Skip to main content
Top

2002 | OriginalPaper | Hoofdstuk

7. Niet depressief, maar toch last van de winter

Auteur : Ybe Meesters

Gepubliceerd in: Leven met een winterdepressie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Abstract

Zoals in eerdere hoofdstukken al gezegd, is het aantal mensen dat in de winter wat moeite met het seizoen heeft groot. Dat betekent gelukkig in de meeste gevallen niet dat er sprake is van een depressie. Zonder dat een dergelijke stemmingsstoornis aan de orde is hebben veel mensen in de winter een groter of kleiner energieprobleem en een grotere slaapbehoefte. Voor velen betekenen die verschijnselen niet dat zij niet kunnen functioneren, maar hoort het bij de winter. Soms houdt men er al rekening mee, door bepaalde activiteiten bewust niet in de winter te plannen. Hoewel veel mensen er dus in hun leefstijl al rekening mee houden, hebben onderzoekers gekeken of er door middel van kunstlicht niet iets aan deze verschijnselen te doen viel. In een onderzoek dat gelijktijdig in Groningen en in Helsinki plaatsvond werd aan een willekeurige groep mensen lichttherapie gegeven met behulp van een lichtwekker (dageraadsimulator). De groep deelnemers werd samengesteld met behulp van adresgegevens die verkregen werden uit de gemeentelijke burgerlijke stand. Daarbij werd alleen geselecteerd op leeftijd (tussen 18 en 65 jaar) en geslacht (50% vrouwen en 50% mannen). Vervolgens werd in beide steden informatie naar 1000 adressen gestuurd en werd er gevraagd of men bereid was deel te nemen aan het onderzoek. Dit was gelukkig vaak het geval. Aan de mensen werd een vragenlijst voorgelegd over de gezondheidstoestand, werk- en leefomstandigheden. Op die manier konden mensen die leden aan winterdepressie, een ziekte hadden, in ploegendiensten werkten of medicijnen gebruikten, voor verdere deelname aan het onderzoek worden opgespoord en uitgesloten. Het was in dit onderzoek de bedoeling licht aan te bieden aan gezonde proefpersonen die een regelmatig leven leidden, zodat de biologische klok zo weinig mogelijk werd verstoord. Aan de helft van de deelnemers werd gevraagd zich gedurende een periode van veertien dagen in de ochtend te laten wekken met behulp van een lichtwekker, vervolgens een periode van veertien dagen op de gebruikelijke manier en dan weer veertien dagen met behulp van de lichtwekker. De andere helft van de deelnemers werd eerst veertien dagen lang gevolgd zonder dat zij werden gewekt door een lichtwekker, daarna veertien dagen met, veertien dagen zonder en ten slotte weer veertien dagen met een lichtwekker. Het experiment besloeg dan ook iets meer dan acht weken. De deelnemers vulden in die periodes dagelijks vragenlijsten in waarin hun energieniveau, slaapgewoonten en slaapduur werden geregistreerd. Zoals te verwachten viel bij een groep gezonde personen, waren de uitkomsten niet opvallend groot. Wat wel opviel was dat de deelnemers in de weken dat zij de lichtwekker gebruikten vlotter opstonden en fitter wakker werden. Het lijkt gerechtvaardigd te concluderen dat de toediening van licht ook bij mensen die niet direct aan winterdepressie lijden, maar wel moeite hebben met het functioneren in de winter een positief effect kan hebben. Uit onderzoek blijkt ook dat mensen die lijden aan ‘winterblues’ goed reageren op licht.
Metagegevens
Titel
Niet depressief, maar toch last van de winter
Auteur
Ybe Meesters
Copyright
2002
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-9235-3_7