Top

Huisarts en wetenschap

Gepubliceerd in:

01-05-2013 | Nascholing

Snurken en het slaapapneusyndroom

Auteurs: dr. Arie Knuistingh Neven, M.M.M. Eijsvogel

Gepubliceerd in: Huisarts en wetenschap | Uitgave 5/2013

Samenvatting

Knuistingh Neven A, Eijsvogel MMM. Snurken en het slaapapneusyndroom. Huisarts Wet 2013;56(5):238-41.

Snurken is in de meeste gevallen een onschuldig verschijnsel, maar soms is het een symptoom van het obstructieve slaapapneusyndroom (OSAS). Kenmerkend voor OSAS zijn behalve snurken ook het voorkomen van ademhalingsstilstanden en slaperigheid overdag. OSAS kan tot grote problemen leiden. Het is voor de huisarts dus essentieel om onderscheid te maken tussen onschuldig, primair snurken en OSAS. Verwijzen naar de tweede lijn dient te geschieden indien verdere diagnostiek en behandeling van OSAS nodig is. Primair snurken is men met conservatieve maatregelen te behandelen. Bij een aantal patiënten zijn mandibulaire repositieapparatuur (MRA) of kno-ingrepen noodzakelijk. Een effectieve oplossing bij OSAS is de toepassing van continuous positive airway pressure (CPAP). MRA is een bruikbaar alternatief.

vorige artikel Tijdschrift voor praktijkondersteuning

volgende artikel ‘Ik ben door mijn onderzoek een betere huisarts geworden’

Van Dijk FS, Knuistingh Neven A, Eekhof JAH. Kleine kwalen. Snurken. Huisarts Wet 2006;49:98-100.

Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO. Richtlijn Diagnostiek en behandeling van het obstructieveslaapapneusyndroom bij volwassenen. Utrecht: Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO, 2009.

Knuistingh Neven A. Het slaapapneusyndroom in de huisartspraktijk. [proefschrift] Rijksuniversiteit Leiden. Delft: Eburon, 1996.

Knuistingh Neven A, Middelkoop HA, Kemp B, Kamphuisen HA, Springer MP. The prevalence of clinically significant sleep apnoea syndrome in The Netherlands. Thorax 1998;53:638-42.CrossRef

Gislason T, Almquist M, Eriksson G, Taube A, Boman G. Prevalence of sleep apnea syndrome among Swedish men: an epidemiological study. J Clin Epidemiol 1988;41:571-6.PubMedCrossRef

Stradling JR, Crosby JH. Predictors and prevalence of obstructive sleep apnoea and snoring in 1001 middle aged men. Thorax 1991;46:85-90.PubMedCrossRef

Young T, Palta M, Dempsey J, Skatrud J, Weber S, Badr S. The occurrence of sleep-disordered breathing among middle-aged adults. N Engl J Med 1993;328:1230-5.PubMedCrossRef

Eijsvogel MMM. Het obstructief slaapapneusyndroom (OSAS). Mod Med 2010;34:342-7.

Meoli AL, Rosen Cl, Kristo D, et al. Clinical practice research committee, American Academy of Sleep Medicine. Nonprescription treatments of snoring and obstructive sleep apnea: an evaluation of products with limited scientific evidence. Sleep 2003;26:619-24.PubMed

10.

Michaelson PG, Mair EA. Popular snore aids: Do they work? Otolaryngol Head Neck Surg 2004;130:649-58.PubMedCrossRef

11.

Braver HM, Block AJ. Effect of nasal spray, positional therapy and the combination thereof in the asymptomatic snorer. Sleep 1994;17:516-21.PubMed

12.

Stradling JR, Negus TW, Smith D, Langford B. Mandibular devices for the control of snoring. Eur Respir J 1998;11:447-50.PubMedCrossRef

13.

Marklund M, Stenlund H, Franklin KA. Mandibular advancement devices in 630 men and women with obstructive sleep apnea and snoring: tolerability and predictors of treatment success. Chest 2004;125:1270-8.PubMedCrossRef

14.

Bäck LJ, Hytönen ML, Roine RP, Malmivaara AO. Radiofrequency ablation treatment of soft palate for patients with snoring: a systematic review of effectiviness and adverse effects. Laryngoscope 2009:119:1241-50.PubMedCrossRef

15.

Shneerson J, Wright JJ. Lifestyle modification for obstructive sleep apnoea. Cochrane Database Syst Rev 2001;1:CD002875 (update published 2009).

16.

Van Maanen JP, Meester KA, Dun LN. The sleep position trainer: a new treatment for positional obstructive apnoea. Sleep Breath 2012;DOI:10.1007/s11325-012-0764-5.

17.

Kiely JL, Nolan P, McNicholas WT. Intranasal corticosteroid therapy for obstructive sleep apnea in patients with co-existing rhinitis. Thorax 2004;59:50-5.PubMed

18.

Sundaram S, Lim J, Lasserson T. Surgery for obstructive sleep apnoea in adults. Cochrane Database Syst Rev 2005;4:CD001004 (update published 2009).

19.

Hoekema A, Stegenga B, Bart LGM de. Efficacy and co-morbidity of oral appliances in the treatment of obstructive sleep apnea-hypopnea: a systemic review. Crit Rev Oral Biol Med 2004;15:137-55.PubMedCrossRef

20.

Giles TL, Lasseron TJ, Smith B, White J, Wright JJ, Cates CJ. Continuous positive airways pressure for obstructive sleep apnoea in adults. Cochrane Database Syst Rev 2006; 3:CD001106 (update published 2008).

Titel: Snurken en het slaapapneusyndroom
Auteurs: dr. Arie Knuistingh Neven
M.M.M. Eijsvogel
Publicatiedatum: 01-05-2013
Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum
Gepubliceerd in: Huisarts en wetenschap / Uitgave 5/2013
Print ISSN: 0018-7070
Elektronisch ISSN: 1876-5912
DOI: https://doi.org/10.1007/s12445-013-0132-0

Bohn Stafleu van Loghum

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

Samenvatting

Log in om toegang te krijgen

Andere artikelen Uitgave 5/2013

Geneeskunde op rantsoen

Niet-gemetastaseerde blaaskanker

Tijdschrift voor praktijkondersteuning

Tetanus na honden- of kattenbeet

Secundaire opscheppreventie

Onderzoek naar SOLK na rampen