Het is half acht 's ochtends, ik ben halverwege thuis en werk en ik heb vanaf half 4 wakker gelegen. Met ongezonde tegenzin bereid ik me langzaam rijdend en stilstaand voor op de dag. Ik kan wel gillen: 'Ik wil al die mensen niet zien vandaag! Ze interesseren me niet eens!' Opstandig neem ik de afslag, passeer de oprit die me naar huis zou kunnen brengen, weersta de verleiding en rijd de wijk in waar al die mensen wonen voor wie ik zo weinig interesse voel. Een aantal van hen komt vandaag op mijn spreekuur. …