Samenvatting
Bij episodische clusterhoofdpijn doen zich hoofdpijnaanvallen voor in clusters die weken tot maanden kunnen duren. De episodes gedurende welke de patiënt klaagt over heftige dagelijkse hoofdpijnaanvallen worden afgewisseld met periodes waarin de patiënt klachtenvrij is. Bij chronische clusterhoofdpijn heeft de patiënt hetzelfde type zeer heftige pijnaanvallen, maar zijn de hoofdpijnvrije episodes zeldzaam geworden of kunnen zelfs geheel ontbreken. De aanvallen treden vooral ‘s nachts op en zijn strikt eenzijdig, waarbij de maximale pijnsensatie meestal rond het oog is gelokaliseerd. De pijnintensiteit is binnen enkele minuten maximaal en de duur van de retro-orbitale pijn varieert meestal tussen 15 minuten en 2 uur. Vaak treedt een rood en tranend oog op samen met een partiële ptosis van het ooglid, al dan niet in combinatie met een vernauwde pupil en een verstopte neus, overgaand in een loopneus aan de zijde van de hoofdpijn. Het verschil met migraine is het feit dat misselijkheid en braken zelden optreden, dat de patiënten een opvallende bewegingsdrang hebben en het liefst niet stil in bed liggen en verder het frequenter voorkomen van deze hoofdpijnvorm bij mannen dan bij vrouwen.