Skip to main content
Top

1999 | hbo | Boek

Menswetenschappen in de verpleegkundige beroepsuitoefening

Auteurs: drs. H.M. de Vocht, drs. J.H.J. de Jong

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

insite
ZOEKEN

Over dit boek

Dit boek is bestemd voor kwalificatieniveau 5 en vormt een onderdeel van het leer- en vormingsgebied mens en gezondheid. Het boek kent twee delen. In het eerste deel staan de menswetenschappen centraal. Het zwaartepunt ligt daarbij op de psychologie en sociologie. Ingegaan wordt onder andere op waarnemen, emoties, persoonlijkheidsleer, de ontwikkelingsfasen van de mens, waarden en normen, sociaal gedrag en sociale veranderingen. Het tweede deel van het boek richt zich op toepassingen van de menswetenschappen in de verpleegkundige beroepsuitoefening. Hierbij komen onderwerpen aan de orde als de beroepshouding, omgaan met stress, kenmerken van communicatie, conflicthantering, besluitvorming, feedback, attitudeverandering, zorgvragers met suïcidaal gedrag, stervensbegeleiding, zorgvragers met pijn en het bevorderen van therapietrouw. 

Inhoudsopgave

Voorwerk

Inleiding in de menswetenschappen

Voorwerk
Hoofdstuk 1. Filosofie en antropologie
Samenvatting
“Ach, waarom zullen we verpleegkundigen opzadelen met zulke vage en moeilijke onderwerpen als filosofie en antropologie?” Dat was een vraag tijdens de discussies over inhoud van leerstof en grenzen voor de diverse kwalificatieniveaus in het nieuwe stelsel. Een discussie volgde en op inhoudelijke gronden werd gesteld dat het voor de verpleegkundige van belang is tenminste te weten dat deze wetenschapsgebieden bestaan en wat ze globaal inhouden. Met deze korte schetsen wordt in dit hoofdstuk een referentiekader aangegeven, waarop men later bij verdere studie van bepaalde aspecten van de beroepsuitoefening zoals theorievorming, verplegingswetenschap en methodiekontwikkeling kan terugkomen.
H.M. de Vocht, J.H.J. de Jong
Hoofdstuk 2. Psychologie: een inleiding
Samenvatting
“Psychologie is de anatomie en fysiologie van de geest, van het gedrag en is daarom net zo’n belangrijk vak voor de verpleegkundige als…” is een veelgehoorde uitspraak over het belang van deze wetenschap voor het kunnen begrijpen van en juist kunnen inspelen op menselijk gedrag. Interacties in verpleegsituaties omvatten het kunnen reageren op mensen en menselijk gedrag, het kunnen communiceren met en het kunnen ondersteunen van mensen die zorg en aandacht behoeven. Niet alleen zorgsituaties zijn daarbij voor de verpleegkundige van belang, ook de interacties met collega’s, andere disciplines, boven- en ondergeschikten. De psychologie draagt belangrijke bouwstenen aan om ‘te leren je te gedragen’.
H.M. de Vocht, J.H.J. de Jong
Hoofdstuk 3. Stromingen en scholen in de psychologie
Samenvatting
“De geschiedenis zegt veel over het heden en de toekomst en het is daarom van belang deze te kennen. De hedendaagse opvattingen komen voort uit de verschillende manieren waarop we kunnen kijken naar menselijk gedrag en dat zijn er nog al wat…”
In dit hoofdstuk zullen we met steeds verschillende brillen op kijken naar menselijk gedrag en proberen daarvan iets te begrijpen. Deze stromingen zijn van groot belang voor verpleegkundigen omdat zij te maken krijgen met verschillende soorten afwijkend gedrag. De manier waarop we met die afwijkingen omgaan of de soort therapie die wordt voorgeschreven hangt direct samen met de scholen en stromingen in de psychologie. Het is dus niet alleen interessant maar ook pure noodzaak daarvan als verpleegkundige iets af te weten.
H.M. de Vocht, J.H.J. de Jong
Hoofdstuk 4. Functieleer
Samenvatting
Of ze zeker wist dat Anton zijn medicatie ingenomen had. Tja, wat is zeker weten? Ze herinnerde zich dat ze hem de pillen in zijn mond had zien stoppen (of was dat gisteren geweest?). Hieruit had ze de conclusie getrokken dat hij de pillen ook doorgeslikt had. Naar nu blijkt heeft ze haar waarneming verkeerd geïnterpreteerd; de pillen waren teruggevonden bij een voorraadje dat Anton inmiddels opgespaard had.
H.M. de Vocht, J.H.J. de Jong
Hoofdstuk 5. Persoonlijkheidsleer
Samenvatting
Corina was helemaal weg van Tim, het nieuwe afdelingshoofd. Ze vond Tim echt iemand met een persoonlijkheid. Nieuwsgierig vroeg haar vriendin Katja: “Ja maar, beschrijf zijn persoonlijkheid dan eens, wat is het voor type?” Maar hoe leg je dat nu uit? Met behulp van welke kenmerken kun je een sluitende beschrijving geven van iemands persoonlijkheid? Corina vond het heel moeilijk om Katja een goed antwoord te geven. “Het is in ieder geval een heel normale jongen”, zei ze. Maar ja, wat is normaal?
H.M. de Vocht, J.H.J. de Jong
Hoofdstuk 6. Ontwikkelingsleer
Samenvatting
Jannie baalde toen ze hoorde dat ze op een geriatrische afdeling stage zou gaan lopen. Al die oude mensen, bah, niks aan. Langzaam maar zeker begon Jannie zich echter wat meer in haar patiënten te verdiepen. Ze ging zich hierdoor voor het eerst echt realiseren dat oude mensen niet altijd oud geweest zijn en dat ze allemaal op hun eigen manier een heel leven achter zich hebben. Een leven waarin gelachen en gehuild is, waarin mensen verliefd, verloofd en getrouwd geweest zijn, gevreeën hebben, kinderen gekregen hebben, dierbaren verloren hebben, waarin oorlogen gepasseerd zijn en waarin voorspoed en tegenspoed elkaar vaak afwisselden. Jannie was ontroerd toen mevrouw Terp haar haar trouwfoto liet zien. Mevrouw Terp, nu oud en opgenomen na een hersenbloeding, was op deze foto een knappe jonge vrouw die stralend opkeek naar haar (inmiddels overleden) echtgenoot.
Als je je hierin eenmaal gaat verdiepen, is het onvoorstelbaar wat veel mensen meegemaakt blijken te hebben in hnn leven. Jannie kreeg gaandeweg wat meer bewondering voor de patiënten die ondanks alles er het beste van probeerden te maken en wat meer begrip voor de mensen bij wie dat niet meer zo goed lukte. Zou ze na haar diplomering misschien toch kiezen voor werken met ouderen? Misschien.
H.M. de Vocht, J.H.J. de Jong
Hoofdstuk 7. Gedragsleer
Samenvatting
“Dat zou ik nooit doen!”, zei Marian toen ze op school een casus bespraken waarin de verpleegkundigen over het hoofd van de patiënt heen hun weekendervaringen met elkaar bespraken. Vol goede voornemens ging ze haar eerste stage in. Ze kwam terecht op een groep waar de zorgvrager wel op papier maar niet in de praktijk centraal gesteld werd. Terwijl ze een verstandelijk gehandicapte jongen aan het verzorgen was met collega Hennie babbelde Marian honderduit tegen Hennie over het tweedehands autootje dat ze op het oog had. En ineens was het of de film stilstond: ze zag en hoorde zichzelf bezig terwijl de casus van school door haar hoofd flitste: dat zou ik nooit doen… Hoe had het toch zo ver kunnen komen?
H.M. de Vocht, J.H.J. de Jong
Hoofdstuk 8. Sociologie
Samenvatting
“Vertel mij uit welk gezin, straat en stad hij komt en ik zal u vertellen wie hij is!” Dit is wel een erg boude uitspraak anno 1999, maar in het verleden kon men vaak voorspellen hoe iemand zich gedroeg, hoe iemand met bepaalde normen en waarden omging, hoe iemand communiceerde… als men wist uit welke groepering, welk deel van de bevolking, welke streek hij kwam. De sociologie is de wetenschap die de samenleving en de groepen binnen de samenleving bestudeert en iets probeert te zeggen over gedrag en houding van groepen, processen binnen en tussen groepen, ontwikkelingen binnen de samenleving met de oorzaken en gevolgen daarvan.
H.M. de Vocht, J.H.J. de Jong

Toepassingen in de verpleegkundige beroepsuitoefening

Voorwerk
Hoofdstuk 9. De beroepshouding en het zorgverleningsproces; belevingen van verpleegkundigen en zorgvragers
Samenvatting
“Ze kon goed leren, hard werken en wilde graag in de verpleging… helaas lukte het in de praktijk helemaal niet. Ze kon op een of andere manier niet goed inschatten hoe je je als hulpverlener moet opstellen ten opzichte van de zorgvrager binnen het zorgverleningsproces.” Deze toelichting op een praktijkbeoordeling illustreert overduidelijk dat het niet eenvoudig is exact aan te geven wat er soms schort aan de ‘houdingsaspecten’ en hoe dit tekort ontstaat. Een beroepshouding is niet even ‘aan te leren’ of slechts een kwestie van ‘aanvoelen’ of een zaak van ‘de opvoeding’. Dit geldt ook voor het nemen van ethische beslissingen, omgaan met stress en met patiëntenleed. In dit hoofdstuk wordt een aanzet gegeven voor het leren hanteren van deze aspecten van de verpleegkundige beroepsuitoefening.
H.M. de Vocht, J.H.J. de Jong
Hoofdstuk 10. Communicatie en interactie met zorgvragers en binnen het team
Samenvatting
“Zal ik jullie eens vertellen waar de meeste ruzies, echtscheidingen en conflicten vandaan komen? Dat komt omdat mensen niet met elkaar praten… met elkaar communiceren!” Een dergelijk fragment uit een gesprek dat overal zou kunnen plaatsvinden bevat een grote waarheid. Vaak zouden fouten, vergissingen en misvattingen voorkomen kunnen worden als mensen goed en op tijd met elkaar communiceerden, dingen aan elkaar zouden vragen, waarschuwingen zouden geven en… naar elkaar zouden luisteren. Dit hoofdstuk reikt de basiskennis aan voor de communicatie- en interactieprocessen binnen de zorgverlening.
H.M. de Vocht, J.H.J. de Jong
Hoofdstuk 11. Begeleidingsstrategieën
Samenvatting
“In Nederland word je begeleid vanaf de wieg tot aan het graf”, kan een uitroep zijn van een trotse politicus die de zorg voor mensen hoog in het vaandel heeft, maar ook van een boze belastingbetaler die vindt dat het allemaal wel wat minder zou kunnen. We hebben in onze welvaartsstaat en in ons zorgvuldig opgebouwde systeem van sociale zekerheid inderdaad veel vormen van begeleiding en opvang ontwikkeld. Het is van groot belang om daarbij steeds de eigenheid en zelfstandigheid van mensen als uitgangspunt te nemen.
H.M. de Vocht, J.H.J. de Jong
Hoofdstuk 12. Omgaan met specifieke zorgvragen
Samenvatting
“Ik was bang, wist allemaal niet wat er met me gebeurde en toen zeiden ze nog dat ik rustig moest blijven… ja, en toen werd ik zo kwaad, zo ken ik mezelf niet eens!” Na een plotselinge opname of rondom een spannende ingreep ontstaan allerlei psychosociale reacties van de zorgvrager of zijn naasten. De verpleegkundige moet daarmee goed omgaan omdat anders een versterking van die psychosociale reacties kan optreden.
In dit boofdstuk bespreken we een aantal veelvoorkomende psychosociale reacties en geven we aan hoe je daarmee adeqnaat kunt omgaan. Vanzelfsprekend is elke verpleegsituatie verschillend en is het van belang steeds rekening te houden met de specifieke kenmerken van de situatie (ziektebeeld, behandeling, prognose, eerdere ervaringen, enz.). Deze leerstof zal in de specifieke verpleegkunde opnieuw aan de orde komen.
H.M. de Vocht, J.H.J. de Jong
Hoofdstuk 13. Omgaan met seksualiteit, pijn, rouw, sterven en euthanasie
Samenvatting
Jeroen had inmiddels al heel wat verhalen gehoord over de oncologie-afdeling waar hij stage zou gaan lopen. Daar gingen mensen dood en die moest hij dan ‘de laatste zorg verlenen’. Afleggen noemden ze het gewoon als studenten onder elkaar. Daar keek hij nou niet bepaald naar uit, hij had überhaupt nog nooit een dood iemand gezien!
En waar moest je het in vredesnaam over hebben met patiënten die wisten dat ze niet meer beter zouden worden? Dat het mooi weer was vandaag? Jeroen voelde zich al met z’n mond vol tanden staan. Nee, dat werd een zware stage, mensen met pijn, verdrietige familieleden, als hij dat allemaal maar kon hanteren.
Het laatste dat hij gehoord had over zijn nieuwe stageplek was dat er in dat ziekenhuis bezoekersruimten waren waar de patiënten met hnn bezoek naartoe konden gaan en die van binnenuit afsluitbaar waren. Waar dat nou weer goed voor was?
H.M. de Vocht, J.H.J. de Jong
Nawerk
Meer informatie
Titel
Menswetenschappen in de verpleegkundige beroepsuitoefening
Auteurs
drs. H.M. de Vocht
drs. J.H.J. de Jong
Copyright
1999
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
Elektronisch ISBN
978-90-313-7417-5
Print ISBN
978-90-313-2572-6
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-7417-5