Predicting relapse in schizofrenia: the development and implementation of an early signs monitoring system using patients and families as observer, a preliminary investigation. Psychol Med 1989;19:649–56.CrossRefPubMed Birchwood M, Smith J, Macmillan F, et al. Predicting relapse in schizofrenia: the development and implementation of an early signs monitoring system using patients and families as observer, a preliminary investigation. Psychol Med 1989;19:649–56.CrossRefPubMed
go back to reference Bleuler E. Dementia Praecox, oder Gruppe der Schizofrenien. Leipzig/Wenen: F. Deuticke, 1911. [Heruitgave: Nijmegen: Arts en Boeve, 2001.] Bleuler E. Dementia Praecox, oder Gruppe der Schizofrenien. Leipzig/Wenen: F. Deuticke, 1911. [Heruitgave: Nijmegen: Arts en Boeve, 2001.]
go back to reference Boevink W. Herstelprocessen van mensen met psychische aandoeningen. Passage 2005;14(4):7–18. Boevink W. Herstelprocessen van mensen met psychische aandoeningen. Passage 2005;14(4):7–18.
go back to reference Bogers JPAM. Granulocytopenie bij clozapine: doorgaan of stoppen met behandeling. Tijdschr Psychiatrie 2007;49:575–9. Bogers JPAM. Granulocytopenie bij clozapine: doorgaan of stoppen met behandeling. Tijdschr Psychiatrie 2007;49:575–9.
go back to reference Bosch RJ van den, Louwerens JW, Slooff CJ. Behandelingsstrategieën bij schizofrenie. Houten: Bohn Stafleu van Loghum, 2004. Bosch RJ van den, Louwerens JW, Slooff CJ. Behandelingsstrategieën bij schizofrenie. Houten: Bohn Stafleu van Loghum, 2004.
go back to reference Broek PJJA van den, Garenfeld W, Hermans WRM, et al. Transmuraal Regionaal Formularium. Tilburg: TRFC, 2005. Broek PJJA van den, Garenfeld W, Hermans WRM, et al. Transmuraal Regionaal Formularium. Tilburg: TRFC, 2005.
go back to reference Cooper B. Immigration and schizophrenia: the social causation hypothesis revisited. Br J Psychiatry 2005;186:361–3.CrossRefPubMed Cooper B. Immigration and schizophrenia: the social causation hypothesis revisited. Br J Psychiatry 2005;186:361–3.CrossRefPubMed
go back to reference Dalfsen AN van, Eede F van den, Bossche B van den, et al. Benzodiazepinen bij de behandeling van katatonie. Tijdschr Psychiatrie 2006;48:235–9. Dalfsen AN van, Eede F van den, Bossche B van den, et al. Benzodiazepinen bij de behandeling van katatonie. Tijdschr Psychiatrie 2006;48:235–9.
go back to reference Dekker J, Goris C, Jonghe F de. Steun, stress, kracht en kwetsbaarheid in de psychiatrie. Assen: Van Gorcum, 1997. Dekker J, Goris C, Jonghe F de. Steun, stress, kracht en kwetsbaarheid in de psychiatrie. Assen: Van Gorcum, 1997.
go back to reference Diem O. The simple dementing form of dementia praecox, 1903 [Translation]. In: Cutting J, Shepherd H (eds). Schizophrenia: the origin and development of its study in Europe. Cambridge: Cambridge University Press, 1986. Diem O. The simple dementing form of dementia praecox, 1903 [Translation]. In: Cutting J, Shepherd H (eds). Schizophrenia: the origin and development of its study in Europe. Cambridge: Cambridge University Press, 1986.
go back to reference Doorduin J. Herpes viruses and neuroinflammation: PET imaging and implication in schizophrenia [proefschrift]. Groningen: Rijksuniversiteit Groningen, 2010. Doorduin J. Herpes viruses and neuroinflammation: PET imaging and implication in schizophrenia [proefschrift]. Groningen: Rijksuniversiteit Groningen, 2010.
go back to reference EGIR (European Group for the Study of Insulin Resistance); Balkau B, Charles MA. Comment on the provisional report from the WHO consultation. Diabetes Med 1999;16:442–3.CrossRef EGIR (European Group for the Study of Insulin Resistance); Balkau B, Charles MA. Comment on the provisional report from the WHO consultation. Diabetes Med 1999;16:442–3.CrossRef
go back to reference Erp N van, Giesen F, Leeuwen L van, et al. Implementatie van individual placement and support in Nederland. Utrecht:Trimbos-instituut, 2005. Erp N van, Giesen F, Leeuwen L van, et al. Implementatie van individual placement and support in Nederland. Utrecht:Trimbos-instituut, 2005.
go back to reference Gaag M van der. The results of cognitive training in schizophrenic patients. Delft: Eburon Publishers, 2005. Gaag M van der. The results of cognitive training in schizophrenic patients. Delft: Eburon Publishers, 2005.
go back to reference Gaag M van der, Withaar F, Sloof CJ. Cognitieve gedragstherapeutische behandelingen bij mensen met een psychose. Den Haag: Kenniscentrum Schizofrenie, 2006. Gaag M van der, Withaar F, Sloof CJ. Cognitieve gedragstherapeutische behandelingen bij mensen met een psychose. Den Haag: Kenniscentrum Schizofrenie, 2006.
go back to reference Garenfeld W, Wilting I. Oculotoxische en dermatotoxische bijwerkingen bij gebruik van fenothiazinen. Tijdschr Psychiatrie 2007;49:251–5. Garenfeld W, Wilting I. Oculotoxische en dermatotoxische bijwerkingen bij gebruik van fenothiazinen. Tijdschr Psychiatrie 2007;49:251–5.
go back to reference Goei L de, Plooy A, Weeghel J. Ben ik goed in beeld? Utrecht: Trimbos-instituut, 2006. Goei L de, Plooy A, Weeghel J. Ben ik goed in beeld? Utrecht: Trimbos-instituut, 2006.
go back to reference Gommer AM, Poos MJJC, Bruggeman R. Hoe vaak komt schizofrenie voor en hoeveel mensen sterven eraan? In: Volksgezondheid Toekomst Verkenning, Nationaal Kompas Volksgezondheid. Bilthoven: RIVM, 2011. Gommer AM, Poos MJJC, Bruggeman R. Hoe vaak komt schizofrenie voor en hoeveel mensen sterven eraan? In: Volksgezondheid Toekomst Verkenning, Nationaal Kompas Volksgezondheid. Bilthoven: RIVM, 2011.
go back to reference Harten PN van. Bewegingsstoornissen door medicijnen: een handleiding voor psychiatrisch verpleegkundigen. Amersfoort: Van Harten Education en Research, 2004. Harten PN van. Bewegingsstoornissen door medicijnen: een handleiding voor psychiatrisch verpleegkundigen. Amersfoort: Van Harten Education en Research, 2004.
go back to reference Hecker E. Die Hebefrenie. Archiv für pathologische Anatomie und Physiologie und für klinische Medicin 1871;52:392–429. In: Hovens JE, Ploeg GJ van der. De grote psychiatrie in klassieke teksten. Utrecht: de Tijdstroom, 2006:117–42. Hecker E. Die Hebefrenie. Archiv für pathologische Anatomie und Physiologie und für klinische Medicin 1871;52:392–429. In: Hovens JE, Ploeg GJ van der. De grote psychiatrie in klassieke teksten. Utrecht: de Tijdstroom, 2006:117–42.
go back to reference Hoek HW, Oel CJ van. Epidemiologie van schizofrenie. In: Boer JA den, Bosch RJ van den. Leerboek schizofrenie. Utrecht: de Tijdstroom, 1996:78–94. Hoek HW, Oel CJ van. Epidemiologie van schizofrenie. In: Boer JA den, Bosch RJ van den. Leerboek schizofrenie. Utrecht: de Tijdstroom, 1996:78–94.
go back to reference Hoof F van, Geelen K, Rooijen S, et al. Meedoen: maatschappelijke ondersteuning van mensen met psychische handicaps. Monitorrapportage vermaatschappelijking. Utrecht: Trimbos-instituut, 2004. Hoof F van, Geelen K, Rooijen S, et al. Meedoen: maatschappelijke ondersteuning van mensen met psychische handicaps. Monitorrapportage vermaatschappelijking. Utrecht: Trimbos-instituut, 2004.
go back to reference Kahlbaum KL. Die Katatonie oder das Spannungsirresein. Eine klinische Form Psychischer Krankheit. Berlin: Hirschwald, 1874. [Heruitgave: Nijmegen: Arts en Boeve, 2000.] Kahlbaum KL. Die Katatonie oder das Spannungsirresein. Eine klinische Form Psychischer Krankheit. Berlin: Hirschwald, 1874. [Heruitgave: Nijmegen: Arts en Boeve, 2000.]
go back to reference Kellen, D. van der. Verpleegkundige monitoring bij somatiek & leefstijl, 2014. Geciteerd in: Meeuwissen J, Meijel B van, Gool R van. Concept richtlijn somatische screening bij patiënten met een ernstige psychische aandoening (EPA). 2014. http://www.ggzrichtlijnen.nl. Kellen, D. van der. Verpleegkundige monitoring bij somatiek & leefstijl, 2014. Geciteerd in: Meeuwissen J, Meijel B van, Gool R van. Concept richtlijn somatische screening bij patiënten met een ernstige psychische aandoening (EPA). 2014. http://​www.​ggzrichtlijnen.​nl.
go back to reference Knegtering H, Sloof CJ, Arends R, et al. Behandelprotocollen bij schizofrenie en verwante psychosen. Deel 1. Assen: Kenniscentrum Schizofrenie, 2003. Knegtering H, Sloof CJ, Arends R, et al. Behandelprotocollen bij schizofrenie en verwante psychosen. Deel 1. Assen: Kenniscentrum Schizofrenie, 2003.
go back to reference Krabbendam L, Os J van. Schizophrenia and urbanicity: a major environmental influence - conditional on genetic risk. Schizophrenia Bulletin 2005;31(4):795–9.CrossRefPubMed Krabbendam L, Os J van. Schizophrenia and urbanicity: a major environmental influence - conditional on genetic risk. Schizophrenia Bulletin 2005;31(4):795–9.CrossRefPubMed
go back to reference Kraepelin E. Psychiatrie, ein Lehrbuch für Studierende und Aertze. Band II. Sechste Auflage. Leipzig: JA Barth, 1899. [Heruitgave: Nijmegen: Arts en Boeve, 1999.] Kraepelin E. Psychiatrie, ein Lehrbuch für Studierende und Aertze. Band II. Sechste Auflage. Leipzig: JA Barth, 1899. [Heruitgave: Nijmegen: Arts en Boeve, 1999.]
go back to reference Kuipers E. Family interventions in schizophrenia: evidence for efficacy and proposed mechanisms of change. J Fam Ther 2006;28(1):73–80.CrossRef Kuipers E. Family interventions in schizophrenia: evidence for efficacy and proposed mechanisms of change. J Fam Ther 2006;28(1):73–80.CrossRef
go back to reference McGrath J, Saha S, Welham J, et al. A systematic review of the incidence of schizophrenia: the distribution of rates and the influence of sex, urbanicity, migrant status and methodology. BMC Medicin 2004;2(13):1–22. McGrath J, Saha S, Welham J, et al. A systematic review of the incidence of schizophrenia: the distribution of rates and the influence of sex, urbanicity, migrant status and methodology. BMC Medicin 2004;2(13):1–22.
go back to reference Meijel B van, Gaag M van der, Kahn RS, et al. Protocol voor het werken met een signaleringsplan ter preventie van psychosen bij patiënten met schizofrenie. Utrecht: UMC/Verplegingswetenschap, 2000. Meijel B van, Gaag M van der, Kahn RS, et al. Protocol voor het werken met een signaleringsplan ter preventie van psychosen bij patiënten met schizofrenie. Utrecht: UMC/Verplegingswetenschap, 2000.
go back to reference Michon H, Busschbach JT van, Vugt M van, et al. Effectiviteit van individuele plaatsing en steun in Nederland: verslag van een gerandomiseerde gecontroleerde effectstudie. Deelrapport 1: Bevindingen na 18 maanden follow-up. Groningen/Utrecht: Rob Giel Onderzoekscentrum/Trimbos-instituut, 2011. Michon H, Busschbach JT van, Vugt M van, et al. Effectiviteit van individuele plaatsing en steun in Nederland: verslag van een gerandomiseerde gecontroleerde effectstudie. Deelrapport 1: Bevindingen na 18 maanden follow-up. Groningen/Utrecht: Rob Giel Onderzoekscentrum/Trimbos-instituut, 2011.
go back to reference Mierlo F van, Boer K de, Heygele J. Psycho-educatie voor familieleden en naasten van mensen met schizofrenie. Utrecht: Trimbos-instituut, 2004. Mierlo F van, Boer K de, Heygele J. Psycho-educatie voor familieleden en naasten van mensen met schizofrenie. Utrecht: Trimbos-instituut, 2004.
go back to reference Miller WR, Rollnick S. Motivational Interviewing: preparing people for change. Second revised edition. New York: Guilford Publications, 2002. Miller WR, Rollnick S. Motivational Interviewing: preparing people for change. Second revised edition. New York: Guilford Publications, 2002.
go back to reference Morel BA. Traité des maladies mentales. Vol 1 & 2. Tweede editie. Paris: Masson, 1860. Morel BA. Traité des maladies mentales. Vol 1 & 2. Tweede editie. Paris: Masson, 1860.
go back to reference Moreno JL, Kurita M, Holloway T, et al. Maternal influenza viral infection causes schizophrenia - like alterations of 5-HT2 A and mGlu2 receptors in the adult offspring. J Neurosc 2011; 31(5):1863–72.CrossRef Moreno JL, Kurita M, Holloway T, et al. Maternal influenza viral infection causes schizophrenia - like alterations of 5-HT2 A and mGlu2 receptors in the adult offspring. J Neurosc 2011; 31(5):1863–72.CrossRef
go back to reference Moritz S, Woodward TS. Metacognitive training in schizophrenia: from basic re-search to knowledge translation and intervention. Current Opinion in Psychiatry 2007;20(6):619–25.CrossRefPubMed Moritz S, Woodward TS. Metacognitive training in schizophrenia: from basic re-search to knowledge translation and intervention. Current Opinion in Psychiatry 2007;20(6):619–25.CrossRefPubMed
go back to reference Naber D, Moritz S, Lambert M, et al. Improvement of schizophrenic patient’s subjective well-being under atypical anti-psychotic drugs. Schizophrenia Res 2001;50:79–88. [Nederlandse vertaling: SWN-tool. Houten: Eli Lilly Nederland BV.]CrossRef Naber D, Moritz S, Lambert M, et al. Improvement of schizophrenic patient’s subjective well-being under atypical anti-psychotic drugs. Schizophrenia Res 2001;50:79–88. [Nederlandse vertaling: SWN-tool. Houten: Eli Lilly Nederland BV.]CrossRef
go back to reference Nasrallah HA, Smeltzer DJ. Contemporary diagnosis and management of the patient with schizophrenia. Newtown, VS: Handbooks in health care Co, 2002. Nasrallah HA, Smeltzer DJ. Contemporary diagnosis and management of the patient with schizophrenia. Newtown, VS: Handbooks in health care Co, 2002.
go back to reference Neuman B, Fawcett J. The Neuman Systems Model. Fourth edition. Upper Saddle River, NY, VS: Pearson Education Inc, 2002. Neuman B, Fawcett J. The Neuman Systems Model. Fourth edition. Upper Saddle River, NY, VS: Pearson Education Inc, 2002.
go back to reference NVASP (Nederlandse vereniging van artsen somatisch werkzaam in de psychiatrie). Richtlijn somatische complicaties bij antipsychoticagebruik. Amersfoort: NVSAP, 2007. NVASP (Nederlandse vereniging van artsen somatisch werkzaam in de psychiatrie). Richtlijn somatische complicaties bij antipsychoticagebruik. Amersfoort: NVSAP, 2007.
go back to reference Os J van, Kenis G, Rutten BPF. The environment and schizophrenia. Nature 2010;468:203–12.CrossRef Os J van, Kenis G, Rutten BPF. The environment and schizophrenia. Nature 2010;468:203–12.CrossRef
go back to reference Overall JE, Gorham DR. The brief psychiatric rating scale. Psychological Reports 1962;10:799–812.CrossRef Overall JE, Gorham DR. The brief psychiatric rating scale. Psychological Reports 1962;10:799–812.CrossRef
go back to reference Peperstraten JJ van, Aalders HCWM, Gaag M van der, et al. Psycho-educatie voor mensen met schizofrenie of verwante psychose. Deel 2. Den Haag: Kenniscentrum Schizofrenie, 2003. Peperstraten JJ van, Aalders HCWM, Gaag M van der, et al. Psycho-educatie voor mensen met schizofrenie of verwante psychose. Deel 2. Den Haag: Kenniscentrum Schizofrenie, 2003.
go back to reference Plooy A. Stigmatiseren van mensen met psychische aandoeningen. Ook wij? Maandblad Geestelijke volksgezondheid 2006;61:910–5. Plooy A. Stigmatiseren van mensen met psychische aandoeningen. Ook wij? Maandblad Geestelijke volksgezondheid 2006;61:910–5.
go back to reference Rapp CA, Goscha RJ. The strenghts model: casemanagement with people with psychiatric disabilities. New York: Oxford university Press, 2006. Rapp CA, Goscha RJ. The strenghts model: casemanagement with people with psychiatric disabilities. New York: Oxford university Press, 2006.
go back to reference Read J, Os J van, Morrison AP, et al. Childhood trauma, psychosis and schizophrenia: a literature review with theoretical and clinical implications. Acta Psychiatr Scand 2005;112(5):330–50.CrossRefPubMed Read J, Os J van, Morrison AP, et al. Childhood trauma, psychosis and schizophrenia: a literature review with theoretical and clinical implications. Acta Psychiatr Scand 2005;112(5):330–50.CrossRefPubMed
go back to reference Sander W. Über eine specielle Form der primären Verrücktheit. Archiv Psychiatrie und Nervenkrankheiten (Berlin) 1868–1869(1):387–419. Sander W. Über eine specielle Form der primären Verrücktheit. Archiv Psychiatrie und Nervenkrankheiten (Berlin) 1868–1869(1):387–419.
go back to reference Schizophrenia Working Group of the Psychiatric Genomics Consortium. Biological insights from 108 schizophrenia associated genetic loci. Nature 2014;511:421–7.CrossRef Schizophrenia Working Group of the Psychiatric Genomics Consortium. Biological insights from 108 schizophrenia associated genetic loci. Nature 2014;511:421–7.CrossRef
go back to reference Schneider K. Clinical psychopathology. New York: Grune and Stratton, 1959. Schneider K. Clinical psychopathology. New York: Grune and Stratton, 1959.
go back to reference Selten JP, Sijben AES. First admission rates for schizophrenia in immigrants to the Netherlands. Soc Psychiatry Psychiatr Epidemiol 1994;29:71–7.PubMed Selten JP, Sijben AES. First admission rates for schizophrenia in immigrants to the Netherlands. Soc Psychiatry Psychiatr Epidemiol 1994;29:71–7.PubMed
go back to reference Smits CT, Gaag M van der. Cognitieve gedragstherapie bij schizofrenie. Tijdschr Psychiatr 2010;52(2):99–109.PubMed Smits CT, Gaag M van der. Cognitieve gedragstherapie bij schizofrenie. Tijdschr Psychiatr 2010;52(2):99–109.PubMed
go back to reference Stahl SM. Essential psychopharmacology. Cambridge: Cambridge university Press, 2005. Stahl SM. Essential psychopharmacology. Cambridge: Cambridge university Press, 2005.
go back to reference Susser ER, Neugebauer HW, Hoek HW, et al. Schizophrenia after prenatal exposure to famine: further evidence. Arch Gen Psychiatry 1996;53(1):25–31.CrossRefPubMed Susser ER, Neugebauer HW, Hoek HW, et al. Schizophrenia after prenatal exposure to famine: further evidence. Arch Gen Psychiatry 1996;53(1):25–31.CrossRefPubMed
go back to reference Trimbos-instituut. Multidisciplinaire richtlijn werk en ernstige psychische aandoeningen. utrecht: de Tijdstroom, 2013. Trimbos-instituut. Multidisciplinaire richtlijn werk en ernstige psychische aandoeningen. utrecht: de Tijdstroom, 2013.
go back to reference Trimbos-instituut. Multidisciplinaire richtlijn somatische screening bij patiënten met een ernstige psychische aandoening, en leefstijlbegeleiding bij EPA. Concept. Werkgroep Richtlijnontwikkeling Algemene somatische screening & Leefstijl. Utrecht: Trimbos-instituut, 2014. Trimbos-instituut. Multidisciplinaire richtlijn somatische screening bij patiënten met een ernstige psychische aandoening, en leefstijlbegeleiding bij EPA. Concept. Werkgroep Richtlijnontwikkeling Algemene somatische screening & Leefstijl. Utrecht: Trimbos-instituut, 2014.
go back to reference Veldhuizen R van, Bähler M, Polhuis D, et al. Handboek FACT. Utrecht: de Tijdstroom, 2008. Veldhuizen R van, Bähler M, Polhuis D, et al. Handboek FACT. Utrecht: de Tijdstroom, 2008.
go back to reference Waarde JA van, Zandbergen EGJ, Verwey B. Maligne neurolepticumsyndroom: een complexe diagnose en behandeling. Tijdschr Psychiatr 2005;47:549–55. Waarde JA van, Zandbergen EGJ, Verwey B. Maligne neurolepticumsyndroom: een complexe diagnose en behandeling. Tijdschr Psychiatr 2005;47:549–55.
go back to reference Weeghel J van, Michon H, Kroon H. Arbeidsrehabilitatie vanuit een GGZ-team: de betekenis van het individual placement and support-model uit de Verenigde Staten. Maandblad Geestelijke volksgezondheid 2002;57:936–49. Weeghel J van, Michon H, Kroon H. Arbeidsrehabilitatie vanuit een GGZ-team: de betekenis van het individual placement and support-model uit de Verenigde Staten. Maandblad Geestelijke volksgezondheid 2002;57:936–49.
go back to reference WHO (World Health Organization). Definition, diagnosis and classification of diabetes mellitus and its complications. Part I. The metabolic syndrome. Geneva: WHO, 1999:31. WHO (World Health Organization). Definition, diagnosis and classification of diabetes mellitus and its complications. Part I. The metabolic syndrome. Geneva: WHO, 1999:31.
go back to reference Wilken JP. Herstel van schizofrenie: een hoopvol perspectief. Maandblad Geestelijke volksgezondheid 2006;61:208–18. Wilken JP. Herstel van schizofrenie: een hoopvol perspectief. Maandblad Geestelijke volksgezondheid 2006;61:208–18.
Metagegevens
Titel
7 Schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen
Auteur
M.S. van der Wal
Copyright
2016
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-1312-9_7