Skip to main content
Top

2017 | OriginalPaper | Hoofdstuk

16. Voeding en leeftijdsfase

Auteur : Ellen Klaasse-Derks

Gepubliceerd in: Voedingsleer

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Een peuter groeit minder snel dan een zuigeling en dat beïnvloedt zijn eetlust. Hij ontdekt zijn eigen wil en dat uit zich vaak tijdens het eten. Als het kind een gevarieerder voedingspatroon krijgt, kan blijken dat hij een voedselallergie of een voedselintolerantie heeft. Tussen de zes en dertien jaar maakt het kind een behoorlijke groei door en is hij doorgaans erg actief, waardoor de behoefte aan energie en voedingsstoffen vrij hoog is. Krijgt hij te weinig binnen, dan kan hij ondervoed raken. Acute ondervoeding wil zeggen dat het gewicht daalt en de lengtegroei doorgaat. Bij chronische ondervoeding stagneert ook de lengtegroei. In de puberteit vindt de groeispurt plaats. Desondanks kan een puber die weinig sport en ongezond eet makkelijk te dik worden. Maar ook anorexia nervosa kan zich in deze periode ontwikkelen. Bij ouderen kan zowel overgewicht als ondergewicht een probleem zijn. De energiebehoefte van de oudere neemt af, maar hij heeft wel alle voedingsstoffen nodig. Vanaf zeventig jaar geldt het advies 20 microgram vitamine D per dag te gebruiken.
Metagegevens
Titel
Voeding en leeftijdsfase
Auteur
Ellen Klaasse-Derks
Copyright
2017
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-1794-3_16