Gepubliceerd in:
01-12-2010 | werk in uitvoering
reacties op deze casus: ‘ Kunnen ze verantwoordelijkheid dragen?’
Auteur:
Bernard Bröring
Gepubliceerd in:
Vakblad Sociaal Werk
|
Uitgave 6/2010
Log in om toegang te krijgen
Extract
‘Terecht, de kinderen hebben prioriteit. Maar is voor hen niet in de eerste plaats de voogd van Bureau Jeugdzorg verantwoordelijk? Er blijven voldoende andere thema’s over om op te focussen. Zo schakelt de woningbouwvereniging maatschappelijk werk in, maar stelt tegelijkertijd onverbiddelijk eisen: ‘Nu opknappen, en anders kost het jullie vijftienduizend euro’. Ik vind dat onredelijk gezien de hoge schuld die reeds bestaat. Dus zou ik in een driehoeksmodel om de tafel gaan zitten; de cliënt, de woningbouwvereniging en ik. Ik zou toewerken naar een traject voor voorwaardelijke hulpverlening. De huurders laten zich helpen bij het oplossen van hun financiële problemen, en als tegenprestatie geeft de woningbouwvereniging enige speelruimte. Misschien zijn er in het netwerk van het gezin mensen die kunnen helpen het huis weer leefbaar te maken? Woningaanpassingen gefinancierd vanuit de Wmo hebben nog even geen zin gezien de staat van onderhoud. Vervolgens zou ik te rade gaan bij de GGz. Want wat is er met mevrouw aan de hand? Haar handelen lijkt voort te komen uit psychopathologie. Kunnen de strafbare feiten haar aangerekend worden? Of heeft ze behandeling nodig en zit ze ten onrechte vast? Haar verzoek om budgetbeheer te stoppen is gehonoreerd. Ik vind dat op zijn minst opmerkelijk. In hoeverre is zij in staat verantwoordelijkheid te dragen? Hetzelfde kun je je afvragen bij meneer. Antwoord op die vragen zijn belangrijk bij legitimering van je handelen. …