Top

Gepubliceerd in:

2006 | OriginalPaper | Hoofdstuk

Hoe effectief is immunotherapie? Welke patiënten komen ervoor in aanmerking?

Auteur : dr. R.J.A.M. van der Hulst

Gepubliceerd in: Vademecum permanente nascholing huisartsen

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

Samenvatting

In verschillende westerse landen laten epidemiologische studies een consistente groei zien in de prevalentie van allergische rhinitis en astma. Over de oorzaak hiervan wordt veel gespeculeerd, maar eensluidende verklaringen zijn nog niet beschikbaar. Vaak wordt de huisarts geconfronteerd met rinopathieklachten, waarbij een allergische rinopathie in de differentiële diagnose wordt meegenomen. Jongere patiënten vormen hier een belangrijke groep.

vorige hoofdstuk Komen bij een loopoor de oordruppels wel op de goede plaats terecht?

volgende hoofdstuk Hoe kan de huisarts een indruk krijgen van de grootte van het adenoïd bij kinderen? Is een röntgenfoto daarbij zinvol?

Bousquet J, Cauwenberge P van, Khaltaev N. Allergic Rhinitis and its Impact on Asthma (ARIA). Allergy 2002; 57: 841-55.

Wilson DR, Torres Lima M, Durham SR. Sublingual immunotherapie for allergic rhinitis. Cohrane Library 2003: 1-30.

Malling HJ. Immunotherapie as an effective tool in allergy treatment. Allergy 1998; 53: 461-72.

Rienzo di V, Marcucci F, Puccinelli P. Long lasting effect of SLIT in children with asthma due to house dust mite: a 10-year prospective study. Clin Exp Allergy 2003; 33: 206-10.

Titel: Hoe effectief is immunotherapie? Welke patiënten komen ervoor in aanmerking?
Auteur: dr. R.J.A.M. van der Hulst
Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum
Boek: Vademecum permanente nascholing huisartsen
Print ISBN: 978-90-313-8807-3

Elektronisch ISBN: 978-90-313-8808-0

Copyright: 2006
DOI: https://doi.org/10.1007/978-90-313-8808-0_1336

Bohn Stafleu van Loghum

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

Samenvatting

Log in om toegang te krijgen