Skip to main content
Top

2016 | OriginalPaper | Hoofdstuk

10 Neurocognitieve stoornissen

Auteurs : T. Verdonschot, Dr. M. Kat

Gepubliceerd in: Leerboek psychiatrie voor verpleegkundigen

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

  • Cognitieve stoornissen zijn stoornissen in het (her)kennen van de omgeving. Daaronder vallen ook stoornissen in aandacht en concentratie, inprenting, geheugen, planning, overzicht, initiatief en diverse aangeleerde vaardigheden.
  • Binnen de DSM-5 worden de neurocognitieve stoornissen onderscheiden in drie hoofdcategorieën: delier, uitgebreide neurocognitieve stoornissen en beperkte neurocognitieve stoornissen.
  • Een delier bestaat in de eerste plaats uit acute symptomen met stoornissen op het terrein van bewustzijn en cognitie (paragraaf 10.1.1).
  • Een delier kan zich uiten met hyperactiviteit of hypoactiviteit (dat is een stil delier ofwel apathisch delier) (paragraaf 10.1.1).
  • Een delier is de meest voorkomende psychiatrische stoornis in het algemene ziekenhuis (paragraaf 10.1.2).
  • Belangrijke risicofactoren voor een delier zijn onder meer hoge leeftijd, hersenziekte, infectie, internistische aandoening, recente operatie, immobilisatie en te weinig of te veel zintuiglijke prikkels (box 10.2).
  • In de etiologie van een delier is altijd sprake van een onderliggende lichamelijke oorzaak. Tevens wordt een belangrijke rol toegekend aan ontregeling van cerebrale neurotransmitters, met name een relatief tekort aan acetylcholine (paragraaf 10.1.4).
  • Vanwege de ernst van een delier is altijd zorgvuldig lichamelijk onderzoek nodig (paragraaf 10.1.5).
  • De therapie bij een delier is afhankelijk van de onderliggende oorzaak. Symptoombestrijding kan plaatsvinden met antispychotische medicatie. Hiernaast zijn begeleidingsmaatregelen van belang (paragraaf 10.1.6).
  • Neurocognitieve stoornissen worden volgens de DSM-5 geclassificeerd op grond van beperkingen in één of meerdere van een zestal omschreven cognitieve domeinen: complexe aandacht, executieve functies, leervermogen en geheugen, taal, perceptueel-motorische functies, sociaal-cognitieve functies (paragraaf 10.2 en box 10.3).
  • Zowel de uitgebreide als de beperkte neurocognitieve stoornis kan worden gespecificeerd naar (waarschijnlijke of mogelijke) etiologie: ziekte van Alzheimer, frontotemporale lobaire degeneratie, Lewy-lichaampjesziekte,vasculaire ziekte, traumatisch hersenletsel, middel/medicatiegebruik, HIV-infectie, prionziekte, ziekte van Parkinson, ziekte van Huntington, andere somatische aandoening, multipele oorzaken of ongespecificeerd (box 10.6).
  • In Nederland lijden momenteel circa 260.000 mensen aan een uitgebreide neurocognitieve stoornis (dementie) (paragraaf 10.2.2).
  • Een (ernstige) neurocognitieve stoornis door de ziekte van Alzheimer werd in het verleden aangeduid als een ‘dementiesyndroom van het alzheimertype’ (paragraaf 10.3).
  • De kerncriteria bij de classificatie ‘neurocognitieve stoornis door de ziekte van Alzheimer’ zijn een sluipend begin en een geleidelijke progressie van beperkingen in een of meer cognitieve domeinen (paragraaf 10.3.1).
  • Bijkomende neuropsychiatrische symptomen omvatten onder meer wanen, hallucinaties, angst, veranderingen in stemming en affect, neurovegetatieve disfuncties zoals slaap- en eetstoornissen en gedragsstoornissen, agitatie, agressie, apathie en persoonlijkheidsveranderingen (paragraaf 10.3.2).
  • Feil maakt bij cognitieve achteruitgang naar de beleving van betrokkene onderscheid in vier stadia: het ‘bedreigde ik’, het ‘verdwaalde ik’, het ‘verborgen ik’ en het ‘verzonken ik’ (paragraaf 10.3.3).
  • Bij de ziekte van Alzheimer is er sprake van eiwitneerslagen in de hersenschors; namelijk extracellulaire amyloïde plaques en intracellulaire tangles (paragraaf 10.3.4).
  • Het bezit van een APO-E4-allel is een belangrijke genetische risicofactor voor de ziekte van Alzheimer (paragraaf 10.3.4).
  • Om een globale indruk te krijgen van het cognitieve disfunctioneren kan een screeningstest, bijvoorbeeld de Mini Mental-State Examination (MMSE) of de MOCA (Montreal Cognitive Assessment) worden afgenomen (paragraaf 10.3.5).
  • Om een indruk te krijgen van de gedragsaspecten bij een neurocognitieve stoornis zijn sommige gedragsobservatieschalen (bijvoorbeeld de NPI) of gestructureerde interviews zeer bruikbaar (paragraaf 10.3.5).
  • Bij de ziekte van Alzheimer kunnen onder meer acetylcholinesteraseremmers worden toegepast. Dit zijn medicijnen die het acetylcholine in de hersenen verhogen (paragraaf 10.3.6).
  • Reminiscentietherapie is het ophalen van herinneringen om het plezier of het goede gevoel (paragraaf 10.3.6).
  • Realiteitsoriëntatietraining (ROT) komt neer op het stimuleren en activeren van gedesoriënteerde mensen met als doel het verloren contact met de realiteit terug te vinden (paragraaf 10.3.6).
  • Binnen de validation-benadering wordt gezocht naar aansluiting bij de realiteit van degene die cognitief achteruitgaat in plaats van dat men aansluit bij de realiteit van alledag (paragraaf 10.3.6).
  • De term ‘vasculaire neurocognitieve stoornis’ verwijst naar stoornissen op een of meer neurocognitieve domeinen die zijn toe te schrijven aan bloedvatproblemen en/of doorbloedingsstoornissen van de hersenen.Wat betreft het onderliggende ziekteproces wordt wel onderscheid gemaakt in grote- en kleinevatenziekte (paragraaf 10.4 en 10.4.1).
  • Belangrijke risicofactoren voor een vasculaire neurocognitieve stoornis zijn roken, hoge bloeddruk, een verhoogd cholesterol en hartritmestoornissen (met name atriumfibrilleren) (paragraaf 10.4.2).
  • De frontotemporale neurocognitieve stoornis werd in het verleden aangeduid als de ziekte van Pick (paragraaf 10.5).
  • Bij de frontotemporale neurocognitieve stoornis staan plannings- en overzichtsproblemen, impulscontroleproblemen en decorumverlies voorop (paragraaf 10.5.1).
  • De neurocognitieve stoornis met lewylichaampjes wordt onder meer gekenmerkt door snelle achteruitgang, sterke wisselingen in functioneren, vaak visuele hallucinaties, verhoogde spierstijfheid en overgevoeligheid voor antipsychotica (paragraaf 10.6).
  • Amnestische stoornissen zijn aandoeningen die worden gekenmerkt door geheugenproblematiek die per definitie het gevolg is van somatische factoren of samenhangen met middelenmisbruik (paragraaf 10.7.1).
  • Het syndroom van Korsakov is een persisterende amnestische stoornis ten gevolge van vitamine B1-gebrek na langdurige overmatige alcoholconsumptie (10.7.2).
  • Het syndroom van Wernicke is een acute levensbedreigende toestand met verwardheid, sufheid, onrust, oogbewegingsstoornissen en loopstoornissen, ten gevolge van acuut vitamine B1-gebrek en daardoor microscopische hersenbloedingen (paragraaf 10.7.4).
  • Indien iemand voor een detoxificatie van alcohol wordt opgenomen, is het zaak onmiddellijk bij opname te beginnen met vitamine B1-injecties (paragraaf 10.7.6).
  • In de omgang met mensen met een syndroom van Korsakov kan gebruik worden gemaakt van de ‘5K’s van Lindenhoff’: kort, concreet, consequent, continu, creatief (paragraaf 10.7.6).
  • De term ‘MCI’ (mild cognitive impairment) verwijst naar een syndroom van cognitieve achteruitgang met behoud van zelfredzaamheid. De laatste jaren is er een trend om MCI te definiëren als een voorstadium van een neurocognitieve stoornis door de ziekte van Alzheimer (paragraaf 10.8).
  • Het landelijk coördinatiepunt NAH heeft Niet Aangeboren Hersenletsel gedefinieerd als hersenletsel ten gevolge van welke oorzaak dan ook, anders dan rond of vanwege de geboorte ontstaan, dat leidt tot een onomkeerbare breuk in de levenslijn en tot het aangewezen zijn op hulpverlening. Het leven voor en na het hersenletsel verschilt dus essentieel (paragraaf 10.9).
Literatuur
go back to reference Albert MS, DeKosky ST, Dickson D, et al. The diagnosis of mild cognitive impairment due to Alzheimer’s disease: recommendations from the National Institute on Aging-Alzheimer’s Association workgroups on diagnostic guidelines for Alzheimer’s disease. Alzheimer’s & Dementia: The Journal of the Alzheimer’s Association 2011:7(3)1:270–9. Albert MS, DeKosky ST, Dickson D, et al. The diagnosis of mild cognitive impairment due to Alzheimer’s disease: recommendations from the National Institute on Aging-Alzheimer’s Association workgroups on diagnostic guidelines for Alzheimer’s disease. Alzheimer’s & Dementia: The Journal of the Alzheimer’s Association 2011:7(3)1:270–9.
go back to reference APA (American Psychiatric Association). Diagnostic and Statistical Manual of Mental disorders. Fourth edition. Washington: American Psychiatric Association, 1994. APA (American Psychiatric Association). Diagnostic and Statistical Manual of Mental disorders. Fourth edition. Washington: American Psychiatric Association, 1994.
go back to reference APA (American Psychiatric Association). Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, DSM-5. Fifth edition. Arlington: American Psychiatric Association 2013; 591.CrossRef APA (American Psychiatric Association). Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, DSM-5. Fifth edition. Arlington: American Psychiatric Association 2013; 591.CrossRef
go back to reference Arts NJM. Het syndroom van Korsakov (I): ontstaan en geheugenstoornissen. Patient Care (Neuropsychiatrie en Gedragsneurologie) 2004a;31(aug):2–9. Arts NJM. Het syndroom van Korsakov (I): ontstaan en geheugenstoornissen. Patient Care (Neuropsychiatrie en Gedragsneurologie) 2004a;31(aug):2–9.
go back to reference Arts NJM. Het syndroom van Korsakov (II): centraal executieve stoornissen en behandeling. Patient Care (Neuropsychiatrie en Gedragsneurologie) 2004b;31(okt):10–16. Arts NJM. Het syndroom van Korsakov (II): centraal executieve stoornissen en behandeling. Patient Care (Neuropsychiatrie en Gedragsneurologie) 2004b;31(okt):10–16.
go back to reference Arts NJM. Het syndroom van Korsakov. Bunnik: Landelijk Platform Korsakov, 2005. Arts NJM. Het syndroom van Korsakov. Bunnik: Landelijk Platform Korsakov, 2005.
go back to reference Baines M. Detection and incidence of B and C vitamin deficiency in alcohol-related illness. Ann Clin Biochem 1978;15(6):307–12.CrossRefPubMed Baines M. Detection and incidence of B and C vitamin deficiency in alcohol-related illness. Ann Clin Biochem 1978;15(6):307–12.CrossRefPubMed
go back to reference Baker E. (2008). Chronic toxic encephalopathy caused by occupational solvent exposure. Ann Neurol 2008;63(5):545–7.CrossRefPubMed Baker E. (2008). Chronic toxic encephalopathy caused by occupational solvent exposure. Ann Neurol 2008;63(5):545–7.CrossRefPubMed
go back to reference Brodaty H, Green A, Koschera A. Meta-analysis of psychosocial interventions for caregivers of people with dementia. J Am Geriatr Soc 2003;51:657–64.CrossRefPubMed Brodaty H, Green A, Koschera A. Meta-analysis of psychosocial interventions for caregivers of people with dementia. J Am Geriatr Soc 2003;51:657–64.CrossRefPubMed
go back to reference Brouwer K. Dementie: een zorg voor mantelzorger én hulpverlener. GgzE en GGz Midden Brabant, Metaforum december 2006:35–47. Brouwer K. Dementie: een zorg voor mantelzorger én hulpverlener. GgzE en GGz Midden Brabant, Metaforum december 2006:35–47.
go back to reference Carlier JM, Zeggelt FC, Harmsen J. Een kwestie van toeval en geluk. Utrecht: Prismant, 2000. Carlier JM, Zeggelt FC, Harmsen J. Een kwestie van toeval en geluk. Utrecht: Prismant, 2000.
go back to reference Crook T, Bartus RT, Ferris SH, et al. Age-associated memory impairment: proposed criteria and measures of clinical change. Report of the National Institute of mental Health Work Group. Developmental neuropsychology 1986;2:261–76.CrossRef Crook T, Bartus RT, Ferris SH, et al. Age-associated memory impairment: proposed criteria and measures of clinical change. Report of the National Institute of mental Health Work Group. Developmental neuropsychology 1986;2:261–76.CrossRef
go back to reference Cummings JL, Mega M, Gray K, et al. The Neuropsychiatric Inventory: comprehensive assessment of psychopathology in dementia. Neurology 1994;44:2308–14.CrossRefPubMed Cummings JL, Mega M, Gray K, et al. The Neuropsychiatric Inventory: comprehensive assessment of psychopathology in dementia. Neurology 1994;44:2308–14.CrossRefPubMed
go back to reference Dautzenberg PLJ, Schmand B, Vriens MTS, et al. De validiteit van de cognitieve screeningstest en de mini mental state examination bij een groep oudere ziekenhuispatiënten. Ned Tijdschr Geneeskd 1991;135:850–5.PubMed Dautzenberg PLJ, Schmand B, Vriens MTS, et al. De validiteit van de cognitieve screeningstest en de mini mental state examination bij een groep oudere ziekenhuispatiënten. Ned Tijdschr Geneeskd 1991;135:850–5.PubMed
go back to reference Deelman BG, Maring W, Otten V. De CST: een gestandaardiseerde screeningsmethode voor dementie. In: Schroots JJF, et al. (red). Cognitieve Screenings Test. Lisse: Swets & Zeitlinger, 1991:163–70. Deelman BG, Maring W, Otten V. De CST: een gestandaardiseerde screeningsmethode voor dementie. In: Schroots JJF, et al. (red). Cognitieve Screenings Test. Lisse: Swets & Zeitlinger, 1991:163–70.
go back to reference Diesfeldt HFA. Betekenisanalyse van de cognitieve screening test (CST14). Tijdschr Gerontol Geriatr 1996;27:215–20.PubMed Diesfeldt HFA. Betekenisanalyse van de cognitieve screening test (CST14). Tijdschr Gerontol Geriatr 1996;27:215–20.PubMed
go back to reference Dooper M. 800.000 Nederlanders hebben alcoholproblemen. Mediator 2004;15(2):12–4. Dooper M. 800.000 Nederlanders hebben alcoholproblemen. Mediator 2004;15(2):12–4.
go back to reference Duijnstee M, Guldemond H, Hendriks L. Zorgkompas voor mantelzorgers van ouderen en chronisch zieken: leidraad voor het in kaart brengen van de belasting van zorgende familieleden. Utrecht: NIZW, 2001. Duijnstee M, Guldemond H, Hendriks L. Zorgkompas voor mantelzorgers van ouderen en chronisch zieken: leidraad voor het in kaart brengen van de belasting van zorgende familieleden. Utrecht: NIZW, 2001.
go back to reference Dysken MW, Sano M, Asthana S, et al. Effect of vitamin E and memantine on functional decline in Alzheimer disease: the TEAM-AD VA cooperative randomized trial. JAMA 2014;311(1):33–44.CrossRefPubMedPubMedCentral Dysken MW, Sano M, Asthana S, et al. Effect of vitamin E and memantine on functional decline in Alzheimer disease: the TEAM-AD VA cooperative randomized trial. JAMA 2014;311(1):33–44.CrossRefPubMedPubMedCentral
go back to reference Eijk MMJ van, Roes KCB, Honing MLH, et al. Effect of rivastigmine as an adjunct to usual care with haloperidol on duration of delier and mortality in critically ill patients: a multicentre, double-blind, placebo-controlled randomised trial. The Lancet 2010;376(9755):1829–37.CrossRef Eijk MMJ van, Roes KCB, Honing MLH, et al. Effect of rivastigmine as an adjunct to usual care with haloperidol on duration of delier and mortality in critically ill patients: a multicentre, double-blind, placebo-controlled randomised trial. The Lancet 2010;376(9755):1829–37.CrossRef
go back to reference Feil N. Validation: een nieuwe benadering in de omgang met demente bejaarden. Almere: Versluys, 1989. Feil N. Validation: een nieuwe benadering in de omgang met demente bejaarden. Almere: Versluys, 1989.
go back to reference Folsom JC. Reality orientation for elderly mental patients. J Geriatr Psychiatr 1968;1:219–307. Folsom JC. Reality orientation for elderly mental patients. J Geriatr Psychiatr 1968;1:219–307.
go back to reference Folstein MF, Folstein SE, McHugh PR. Mini mental state: a practical method for grading the cognitive state of patients for the clinician. J Psychiat Res 1975;12:189–98.CrossRefPubMed Folstein MF, Folstein SE, McHugh PR. Mini mental state: a practical method for grading the cognitive state of patients for the clinician. J Psychiat Res 1975;12:189–98.CrossRefPubMed
go back to reference Ganguli M, Blacker D, Blazer DG, et al. Classification of neurocognitive disorders in DSM-5: a work in progress. Am J Geriatr Psychiatry 2011;19(3):205–210.CrossRefPubMedPubMedCentral Ganguli M, Blacker D, Blazer DG, et al. Classification of neurocognitive disorders in DSM-5: a work in progress. Am J Geriatr Psychiatry 2011;19(3):205–210.CrossRefPubMedPubMedCentral
go back to reference Graham J, Rockwood K, Beattie B, et al. Standardization of the diagnosis of dementia in the Canadian Study of Health and Ageing. Neuroepidemiology 1996;15:246–56.CrossRefPubMed Graham J, Rockwood K, Beattie B, et al. Standardization of the diagnosis of dementia in the Canadian Study of Health and Ageing. Neuroepidemiology 1996;15:246–56.CrossRefPubMed
go back to reference Huppert FA, Brayne C, Gill C, et al. CAMCOG: a concise neuropsychological test to assist dementia diagnosis: socio-demographic determinants in an elderly population sample. Br J Clin Psychol 1995;34:529–41.CrossRefPubMed Huppert FA, Brayne C, Gill C, et al. CAMCOG: a concise neuropsychological test to assist dementia diagnosis: socio-demographic determinants in an elderly population sample. Br J Clin Psychol 1995;34:529–41.CrossRefPubMed
go back to reference Imbimbo BPO, Solfrizzi V, Panza F. Are NSAID’s useful to treat Alzheimer’s disease or mild cognitive impairment. Front Aging Neurosci 2010;2(19):1–14. Imbimbo BPO, Solfrizzi V, Panza F. Are NSAID’s useful to treat Alzheimer’s disease or mild cognitive impairment. Front Aging Neurosci 2010;2(19):1–14.
go back to reference Jonghe JF de, Kalisvaart CJ, Vreeswijk R. Handleiding Delirium-o-meter. Alkmaar: Medisch Centrum Alkmaar, 2004. Jonghe JF de, Kalisvaart CJ, Vreeswijk R. Handleiding Delirium-o-meter. Alkmaar: Medisch Centrum Alkmaar, 2004.
go back to reference Jonghe JF de, Kat MG, Reus R de. De validiteit van de gedragsobservatieschaal voor intramurale psychogeriatrie (GIP): een vergelijking met de Bop en NOSIE-30 in een psychiatrische observatiekliniek voor ouderen. Tijdschr Gerontol Geriatr 1994;25:110–116.PubMed Jonghe JF de, Kat MG, Reus R de. De validiteit van de gedragsobservatieschaal voor intramurale psychogeriatrie (GIP): een vergelijking met de Bop en NOSIE-30 in een psychiatrische observatiekliniek voor ouderen. Tijdschr Gerontol Geriatr 1994;25:110–116.PubMed
go back to reference Jonghe JF de, Ooms ME, Ribbe MW. Verkorte gedragsobser-vatieschaal voor de intramurale psychogeriatrie (GIP-28). Tijdschr Gerontol Geriatr 1997;28:119–23.PubMed Jonghe JF de, Ooms ME, Ribbe MW. Verkorte gedragsobser-vatieschaal voor de intramurale psychogeriatrie (GIP-28). Tijdschr Gerontol Geriatr 1997;28:119–23.PubMed
go back to reference Kat MG, Jonghe JF de, Aalten P, et al. Neuropsychiatrische symptomen bij dementie: psychometrische aspecten van de Nederlandse Neuropsychiatry Inventory (NPI). Tijdschr Gerontol Geriatrie 2002;33:150–5. Kat MG, Jonghe JF de, Aalten P, et al. Neuropsychiatrische symptomen bij dementie: psychometrische aspecten van de Nederlandse Neuropsychiatry Inventory (NPI). Tijdschr Gerontol Geriatrie 2002;33:150–5.
go back to reference Kaufer D, Cummings JL. NPI-Q. J Clin Neurosci 2000;12:233–9. [Nederlandse vertaling Jonghe JFM de, kat MG, kalisvaart CJ. TGG, 2003. Lundbeck, 2003.] Kaufer D, Cummings JL. NPI-Q. J Clin Neurosci 2000;12:233–9. [Nederlandse vertaling Jonghe JFM de, kat MG, kalisvaart CJ. TGG, 2003. Lundbeck, 2003.]
go back to reference Kooij C van der. Validation: theorievorming op basis van praktijkervaring. Psychiatrie Verpleging 1992;68(5):47–54. Kooij C van der. Validation: theorievorming op basis van praktijkervaring. Psychiatrie Verpleging 1992;68(5):47–54.
go back to reference Korsakov SS. Über eine besondere Form psychischer Störung, combiniert mit multipeler neuritis. Archiv Psychiatrie Nervenheilkunde 1890;21:669–704. Korsakov SS. Über eine besondere Form psychischer Störung, combiniert mit multipeler neuritis. Archiv Psychiatrie Nervenheilkunde 1890;21:669–704.
go back to reference In: Hovens JE, Ploeg GJ van der (red). De grote psychiatrie in klassieke teksten. Utrecht: de Tijdstroom, 2006:657–81. In: Hovens JE, Ploeg GJ van der (red). De grote psychiatrie in klassieke teksten. Utrecht: de Tijdstroom, 2006:657–81.
go back to reference Lawton MP, Brody EM. Assessment of older people: self maintaining and instrumental activities of daily living. Gerontologist 1969;9:179–86.CrossRefPubMed Lawton MP, Brody EM. Assessment of older people: self maintaining and instrumental activities of daily living. Gerontologist 1969;9:179–86.CrossRefPubMed
go back to reference Lebert F, Stekke W, Hasenbroekx, et al. Frontotemporal dementia: a randomised, controlled trial with trazodone. Dement Geriatr Cogn Disord 2004;17(4):355–9.CrossRefPubMed Lebert F, Stekke W, Hasenbroekx, et al. Frontotemporal dementia: a randomised, controlled trial with trazodone. Dement Geriatr Cogn Disord 2004;17(4):355–9.CrossRefPubMed
go back to reference Nasreddine ZS, Phillips NA, Bédirian V, et al. The Montreal Cognitive Assessment, MoCA: a brief screening tool for mild cognitive impairment. J Am Geriatr So. 2005;53(4)695 – 99. www.mocatest.org PubMed Nasreddine ZS, Phillips NA, Bédirian V, et al. The Montreal Cognitive Assessment, MoCA: a brief screening tool for mild cognitive impairment. J Am Geriatr So. 2005;53(4)695 – 99. www.​mocatest.​org PubMed
go back to reference NICE (National Institute for Health and Clinical Excellence) Clinical guideline 103: Delirium diagnosis, prevention and management. London: National Clinical Guideline Centre, 2010. NICE (National Institute for Health and Clinical Excellence) Clinical guideline 103: Delirium diagnosis, prevention and management. London: National Clinical Guideline Centre, 2010.
go back to reference Noppen M van, Haex P. Omgaan met korsakovcliënten. Van 4 k-model naar empathisch-directieve benadering. Denkbeeld 2003;6:10–13. Noppen M van, Haex P. Omgaan met korsakovcliënten. Van 4 k-model naar empathisch-directieve benadering. Denkbeeld 2003;6:10–13.
go back to reference NVKG (Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie). Richtlijn delier voor volwassenen. Utrecht: NVKG 2013. NVKG (Nederlandse Vereniging voor Klinische Geriatrie). Richtlijn delier voor volwassenen. Utrecht: NVKG 2013.
go back to reference Palm J (red). Omgaan met hersenletsel: hulp bij een veranderd leven. Assen: Van Gorcum, 2005. Palm J (red). Omgaan met hersenletsel: hulp bij een veranderd leven. Assen: Van Gorcum, 2005.
go back to reference Petersen RC, Smith G, Ivnik R, et al. Mild cognitive impairment: clinical characterization and outcome. Arch of Neurol 1999;56:303–8.CrossRef Petersen RC, Smith G, Ivnik R, et al. Mild cognitive impairment: clinical characterization and outcome. Arch of Neurol 1999;56:303–8.CrossRef
go back to reference Pot AM, Dyck R van, Deeg DJH (1995). Ervaren druk door informele zorg; constructie van een schaal. Tijdschrift voor Gerontologie en Geriatrie 1995;26:214–219.PubMed Pot AM, Dyck R van, Deeg DJH (1995). Ervaren druk door informele zorg; constructie van een schaal. Tijdschrift voor Gerontologie en Geriatrie 1995;26:214–219.PubMed
go back to reference Reisberg B, Ferris SH, Leon MJ de, et al. GDS: Global Deterioration Scale. Am J of Psychiatr 1982;139(9)1136–9.CrossRef Reisberg B, Ferris SH, Leon MJ de, et al. GDS: Global Deterioration Scale. Am J of Psychiatr 1982;139(9)1136–9.CrossRef
go back to reference Riedl L, Mackenzie IR, Förstl, et al. Frontotemporal lobar degeneration: current perspectives. Neuropsychiatr Dis Treat 2014;10:297–310.PubMedPubMedCentral Riedl L, Mackenzie IR, Förstl, et al. Frontotemporal lobar degeneration: current perspectives. Neuropsychiatr Dis Treat 2014;10:297–310.PubMedPubMedCentral
go back to reference Schmand B, Walstra, Lindeboom G, et al. Early detection of Alzheimer’s disease using the Cambridge Cognitive Examination (CAMCOG). Psychol Med 2000;30:619–27.CrossRefPubMed Schmand B, Walstra, Lindeboom G, et al. Early detection of Alzheimer’s disease using the Cambridge Cognitive Examination (CAMCOG). Psychol Med 2000;30:619–27.CrossRefPubMed
go back to reference Schuurmans MJ. DOS: Delirium Observatie Schaal. Utrecht: UMC, 2001. Schuurmans MJ. DOS: Delirium Observatie Schaal. Utrecht: UMC, 2001.
go back to reference Shulman KI. Clock drawing: is it the ideal cognitive screening test? Int J Geriatr Psychiatr 2000;15:548–61.CrossRef Shulman KI. Clock drawing: is it the ideal cognitive screening test? Int J Geriatr Psychiatr 2000;15:548–61.CrossRef
go back to reference Teunisse S, Derix MM. Measurement of activities of daily living in patients with dementia living at home: development of questionnaire. Tijdschr Gerontol Geriatr 1991;22:201–3. Teunisse S, Derix MM. Measurement of activities of daily living in patients with dementia living at home: development of questionnaire. Tijdschr Gerontol Geriatr 1991;22:201–3.
go back to reference Teunisse S, Derix MM. The interview for deterioration in daily living activities in dementia: agreement between primary and secondary caregivers. Int Psychogeriatr 1997(9 suppl 1):155–62.PubMed Teunisse S, Derix MM. The interview for deterioration in daily living activities in dementia: agreement between primary and secondary caregivers. Int Psychogeriatr 1997(9 suppl 1):155–62.PubMed
go back to reference Thissen AJ, Bergen F van, Jonghe JF de, et al. Applicability and validity of the Dutch version of the Montreal Cognitive Assessment (MoCA-d) in diagnosing MCI. Tijdschr Gerontol Geriatr 2010;41(6):231–40.CrossRefPubMed Thissen AJ, Bergen F van, Jonghe JF de, et al. Applicability and validity of the Dutch version of the Montreal Cognitive Assessment (MoCA-d) in diagnosing MCI. Tijdschr Gerontol Geriatr 2010;41(6):231–40.CrossRefPubMed
go back to reference Valen E van, Thriel C van, Akila R, et al. Chronic solvent-induced encephalopathy: European consensus of neuropsychological characteristics, assessment, and guidelines for diagnostics. Neurotoxicology 2012; 33(4): 710 – 26.PubMed Valen E van, Thriel C van, Akila R, et al. Chronic solvent-induced encephalopathy: European consensus of neuropsychological characteristics, assessment, and guidelines for diagnostics. Neurotoxicology 2012; 33(4): 710 – 26.PubMed
go back to reference Verstraten PF. De GIP: veertien observatieschalen voor psychogeriatrische gedragsproblemen. Tijdschr Gerontol Geriatr 1988;19(4):147–51. Verstraten PF. De GIP: veertien observatieschalen voor psychogeriatrische gedragsproblemen. Tijdschr Gerontol Geriatr 1988;19(4):147–51.
go back to reference Verstraten PF, Eekelen CWJ. Gedragsobservatieschaal voor de intramurale psychogeriatrie (GIP). Deventer: Van Loghum Slaterus, 1987. Verstraten PF, Eekelen CWJ. Gedragsobservatieschaal voor de intramurale psychogeriatrie (GIP). Deventer: Van Loghum Slaterus, 1987.
go back to reference Vries MW de (red). The experience of psychopathology: investigating mental disorders in their natural settings. Cambridge: Cambridge University Press, 1992. Vries MW de (red). The experience of psychopathology: investigating mental disorders in their natural settings. Cambridge: Cambridge University Press, 1992.
go back to reference Werf LJ van der, Goedthart AW. Een beoordelingsschaal voor de zorg aan chronisch psychiatrische patiënten. Tijdschr Psychiatrie 1994;36(6):439–44. Werf LJ van der, Goedthart AW. Een beoordelingsschaal voor de zorg aan chronisch psychiatrische patiënten. Tijdschr Psychiatrie 1994;36(6):439–44.
go back to reference Werf LJ van der, Goedthart AW, Staverman K. Het syndroom van Korsakov en de ontwikkeling van de zorg-aanbod-schaal voor Korsakov patiënten (K-ZAS). Bennebroek: Praecox (PZ Vogelenzang), 1997(dec):6–10. Werf LJ van der, Goedthart AW, Staverman K. Het syndroom van Korsakov en de ontwikkeling van de zorg-aanbod-schaal voor Korsakov patiënten (K-ZAS). Bennebroek: Praecox (PZ Vogelenzang), 1997(dec):6–10.
go back to reference Zaudig M. A new systematic method of measurement and diagnosis of mild cognitive impairment and dementia according to ICD-10 and DSM-III-R criteria. Int Psychogeriatr 1992;4:203–19.CrossRefPubMed Zaudig M. A new systematic method of measurement and diagnosis of mild cognitive impairment and dementia according to ICD-10 and DSM-III-R criteria. Int Psychogeriatr 1992;4:203–19.CrossRefPubMed
Metagegevens
Titel
10 Neurocognitieve stoornissen
Auteurs
T. Verdonschot
Dr. M. Kat
Copyright
2016
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-1312-9_10