Samenvatting
De laatste stap van uitvoeringseigenaar is gekoppeld aan de vierde vaardigheid, het evalueren van de voortgang van de behandeling. Evaluatie met bijbehorend instrumentarium staat centraal in H. 6. Geen goed uitgevoerde behandeling zonder dat patiënt en hulpverlener samen nagaan of de doelstellingen van de behandeling zijn gerealiseerd. Om de kracht van terugkoppeling optimaal in te zetten is het van cruciaal belang dat patiënt en hulpverlener ook tussentijds nagaan of de therapie vordert in de gewenste richting (ROM). Evalueren blijkt zo een centrale motor te worden in het therapeutisch proces, waarbij de patiënt steeds meer het voortouw neemt en steeds uitdrukkelijker zelf leert vaststellen of de behandeling op orde is. Steeds beter weet de patiënt wat er dient te gebeuren om de behandeling succesvol af te sluiten. Daarbij leert hij steeds nadrukkelijker hoe de verschillende fasen van behandeling eruit zien, welke stappen hij daarin heeft gezet en welke vaardigheden daarbij noodzakelijk zijn. Zodra dat inzicht helemaal tot hem is doorgedrongen, mag hij zich proceseigenaar noemen en weet hij ook wat hem een volgende keer te doen staat bij dreigende stagnatie. De patiënt is zogezegd zelfregisseur geworden en weet wat het betekent om afstand te nemen, te focussen, te trainen en te volgen.