01-08-2005 | Onderzoeksbericht
Eerstelijns Programma voor Ouderenpsychiatrie (EPO): Achtergrond, implementatie en eerste ervaring
Gepubliceerd in: Tijdschrift voor Gerontologie en Geriatrie | Uitgave 4/2005
Log in om toegang te krijgenSamenvatting
Sinds 1999 is de huisarts door de overheid aangesteld als de “Poortwachter van de GGz”. De bedoeling hiervan is om zoveel mogelijk psychische problematiek in de eerste lijn te behandelen. De vaak ingewikkelde problematiek van ouderen vormt voor de huisarts een probleem bij diagnostiek, behandeling en verwijzing. Psychische problemen gaan vaak schuil achter somatische klachten en leiden zelden tot verwijzing of adequate behandeling. Veel huisartsen maken gebruik van ondersteuningsprogramma’s vanuit de tweedelijns GGz, maar bijna al deze programma’s worden uitgevoerd door de gespecialiseerde GGz voor volwassenen. In middenwestelijk Utrecht bleek bij de huisartsen een duidelijke vraag te bestaan naar een ondersteuningsprogramma dat zich specifiek richt op ouderen met psychische problemen. De specifieke kenmerken van ouderen bij wie een grote kans bestaat op somatische en psychische co-morbiditeit en op cognitieve achteruitgang vragen om een op hen toegesneden ondersteuning in de eerste lijn. De eerste resultaten van een eerstelijns ondersteuningsprogramma voor ouderen zijn bemoedigend. Verder onderzoek moet uitwijzen of het EPO voor huisarts en patiënt voldoende toegevoegde waarde heeft om brede invoering te rechtvaardigen.