Samenvatting
Immunotherapie in de vorm van immuun checkpoint inhibitoren is de grote doorbraak binnen de behandeling van kanker. Behandeling met immuun checkpoint inhibitoren zorgt ervoor dat immunosuppressieve receptoren op T-cellen of kankercellen worden geblokkeerd. Hierdoor ontstaat een toename van geactiveerde T-cellen of een betere herkenning en ‘killing’ van kankercellen door T-cellen. Door gebruik te maken van combinatietherapie van verschillende immuun checkpoint inhibitoren, kan dit effect worden versterkt en vindt er een nog grotere antitumor-immuunrespons plaats. Bij verschillende solide tumoren en hematologische maligniteiten heeft behandeling van patiënten met immuun checkpoint inhibitoren inmiddels geleid tot een overleving van meerdere jaren. Helaas kan met name de combinatietherapie ook gepaard gaan met serieuze morbiditeit en zelfs mortaliteit ten gevolge van immuungerelateerde bijwerkingen. Deze ontstaan door een ‘overactief’ immuunsysteem, waarbij T-cellen auto-immuniteit kunnen veroorzaken in vrijwel elk orgaansysteem. Dit maakt het soms noodzakelijk het overactieve immuunsysteem weer te dempen met immunosuppressiva, zoals hogedosis corticosteroïden.