Samenvatting
Het antwoord op de tweede vraag is eenvoudig en kan kort zijn: inderdaad elk astma op zuigelingenleeftijd moet langdurig (met onder andere inhalatiecorticosteroïden (ICS) worden behandeld. De vraag is echter hoe kan de juiste diagnose (astma) bij zuigelingen worden gesteld? Aanvullend onderzoek is vaak weinig informatief; allergisch onderzoek kan fout-negatieve resultaten opleveren, en longfunctie-onderzoek is slechts mogelijk als optie bij wetenschappelijk onderzoek. De anamnese en het lichamelijk onderzoek dienen voldoende aanknopingspunten te verschaffen om tot een juiste diagnose te komen. Belangrijke vragen kunnen zijn: is er sprake van een piepend expirium, verlopen de klachten in aanvallen, zijn er klachtenvrije intervallen, heeft het kind eczeem, is de familie-anamnese in de eerste en/of tweede graad positief met betrekking tot astma, allergie en eczeem, wat is het effect van luchtweg-verwijdende therapie? Het beloop van de klachten brengt uiteindelijk de oplossing. Jongere kinderen met astma hebben vaak langduriger en moeilijker te behandelen klachten en een positieve familie-anamnese. Deze kinderen dienen op jonge leeftijd te worden behandeld om structurele beschadiging van de luchtwegen te voorkomen. De diagnose is vaak moeilijk en de inhalatietherapie met ICS wordt niet altijd makkelijk geaccepteerd. Medebehandeling door de kinderarts ter ondersteuning van de diagnostiek en begeleiding van de inhalatietherapie kan in deze zeer zinvol zijn.