Samenvatting
De processen in een organisme kun je op verschillende niveaus bestuderen. Dit hoofdstuk beschrijft deze organisatieniveaus: molecuul, celorganel, cel, weefsel, orgaan, orgaanstelsel en organisme. Op het moleculaire niveau komt de oplosbaarheid van stoffen in water aan bod: hydrofiele (polaire) stoffen en lipofiele (apolaire) stoffen. De cel en de celorganellen komen aan bod, met een accent op de energiehuishouding en productie van lichaamseiwit. Vanwege de rol bij prikkelbaarheid van weefsels wordt transport van stoffen door de celmembraan besproken: passief transport (diffusie onder invloed van een concentratieverschil en/of ladingsverschil tussen de ruimte in de cel en daarbuiten) en actief transport (door een pompmechanisme of blaasjesvorming). De twee soorten celdeling (mitose en meiose) en de bouw van weefsels met en zonder celtussenstof worden besproken met het oog op groei en ontwikkeling en weefselherstel.