Gepubliceerd in:
01-01-2011 | Generalisme
Generalist of familiedokter
Auteur:
prof.dr. Louise Gunning-Schepers
Gepubliceerd in:
Huisarts en wetenschap
|
Uitgave 1/2011
Log in om toegang te krijgen
Extract
In Nederland is van oudsher een grote rol weggelegd voor de eerste lijn en daarbinnen heeft de huisarts een belangrijke positie als ‘poortwachter’. De huisarts is opgeleid om de eerste klachten van de patiënt te duiden, de overgrote meerderheid daarvan zelf te behandelen en de patiënt alleen indien nodig door te verwijzen naar de tweede lijn. De huisarts moet dus van alle markten thuis zijn en een goede klinische blik hebben, zodat hij bij een eerste contact een goede triage kan uitvoeren. In deze omschrijving past de Engelse benaminggeneral practitioner, de generalist. Maar was de huisarts van oudsher niet meer dan een generalist? Was hij niet ook defamily doctor, de vertrouwenspersoon van patiënten en hun familie die de gezinssituatie en voorgeschiedenis kende en continuïteit in behandeling en zorg bracht? Het is de vraag of de specialismengeneral practice enfamily medicine in Nederland in de toekomst nog steeds synoniem zijn. Om die vraag te kunnen beantwoorden, moeten we ons verdiepen in de recente ontwikkelingen bij de patiënt, de huisarts en de beleidsmakers. …