Skip to main content
Top

2016 | OriginalPaper | Hoofdstuk

Voeding en religie

Gepubliceerd in: Voedingsleer

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

In het christendom symboliseren brood en wijn het lichaam van Christus. Ook paaseieren hebben een christelijke oorsprong. Oorspronkelijk werden ze rood gekleurd als symbool voor het bloed van Jezus bij zijn sterven. Het openen van de eierschaal op eerste paasdag symboliseert het opengaan van het graf (zie paragraaf 16.1).Carnaval is van oorsprong een katholiek feest dat voorafgaat aan de vastenperiode. Op de eerste woensdag na carnaval (Aswoensdag), begint de katholieke vastenperiode. Die duurt 46 dagen tot Pasen. Daarbij wordt alleen op zondagen niet gevast. Voor de katholieken betekent vasten doorgaans: sober eten, geen vlees op vrijdag en Aswoensdag, geen tussendoortjes, geen alcohol, geen snoep en minder eten dan wat je normaal gebruikt (zie paragraaf 16.1).Moslims houden een jaarlijkse vastenperiode: de ramadan. Tijdens de ramadan mag er tussen zonsopgang en zonsondergang niets gegeten en gedronken worden. Zieken, ouderen en zwakken zijn vrijgesteld van de ramadan en kunnen het eventueel later inhalen. De ramadan eindigt met het Suikerfeest (zie paragraaf 16.2).Moslims eten geen: varkensvlees en producten afkomstig van het varken zoals gelatine (wordt vaak gewonnen uit botten of uit huiden van varkens). Ze drinken ook geen alcohol. Moslims eten wel: ritueel geslacht vlees (halal) (zie paragraaf 16.2).Binnen het Turkse en Marokkaanse voedingspatroon is het ontbijt niet echt belangrijk. De lunch en het diner zijn meestal warme maaltijden. Het delen van voedsel met anderen is erg belangrijk binnen deze cultuur (zie paragraaf 16.2).Joods voedsel moet koosjer zijn. Dat is het Hebreeuwse woord voor geschikt. Joods voedsel dat buiten de deur bereid is, moet een kasjroet-certificaat hebben. Dat wil zeggen dat het koosjer is (zie paragraaf 16.3).Joden eten geen dieren die niet herkauwen, zoals varkens, paarden en konijnen. Ook zijn 21 vogelsoorten verboden (allemaal roofvogels). Bloed in vlees wordt door weken en zouten verwijderd. Gladde vissen, zoals paling, worden niet gegeten. Melk en vleesproducten worden afzonderlijk bewaard en gebruikt. Na het eten van vlees wordt er een paar uur lang geen melk gedronken. Vis wordt niet samen met vlees gegeten. Van vlees zijn reine landdieren (herkauwers met gespleten hoeven zoals rund, schaap, geit en hert) toegestaan. Van gevogelte kip, eend, gans, kalkoen en duif en ook hun eieren, mits er geen bloedvlekje in zit. Vissen met schubben en vinnen zijn toegestaan, net als ritueel geslacht vlees (zie paragraaf 16.3).Hindoes geloven in reïncarnatie. Een dier kan dus de ziel van een overleden familielid bevatten. Daarom zijn veel hindoes vegetariër (zie paragraaf 16.4).Voor de hindoe is de koe een heilig wezen en daarom zijn rund- en kalfsvlees verboden (zie paragraaf 16.4).In de hindoestaanse voeding wordt veel gebruik gemaakt van kerriemengsels (massala) en verschillende soorten pepers. Ook staat er vaak roti (pannenkoek) op het menu. Het ontbijt speelt nauwelijks een rol en de lunch en het diner worden het liefst warm gebruikt (zie paragraaf 16.4).

Metagegevens
Titel
Voeding en religie
Copyright
2016
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-1561-1_16