TODO: Skip to main content
Top

2020 | OriginalPaper | Hoofdstuk

44. Lichaamsgewicht en ondervoeding

Auteur : M. Visser

Gepubliceerd in: Inleiding in de gerontologie en geriatrie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Het lichaamsgewicht en de body mass index (BMI) nemen gemiddeld tijdens het leven toe tot de leeftijd van 70 à 80 jaar, waarna zij weer afnemen. Bij veroudering vindt ook een herverdeling van het lichaamsvet plaats en infiltratie van vetweefsel in diverse organen. Dit laatste kan het functioneren van die organen negatief beïnvloeden. Veelgebruikte (en eenvoudig te hanteren) lichaamsmaten voor het bepalen van onder- of overgewicht zijn: het lichaamsgewicht, de lichaamslengte, de BMI, de verandering in lichaamsgewicht, de middelomtrek en de armomtrek. Ondergewicht en ondervoeding bij ouderen zijn geassocieerd met een langer verblijf in het ziekenhuis, een slechtere wondgenezing, decubitus, een lagere spierkracht, lichamelijke beperkingen en vroegtijdig overlijden. Ook ernstig overgewicht (obesitas) geeft bij ouderen een duidelijk verhoogd risico op diabetes mellitus, hart- en vaatziekten, (gewrichts)pijn, lichamelijke beperkingen en vroegtijdig overlijden. Zowel in absolute als relatieve zin is overgewicht een groter probleem bij Nederlandse ouderen dan ondervoeding.
Literatuur
Deze inhoud is alleen zichtbaar als je bent ingelogd en de juiste rechten hebt.
Metagegevens
Titel
Lichaamsgewicht en ondervoeding
Auteur
M. Visser
Copyright
2020
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-2453-8_44