Gepubliceerd in:
01-10-2012
Woorden vooraf
Auteurs:
Vincent Koppelmans, Bert van Dien
Gepubliceerd in:
Neuropraxis
|
Uitgave 6/2012
Log in om toegang te krijgen
Extract
Bij dementie wordt doorgaans een indeling gehanteerd die ruwweg bestaat uit alzheimerdementie en vasculaire dementie. Tegenwoordig blijkt die dichotomie niet meer op te gaan. Een indeling met aan de ene kant puur degeneratieve hersenschade (alzheimer-type-afwijkingen) en aan de andere kant puur vasculaire schade, waarbij de meeste patiënten een combinatie hebben van beide typen schade, lijkt aannemelijker. Met conventionele MRI zijn niet alle vormen van vaatschade te zien. Micro-infarcten zijn een belangrijk voorbeeld van ‘onzichtbare vaatschade’, vooral omdat neuropathologisch onderzoek het belang van deze laesies bij cognitief verval en dementie heeft aangetoond. Nieuwe beeldvormende technieken moeten het mogelijk maken die micro-infarcten op te sporen. Wat de precieze aard is van deze laesies, waar zij zich bevinden en bij welke patiënten ze voorkomen, is nog onvoldoende bekend. Dit soort informatie is tot op heden alleen beschikbaar uit neuropathologische studies, reden waarom Manon Brundel, Jaap Kappelle en Geert Jan Biessels een systematische samenvatting geven van neuropathologische studies waarin micro-infarcten worden beschreven bij de algemene populatie of als uiting van cognitieve stoornissen, vasculaire risicofactoren of vasculaire schade in de hersenen. …