Introductie
Tweede primaire maligniteiten
eerste auteur | jaar van diagnose | aantal patiënten | kenmerken van de patiënt | risico op tweede primaire maligniteit in vergelijking met de bevolking | belangrijkste resultaten |
---|---|---|---|---|---|
Travis (2005) [7] | 1943–2001 | 40.576 (10-jaars overlevers) | chemotherapie radiotherapie CT en RT gegevens uit populatie gebonden kankerregistraties | 1,8 (1,3–2,5) (RR) 2,0 (1,9–2,2) 2,9 (1,9–4,2) | – Er is een aanzienlijk verhoogd risico op solide maligniteiten gedurende ten minste 35 jaar na de behandeling. – Het risico op een tweede tumor nam af met toenemende leeftijd bij de diagnose teelbalkanker. – Longkanker (RR 1,5), colon (RR 2,0), blaas (RR 2,7), pancreas (RR 3,6) en maag (RR 4,0) waren goed voor 60% van de totale overschrijding |
Richiardi (2006) [8] | 1943–2000 | 29.511 | gegevens uit populatiegebonden kankerregistraties geen behandeldetails opgenomen | – De totale SIR was 1,65 (1,57–1,73) voor solide maligniteiten na mediaan 8,3 jaar follow-up. De SIR’s voor de meeste solide tumoren lagen tussen 1 en 2, en namen toe met toenemende follow-up | |
Van den Belt-Dusebout (2007) [9] | 1965–1995 | 2.707 (5-jaar overlevers) | alleen chirurgie radiotherapie chemotherapie RT en CT | 0,7 (0,4–1,3) (HR) 1,7 (1,5–2,0) 1,4 (0,9–2,1) 3,0 (2,0–4,4) | – De totale SIR was 1,7 (1,5–1,9) na mediaan 17,6 jaar follow-up. Het risico van tweede tumor was 2,6 (1,7–4,0) na infradiafragmatische RT en 2,1 (1,4–3,1) na chemotherapie in vergelijking met alleen chirurgie |
Groot [10] | 1976–2007 | 5.848 (1-jaars overlevers) | seminoom non-seminoom | 1,5 (1,3–1,7) (SIR) 2,2 (1,9–2,6) | – De totale SIR solide maligniteit was 1,8 (1,6–2,0) na mediaan 14,1 jaar follow-up. – Bij patiënten die waren behandeld met cisplatine-combinatiechemotherapie was HR voor solide maligniteit 2,4 (1,6–3,6); HR voor colorectale maligniteit 3,9 (1,7–8,9). Er is een duidelijk hogere HR met het stijgen van de dosis radiotherapie of cisplatine |
Hart- en vaatziekten en het fenomeen van Raynaud
Hart- en vaatziekten
eerste auteur | jaar van diagnose | aantal patiënten | mediaan FU (range) in jaren | kenmerken van de behandeling | statistische methode | risico op CHD (95%-BI) | opmerkingen |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Meinardi (2000) [12] | 1977–1987 | 87a | 14 (10–20) | allen behandeld met cisplatine-bevattende therapie | SIR | 7,1 (1,9–18,3) | – Het betrof 2 testiskankerpatiënten met MI en 3 patiënten met AP met bewezen myocardischemie |
Huddart (2003) [15] | 1982–1992 | 992 | 10 (0–20) | alleen chirurgie radiotherapie chemotherapie CT en RT | RR | 1,0 (referentie) 2,4 (1,0–5,4) 2,6 (1,2–5,8) 2,8 (1,1–7,1) | – Geen beperkingen wat betreft follow-upduur. – De RR is aangepast voor leeftijd. – Een ‘cardiaal event’ als gemeten eindpunt |
Van den Belt-Dusebout (2006) [16] | 1965–1995 | 2.339 (5-jaars overlevers) | 18 (5–38) | alleen chirurgie RT infradiafragma (inf) RT mediastinum (med) chemotherapie CT en RT inf CT en RT med | SIR-behandelingsgroepen | 0,8 (0,5–1,2) 0,7 (0,6–0,9) 1,6 (1,1–2,4) 1,2 (0,8–1,6) 1,3 (0,7–2,3) 2,3 (1,2–3,9) | – MI > 5 jaar na diagnose. – Cardiovasculaire gegevens werden verkregen uit medische dossiers en via vragenlijsten die naar de huisartsen van de patiënten werden gestuurd en vergeleken met leeftijdsgematchte controles |
< 45 jaar 45–54 jaar ≥ 54 jaar | SIR bereikte leeftijd | 1,6 (1,0–2,5) 1,5 (1,1–2,0) 0,9 (0,7–1,1) | |||||
Haugnes (2010) [17] | 1980–1994 | 990 (10-jaars overlevers) | 19 (13–28) | alleen chirurgie radiotherapie chemotherapie (PVB) chemotherapie (BEP) CT en RT | HR | ns ns ns 3,1 (1,2–7,7) 4,8 (1,6–13,9) | – MI > 2 jaar na diagnose. Fatale gebeurtenissen uitgesloten. – Alle zelfgerapporteerde CHD zijn gevalideerd aan de hand van medische dossiers. – Vergeleken met leeftijd gematchte controles |
Lubberts (2022) [18] | 1996–2007 | 4.748 | 16 (10–25) | alleen chirurgie radiotherapie chemotherapie CT en RT | HR | 1 1,1 (0,6–1,9) 1,9 (1,1–3,1) 2,5 (1,2–5,1) | – Patiënten met obesitas bij start van de behandeling met chemotherapie HR op CHD 4,6 (2,0-10,0). – Patiënten die een MI hadden doorgemaakt, hebben een slechtere QoL |