Skip to main content
Top

2008 | Boek

De geschiedenis van de oncologie (NTvG-editie)

Auteur: Prof.dr. D. J. Th. Wagener

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

insite
ZOEKEN

Inhoudsopgave

Voorwerk
1. Inleiding
Abstract
Kanker is een aandoening die al sinds het begin van de mensheid bestaat, maar tegenwoordig toeneemt in belangrijkheid. Was tuberculose in de negentiende eeuw de meest bedreigende ziekte, en waren hart- en vaatziekten dat in de twintigste eeuw, in de huidige eeuw lijkt kanker de belangrijkste doodsoorzaak te worden. Toch is er in de afgelopen tijd veel bereikt. Momenteel geneest ongeveer de helft van de patiënten, terwijl een eeuw geleden genezing een zeldzaamheid was. Objectief gezien lijkt dit prachtig, maar voor de patiënt is het bereikte resultaat vanzelfsprekend volstrekt onvoldoende. Hij wil genezing, geen kans. Het lijkt daarom zinvol om te beschrijven met hoeveel moeilijkheden de reeds bereikte verbetering tot stand is gekomen en welke horden nog genomen moeten worden om enig begrip te krijgen voor het feit dat honderd procent genezing nog ver verwijderd is.
D. J. Th. Wagener
2. Het voorkomen van kanker in de oudheid en de opvattingen over de aard van de aandoening
Abstract
Dankzij de paleopathologie, het onderzoek van afwijkingen in menselijke en dierlijke resten uit lang vervlogen tijden, weten we dat tumoren voorkomen al zo lang er mensen en dieren bestaan. Botten zijn het beste bestand tegen verval. De eerste vormen van kanker werden dan ook aangetroffen in dierlijke botten. Moodie vond in Wyoming in de Verenigde Staten een deel van de staart van een dinosaurus. In een van de staartwervels bevindt zich een uitgroei die aan een vaattumor doet denken. Volgens Walker is het een kankergezwel, volgens Calvin Wells gaat het echter om een exostose (goedaardige botuitwas). Eenzelfde discussie speelde zich af rond een afwijking aan de schacht van het bovenbeen van de Homo erectus (de aapmens), vroeger Pithecanthropus erectus genoemd, dat in de negentiende eeuw op Java door de Nederlandse arts Dubois werd gevonden (figuur 2.1). Het gaat hier om een vondst uit prehistorische tijden (800.000 jaar geleden). Volgens Walker is de afwijking een osteosarcoom, terwijl Wells het een exostose noemt.
D. J. Th. Wagener
3. De behandeling van kanker in het verleden
Abstract
Kanker is altijd al een bedreigende ziekte geweest. In de loop van de tijd zijn veel verschillende vormen van behandeling toegepast, maar het succespercentage was laag. Gelukkig is dit geleidelijk aan verbeterd en sinds het begin van de nieuwe eeuw, met de introductie van de doelwittherapie, zijn de vooruitzichten op een verbetering significant gestegen.
D. J. Th. Wagener
4. Het volwassen worden van de chirurgie bij de behandeling van kanker
Abstract
Het verleden overziende, kan men de chirurgische behandeling van kanker met recht de oudste therapievorm van kanker noemen. Alvorens verder te gaan lijkt het daarom goed extra aandacht te besteden aan de plaats van de chirurg in de gezondheidszorg in het verleden.
D. J. Th. Wagener
5. De historische ontwikkeling van de radiotherapie
Abstract
De grondslag van de radiotherapie ligt in de kennis die verkregen is op verschillende gebieden van wetenschap, vooral op het terrein van de natuur- en scheikunde. Ofschoon elektriciteit al bekend was bij de oude Grieken, is hierover vooral in de negentiende eeuw veel kennis vergaard. Veel natuurkundigen hielden zich in die tijd bezig met het onderzoeken van ontladingen in gasarme ruimtes en in het mechanisme hiervan. Onder hen was Johann Hittorf (1824–1914), die in 1869 deze geleiding van elektrische stroom in gassen kathodestraling noemde. Later bleek dat de straling bestond uit elektronen, die onderdeel uitmaken van atomen. Het elektron werd in 1897 ontdekt door de Engelse natuurkundige Sir Joseph J. Thomson (1856–1940). In september 1895 beschreef Philipp Eduard Anton (von) Lenard (1862–1947) dat de kathodestraling f luorescentie veroorzaakte in bariumcyanidekristallen, zelfs wanneer hij zijn hand tussen de vacuümbuis en de kristallen plaatste (Ribot, 2005). Nog een natuurkundige die geïnteresseerd was in dit mechanisme was Wilhelm Conrad Röntgen (1845–1923).
D. J. Th. Wagener
6. De ontwikkeling van de chemotherapie
Abstract
De introductie van de chemotherapie, dus de behandeling van kanker met medicijnen, in de jaren vijftig en zestig van de twintigste eeuw, heeft geresulteerd in de ontwikkeling van curatieve en palliatieve behandelingsmogelijkheden voor vrijwel alle solide vormen van kanker en van kwaadaardige hematologische aandoeningen. Niet alleen is gebleken dat met uitsluitend chemotherapie genezing kan worden bereikt, maar ook dat in combinatie met chirurgie en bestraling de kans op genezing significant verbetert.
D. J. Th. Wagener
7. De geschiedenis van de hormonale behandeling van kanker
Abstract
De hormonale behandeling van tumoren heeft twee voordelen ten opzichte van de besproken chirurgische, radiotherapeutische en cytostatische benadering. Ten eerste worden de weefsels door de hormonale therapie niet ernstig beschadigd. Ten tweede kan het langdurige palliatie geven bij patiënten met uitgebreid gemetastaseerde tumoren die hormoongevoelig zijn, zonder dat dit gepaard gaat met ernstige bijwerkingen. Het is daarom in het algemeen een milde behandeling. Een nadeel is dat hormonale behandeling alleen aan de genezing kan bijdragen in de adjuvante situatie en niet meer als de kanker gemetastaseerd is.
D. J. Th. Wagener
8. De achtergronden van de doelwittherapie en de start van een nieuwe benadering
Abstract
Sinds een jaar of dertig weten we dat de oorzaak van kanker gelegen is in de genen. Dit heeft een enorme ontwikkeling in gang gezet om middelen te vinden die erop gericht zijn de oorzaak aan te pakken. Het is duidelijk dat behandeling gericht op de oorzaak een rationelere benadering van het probleem vormt dan een behandeling met chemotherapie gericht op de gevolgen van de ontsporing van de genen. Door deze nieuwe aanpak bestaat de mogelijkheid alleen de kankercel uit te schakelen. De kansen op een definitieve genezing worden daarmee groter en bovendien wordt vermeden dat gezonde cellen vernietigd worden.
D. J. Th. Wagener
9. Immuuntherapie in verleden en heden
Abstract
Al meer dan honderd jaar zijn er pogingen gedaan om met beïnvloeding van de afweer van de patiënt kanker te bestrijden De resultaten waren echter meer van anekdotische aard dan dat er werkelijke doorbraken werden gezien. De laatste eeuw overziende, heeft het geloof in de immuuntherapie sterke golf bewegingen gekend. Er zijn tijden geweest waarin gedacht werd dat immuuntherapie de oplossing van het kankerprobleem zou brengen en dat het de vierde behandelingsmodaliteit naast chirurgie, radiotherapie en chemotherapie zou worden. Maar er zijn ook perioden geweest dat al het onderzoek op dit gebied alleen maar als verspilling van geld en inspanning werd beschouwd.
D. J. Th. Wagener
10. Het ontstaan van de psycho-oncologie
Abstract
De diagnose kanker, de bedreiging van het leven met de eraan verbonden angsten, resulteert in een complex geheel van zaken. Deze hebben te maken met lichamelijke symptomen, met inbegrip van de verschijnselen die door de behandeling worden veroorzaakt; met het zoeken naar het in het reine komen met de situatie; het vat krijgen op de existentiële dimensie van de ziekte; met het bezorgd zijn voor het gezin dat ook te maken krijgt met de kanker en het zoeken van troost in een filosofische, spirituele of religieuze geloofstructuur, of in waarden die betekenis geven aan leven en dood.
D. J. Th. Wagener
Nawerk
Meer informatie
Titel
De geschiedenis van de oncologie (NTvG-editie)
Auteur
Prof.dr. D. J. Th. Wagener
Copyright
2008
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
Elektronisch ISBN
978-90-313-7688-9
Print ISBN
978-90-313-5331-6
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-7688-9