De omgang met kinderen in een ziekenhuis vraagt tijd en aandacht van de kinderverpleegkundigen. Als het kind bovendien een verstandelijke handicap heeft, kan de kinderverpleegkundige regelmatig voor vragen komen te staan als: Hoe bereik ik dit kind? Hoe kan ik het aanspreken? Daarnaast kunnen verpleegkundigen geconfronteerd worden met ouders die te horen krijgen dat hun kind verstandelijk gehandicapt is. Zij zijn dan degenen die met vragen en emoties van de ouders, zoals verdriet, boosheid en onzekerheden, te maken krijgen. Ondersteuning van de ouders en goed reageren op hun vragen en emoties zijn op zo’n moment heel belangrijk.