02-07-2016
De mondigheid van de oudere patiënt bij de geriater
Een kwalitatief onderzoek naar de mondigheid van oudere patiënten in de relatie met de geriater en het effect op de communicatie en de medische behandeling
Gepubliceerd in: Tijdschrift voor Gerontologie en Geriatrie | Uitgave 4/2016
Log in om toegang te krijgenSamenvatting
Eerdere onderzoeken hebben aangetoond dat de mondigheid van verschillende patiëntgroepen in contact met artsen en verpleegkundigen is toegenomen. Er is nog niet eerder specifiek ingezoomd op de mondigheid van de oudere patiënt vanuit het perspectief van de geriater. Onderzoek hiernaar is van belang in verband met de vergrijzing, het frequente contact tussen oudere patiënten met de arts en de toenemende voorkeur van medici voor processen als ‘shared decision making’ en ‘informed consent’. Via interviews met geriaters is de invloed verkend van de mondigheid van de oudere patiënt op de interactie met de arts en de medische behandeling.
De interviewuitkomsten laten zien dat er geen eenduidig antwoord gegeven kan worden op de vraag of de mondigheid van oudere patiënten de afgelopen 10 jaar is toegenomen; hooguit is er sprake van enige toename. Per patiënt varieert de mondigheid sterk. De belangrijkste factoren die mondigheid beïnvloeden zijn de cognitieve staat van de patiënt, zijn medische kennis, leeftijd en opleidingsniveau. Ook blijken familie en mantelzorgers een grote rol te spelen in de mondigheid die wordt getoond in de spreekkamer. Drie vormen van actieve communicatie (vragen stellen, mening geven en bezorgdheid uiten) zijn de overheersende uitingsvormen van mondigheid bij de oudere patiënt. Mondigheid heeft invloed op de communicatie en relatie tussen de arts en patiënt en op de besluitvorming. Mondigheid leidt meestal tot meer therapietrouw en het ‘afdwingen’ van (meer) onderzoek.