Skip to main content
Top
Gepubliceerd in: Tandartspraktijk 6/2007

01-06-2007 | TP selectief

Restauratieve tandheelkunde

Auteur:    

Gepubliceerd in: Tandartspraktijk | Uitgave 6/2007

Log in om toegang te krijgen
share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Voor het vastzetten van restauraties worden meestal glasionomeer - cementen (GIC) en kunststofcementen gebruikt. GIC’s kunnen chemisch binden aan tandweefsel en fluoride afgeven. Tegenover deze voordelen staat het nadeel van de hoge zuurgraad tijdens het uitharden van het cement, die de oorzaak kan zijn van postoperatieve gevoeligheid. Onderzoek hiernaar laat zien dat deze gevoeligheid kleiner is dan die bij gebruik van zinkfosfaatcement. Overgevoeligheid kan echter ook het gevolg zijn van irritatie door het prepareren van het gebitselement, de structuur en de dikte van het dentine, en lekkage met infiltratie van bacteriën. Kunststofcementen geven micromechanische hechting die groter is dan die van conventionele cementen. Bovendien lossen zij minder gemakkelijk op. Bij gebruik van deze cementen wordt ook postoperatieve gevoeligheid waargenomen. Deze zou worden veroorzaakt doordat het dentine niet hermetisch wordt afgesloten door het cement. Het gevolg is dikwijls een sterke gevoeligheid voor koude, doordat bij temperatuurveranderingen vloeistof door de dentinekanaaltjes stroomt.
Metagegevens
Titel
Restauratieve tandheelkunde
Auteur
   
Publicatiedatum
01-06-2007
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
Gepubliceerd in
Tandartspraktijk / Uitgave 6/2007
Print ISSN: 0167-1685
Elektronisch ISSN: 1875-6808
DOI
https://doi.org/10.1007/BF03073171

Andere artikelen Uitgave 6/2007

Tandartspraktijk 6/2007 Naar de uitgave

Esthetische tandheelkunde

De diagnostische modellen

Bedrijfsvoering

De Boorpolitie

Redactioneel

Eigen volk eerst?