2014 | OriginalPaper | Hoofdstuk
18. Geneesmiddelen en speeksel
Auteurs : A. Vissink, E.C.I. Veerman
Gepubliceerd in: Speeksel en speekselklieren
Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum
Samenvatting
-
De bijwerking die sommige geneesmiddelen hebben op speeksel en speekselklieren kan geheel verschillend van aard zijn: de secretiesnelheid kan zijn verlaagd of verhoogd, de klieren zelf kunnen in omvang toenemen, de eiwitbiosynthese kan kwalitatief en kwantitatief veranderen. Tevens kunnen pijngewaarwording in de speekselklieren, smaakveranderingen en halitose optreden.
-
Bij psychiatrische patiënten is de speekselreductie veelal gerelateerd aan het gebruik van antidepressiva, vooral de wat oudere soorten. De apathie en de slechte orale gezondheid, gecombineerd met de door de medicatie geïnduceerde xerostomie, maken deze patiënten tot een hoogrisicogroep voor het ontwikkelen van orale ontstekingen en tandbederf.
-
Chronische toediening van pilocarpine aan patiënten met speekselklierdisfunctie geeft een verhoging van de speekselsecretie zonder opvallende bijverschijnselen. In voorkomende gevallen kan dit een effectief therapeuticum zijn als men met kauw- en smaakstimuli niet uitkomt.
-
Toediening van isoproterenol voor de verhoging van de speekselsecretie resulteert in vergroting van de speekselklieren en kan de samenstelling van speeksel zowel kwalitatief als kwantitatief veranderen.