2010 | OriginalPaper | Hoofdstuk
10 Niercelcarcinoom
Auteurs : Prof. dr. J.B.A.G. Haanen, dr. A. Bex
Gepubliceerd in: Het oncologie formularium
Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum
Samenvatting
-
Incidentie van niercelcarcinoom in Nederland is 1.500 patiënten per jaar.
-
Piekincidentie rond 60e à 70e levensjaar, mannen vaker dan vrouwen.
-
Histopathologisch is 80% heldercellig.
-
Onderscheid tussen kleine (< 7 cm) en grote (> 7 cm) tumoren van belang voor soort ingreep.
-
Belangrijkste risicofactor is waarschijnlijk roken.
-
Vaak lang asymptomatisch, eventueel hematurie (10%).
-
Diagnose vaker bij toeval via onderzoek (echo of CT-scan van de buik) om andere reden.
-
Diagnostiek bestaat uit bloedonderzoek inclusief Hb, calcium, LDH en nierfunctie, CT-thorax en abdomen.
-
Behandeling bestaat uit radicale of partiële nefrectomie, behalve bij hematogene uitzaaiingen.
-
Een derde van de patiënten heeft al uitzaaiingen bij presentatie.
-
Indeling in MSKCC-risicogroepen is van belang voor prognose en keuze van therapie.
-
Vóór behandeling van gemetastaseerde ziekte dient eerst een histologisch biopt van primaire tumor of metastase genomen te worden.
-
Huidige therapie voor uitgezaaide ziekte bestaat uit angiogeneseremming.