2016 | OriginalPaper | Hoofdstuk
1 Het biopsychosociale model
Auteur : Prof.dr. W. van Tilburg
Gepubliceerd in: Leerboek psychiatrie voor verpleegkundigen
Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum
Samenvatting
-
In de middeleeuwen werd ‘gekte’ vaak in verband gebracht met bezetenheid door de duivel en in de renaissance met ‘behekst’ zijn (paragraaf 1.1.1).
-
Philippe Pinel (1745-1826) was een Franse arts die ten tijde van de Franse Revolutie de voorman werd van een beweging die de ‘krankzinnigen’ scheidde van de delinquenten en andere ‘onmaatschappelijken’, en ze opnam in wat men nu een psychiatrisch ziekenhuis zou noemen (paragraaf 1.1.1).
-
Wilhelm Griesinger (1817-1868; Duitsland) stelde dat geestesziekten, hersenziekten zijn.
-
Eind negentiende, begin twintigste eeuw wordt wel de periode van de ‘eerste biologische psychiatrie’ genoemd (paragraaf 1.1.1).
-
Emil Kraepelin (1856-1926) was een voorloper van de moderne neurowetenschappers. Hij kan vanwege zijn classificatiewerk ook worden beschouwd als de eerste klinisch epidemioloog (paragraaf 1.1.2).
-
Een van de grondleggers van de psychologische benadering was Sigmund Freud (1856-1939). Hij ontwikkelde een nieuwe behandelmethode en een daarbij passende theorie, die bekend is geworden als de psychoanalyse (paragraaf 1.1.2).
-
In de eerste helft van de twintigste eeuw, met name voor de Tweede Wereldoorlog, werd op basis van slecht onderbouwde biologisch-psychiatrische theorieën geëxperimenteerd met diverse therapieën, zoals de koortskuur, de insulinecomatherapie en de cardiazolshock (paragraaf 1.1.2).
-
Juist voor de Tweede Wereldoorlog kwam mede door de Amerikaanse psychiater Adolf Meyer (1866-1950) de sociale psychiatrie tot ontwikkeling (paragraaf 1.1.3).
-
Na de Tweede Wereldoorlog ontwikkelde de psychiatrie zich verder vanuit de biologische invalshoek (met bijvoorbeeld de ontwikkeling van psychofarmaca, de correlatie van gedrag aan neuronale circuits, de ethologische verklaringsmodellen), de psychologische invalshoek (met onder andere de client-centered therapy van Carl Rogers (1902-1987)) en de sociologische invalshoek (bijvoorbeeld de antipsychiatrie, de de-institutionalisering, de wet BOPZ) (paragraaf 1.1.4).
-
Van groot belang voor de ontwikkeling van de moderne psychiatrie is ook de bijdrage van wetenschappelijk onderzoek (paragraaf 1.1.4).
-
Dankzij de Amerikaanse cardioloog George Engel (1913-1999)heeft de term ‘biopsychosociaal model’ internationale bekendheid gekregen. Engel heeft gedemonstreerd dat het biopsychosociale model kan worden opgevat als een vorm van systeemtheorie (paragraaf 1.2.1 en 1.2.2).
-
Twee invloedrijke classificatiesystemen voor ziekten respectievelijk psychiatrische stoornissen zijn de ICD (International Classification of Diseases and Related Health Problems) en de DSM (Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders) (paragraaf 1.3.2).
-
Volgens de DSM wordt een psychische functiestoornis als ziekelijk of abnormaal beschouwd indien er tevens sprake is van lijdensdruk en/of sociaal disfunctioneren (paragraaf 1.3.2).
-
De structuurdiagnostiek impliceert een formulering van hoe de stoornis bij de individuele patiënt tot stand is gekomen en waarom deze blijft bestaan. Hierbij kan het stress-kwetsbaarheidsmodel worden ingepast (paragraaf 1.3.3).
-
-Twee belangrijke noties vanuit de psychosociale werkwijze zijn het grote belang van een goede behandelrelatie en het grote belang van het meewegen van de mogelijke steun vanuit het sociale systeem (paragraaf 1.4).