2010 | OriginalPaper | Hoofdstuk
Erfelijke en farmacologische aspecten
Auteur : Jaap van der Stel
Gepubliceerd in: De verslavingszorg voorbij
Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum
Het idee dat verslaving een erfelijke component heeft, dat er sprake is van overdracht tussen generaties, is al heel oud, in ieder geval al voordat Charles Darwin (1809–1882) zijn theorie over evolutie formuleerde en voordat Gregor Mendel (1822–1884) verslag deed van zijn experimentenmet de vererving van uiterlijke kenmerken bij erwten. Wel hebben deze wetenschappelijke ontwikkelingen een belangrijke rol gespeeld. Ze hebben er sterk toe bijgedragen dat eind negentiende en in de eerste helft van de twintigste eeuw de belangstelling voor erfelijkheid, wat verslaving betreft specifiek gericht op alcoholisme, een hausse beleefde. Weliswaar was nog niet bekend hoe eigenschappen van de ene naar de andere generatie konden worden overgedragen en wat precies werd verstaan onder een gen. Daarover kwam pas meer duidelijkheid nadat James Watson (1928) en Francis Crick (1916–2004) in 1953 de chemische structuur van het DNA hadden ontrafeld.