Skip to main content
Top

2004 | OriginalPaper | Hoofdstuk

28 Het (ortho)sympathische en parasympathische zenuwstelsel

Auteurs : E. Ch. Wolters, H. J. Groenewegen

Gepubliceerd in: Neurologie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Vanwege de sterke betrokkenheid van het autonome zenuwstelsel bij nagenoeg alle lichaamsfuncties (zie tabel 28-1), zijn elementen van dit deel van het zenuwstelsel aanwezig in vrijwel alle perifere zenuwen, evenals in het ruggenmerg, de hersenstam en de grote hersenen. De aanduiding het ‘autonome’ zenuwstelsel (ook wel het ‘onwillekeurige’ of het ‘viscerale’ zenuwstelsel genoemd) suggereert een onafhankelijkheid in het functioneren die in werkelijkheid niet bestaat; een scherpe scheiding met het ‘willekeurige’ of ‘somatische’ zenuwstelsel is niet te trekken. Acties van het autonome zenuwstelsel worden veelal ‘opgelegd’, als aanpassing aan veranderende omstandigheden voor het lichaam, door de motoriek en het gedrag die vanuit het willekeurige zenuwstelsel worden geïnitieerd. Het autonome zenuwstelsel wordt dan ook in belangrijke mate gereguleerd vanuit verschillende delen van het centrale zenuwstelsel en heeft geen echte ‘autonome’ status. Denk bijvoorbeeld aan de snelle veranderingen in de distributie van het bloed die noodzakelijk zijn indien iemand snel opstaat vanuit een liggende houding: als dat te snel gebeurt, of wanneer het autonome zenuwstelsel niet goed functioneert, zal de betrokkene zich duizelig voelen en wellicht zijn evenwicht verliezen (orthostatische hypotensie). Op het moment van houdingsverandering zorgt het autonome zenuwstelsel normaal gesproken voor een onmiddellijke redistributie van het bloed in het lichaam, met als doel de hersenen van voldoende bloed te (blijven) voorzien.
Literatuur
go back to reference Kandel ER, Schwartz JH, Jessell TM. Principles of neural science. 4th ed. New York: McGraw-Hill; 2000. Hoofdstuk 49. Kandel ER, Schwartz JH, Jessell TM. Principles of neural science. 4th ed. New York: McGraw-Hill; 2000. Hoofdstuk 49.
go back to reference Haines DE. Fundamental neuroscience. New York: Churchill Livingstone; 1997. Hoofdstuk 28. Haines DE. Fundamental neuroscience. New York: Churchill Livingstone; 1997. Hoofdstuk 28.
go back to reference Robertson D, Low PA, Polinsky RJ. Primer on the autonomic nervous system. New York: Academic Press; 1996. Robertson D, Low PA, Polinsky RJ. Primer on the autonomic nervous system. New York: Academic Press; 1996.
go back to reference Zigmond MJ, Bloom FE, Landis SC, Roberts JL, Squire LR. Fundamental neuroscience. New York: Academic Press; 1999. Hoofdstuk 38. Zigmond MJ, Bloom FE, Landis SC, Roberts JL, Squire LR. Fundamental neuroscience. New York: Academic Press; 1999. Hoofdstuk 38.
Metagegevens
Titel
28 Het (ortho)sympathische en parasympathische zenuwstelsel
Auteurs
E. Ch. Wolters
H. J. Groenewegen
Copyright
2004
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-6364-3_28