Skip to main content
Top
Gepubliceerd in: Huisarts en wetenschap 1/2007

01-01-2007 | NHG-Farmacotherapeutische richtlijn

Farmacotherapeutische richtlijn Polymyalgia rheumatica

Auteur: H. Folmer

Gepubliceerd in: Huisarts en wetenschap | Uitgave 1/2007

Log in om toegang te krijgen
share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

In deze farmacotherapeutische richtlijn zijn de gegevens in de paragrafen ‘Achtergronden’ en ‘Diagnostiek’ voornamelijk ontleend aan bestaande richtlijnen, overzichtsartikelen en leerboeken. Het farmacotherapeutisch beleid is zo veel mogelijk gebaseerd op de resultaten van wetenschappelijk onderzoek (systematische reviews en RCT’s).
Voetnoten
1
Voor de gegevens over de etiologie en epidemiologie is gebruikgemaakt van de overzichtsartikelen van Frearson, Salvariani, Swannell en Weynand [Frearson 2003, Salvarani 2002, Swannell 1997, Weynand 2003]. De gegevens uit de Continue MorbiditeitsRegistratie (CMR) te Nijmegen zijn aangereikt door prof.dr. W. van den Bosch.
 
2
Voor de beschrijving van de diagnose en het diagnostisch proces is gebruikgemaakt van de overzichtsartikelen van Frearson, Salvarani en Vos [Frearson 2003, Salvarani 2002, Vos 2005].
 
3
Over de wetenschappelijk onderbouwing van diagnostische procedures is geen specifieke onderzoeksliteratuur beschikbaar. Hiervoor bestaat dus geen ‘gouden standaard’. Aanvullende diagnostiek wordt vooral verricht om andere mogelijk ernstige aandoeningen uit te sluiten (zie noot 4).
In de praktijk bestaat de diagnostiek – deels in de tweede lijn – uit het volgende:
1.
anamnese (zie hierboven);
 
2.
volledig lichamelijk onderzoek, in het bijzonder intern (let vooral op hart, mammae en prostaat), reumatologisch (gewrichten, slijmvliezen) en neurologisch;
 
3.
laboratoriumonderzoek: BSE, bloedbeeld, lever- en nierfunctiewaarden; op indicatie ook: CK, totaal eiwit, TSH, paraproteïnescreening, urinescreening, reumafactor, anti-CCP en PSA;
 
4.
röntgenonderzoek van de thorax;
 
5.
op indicatie: röntgenonderzoek van nek of schouders en/of heupen (artrose);
 
6.
op indicatie: echo van de buik (lever, nieren, para-aortale klieren);
 
7.
op indicatie: biopsie van de arteria temporalis.
 
 
4
Door het vaak aspecifieke klachtenpatroon van PMR is de differentiaaldiagnose zeer uitgebreid [Frearson 2003, Leeb 2003, Salvarani 2002, Vos 2005], waarbij aan de volgende mogelijkheden moet worden gedacht.
1.
In en rond het skelet: beginnende reumatoïde artritis; capsulitis, tendinitis, rotator cuff-problemen van de schouder; artrose van de schouder, artrose/spondylose van de nek; spondylartritis (M. Bechterew); osteoporose; recidiverende symmetrische synovitis met ‘pitting’-type oedeem, (poly)myositis en fibromyalgie met tegelijkertijd verhoogde BSE.
 
2.
(Para)neoplastisch: zoals bij multipele myeloom, diverse carcinomen en metastasen.
 
3.
Infectieus: virale infectie, tuberculose, bacteriële endocarditis.
 
4.
Overig: hypothyreoïdie, SLE, polyarteriitis nodosa, syndroom van Sjögren, ziekte van Parkinson.
 
 
5
Voor de beschrijving van het klinische beeld van arteriitis temporalis is gebruikgemaakt van de artikelen van Salvarani, Weyand en Swannell [Salvarani 2002, Weyand 2003, Swannell 1997].
 
6
Voor de medicamenteuze behandeling van PMR is gebruikgemaakt van de overzichtsartikelen van Frearson, Gran, Swannell en Vos [Frearson 2003, Swannell 1997, Gran 1999, Vos 2005].
De farmacotherapie kan bestaan uit:
1.
NSAID’s (zijn werkzaam bij het verminderen van de klachten van pijn en stijfheid);
 
2.
orale glucocorticosteroïden (prednison, prednisolon).
 
De effectiviteit van orale corticosteroïden berust op klinische ervaring en op observationele onderzoeken. Er wordt verondersteld dat prednison de aanmaak van inflammatoire cytokinen snel afremt en dat daardoor de acutefasereacties snel afnemen. De voorheen vaak voorgeschreven hoge dosering (30-40 mg prednison) is niet nodig. Uit ervaring blijkt een lagere startdosering (15-20 mg) voldoende te zijn.
Er zijn geen vergelijkende onderzoeken gevonden met een onderbouwing van een behandelschema met een optimaal afbouwstramien van prednis(ol)on. Wel is gebleken dat het om de dag geven van een dubbele dagdosis minder effectief is dan een dagelijkse dosering [Vos 2005].
Er is één onderzoek gevonden waarin prednisonbehandeling werd vergeleken met een combinatie van prednison en methotrexaat. Gebleken is dat methotrexaat een steroïdsparend effect kan hebben, met een iets beter klinisch resultaat [Caporali 2004]. Deze combinatiebehandeling wordt in de eerste lijn niet aanbevolen omdat methotrexaat vanwege de mogelijke bijwerkingen niet als een eerstelijnsmiddel kan worden beschouwd.
 
7
Uit een uitgebreid literatuuronderzoek bleek bij langdurig gebruik van lage doseringen (<10 mg) orale corticosteroïden door patiënten met reumatoïde artritis het risico op een osteoporotische botfractuur verdubbeld te zijn [Da Silva 2006]. Daarom moet tevens een adequate medicamenteuze osteoporoseprofylaxe (met bisfosfonaten) worden voorgeschreven bij postmenopauzale vrouwen en bij mannen ouder dan 70 jaar. Zie de NHG-Standaard Osteoporose voor preventie van door corticosteroïden geïnduceerde osteoporose [Elders 2005].
 
8
Voor de prognose, het beloop en de controle is gebruikgemaakt van de artikelen van Frearson, Leeb, Salvarani en Vos [Frearson 2003, Leeb 2003, Salvarani 2002, Vos 2005].
 
Literatuur
go back to reference Caporali R, Cimmino MA, Ferraccioli G, Gerli R, Klersy C, Salvarani C, et al. Prednisone plus methotrexate for polymyalgia rheumatica: a randomized, double-blind, placebo-controlled trial. Ann Intern Med 2004;141:493-500.PubMed Caporali R, Cimmino MA, Ferraccioli G, Gerli R, Klersy C, Salvarani C, et al. Prednisone plus methotrexate for polymyalgia rheumatica: a randomized, double-blind, placebo-controlled trial. Ann Intern Med 2004;141:493-500.PubMed
go back to reference Da Silva JA, Jacobs JW, Kirwan JR, Boers M, Saag KG, Ines LB, et al. Safety of low dose glucocorticoid treatment in rheumatoid arthritis: published evidence and prospective trial data. Ann Rheum Dis 2006;65:285-93.CrossRefPubMed Da Silva JA, Jacobs JW, Kirwan JR, Boers M, Saag KG, Ines LB, et al. Safety of low dose glucocorticoid treatment in rheumatoid arthritis: published evidence and prospective trial data. Ann Rheum Dis 2006;65:285-93.CrossRefPubMed
go back to reference Elders PJM, Leusink GL, Graafmans WC, Bolhuis AP, Van der Spoel OP, Van Keimpema JC, et al. NHG-Standaard Osteoporose. Eerste herziening. Huisarts Wet 2005;48:559-70.CrossRef Elders PJM, Leusink GL, Graafmans WC, Bolhuis AP, Van der Spoel OP, Van Keimpema JC, et al. NHG-Standaard Osteoporose. Eerste herziening. Huisarts Wet 2005;48:559-70.CrossRef
go back to reference Frearson R, Cassidy T, Newton J. Polymyalgia rheumatica and temporal arteritis: evidence and guidelines for diagnosis and management in older people. Age Ageing 2003;32:370-4.CrossRefPubMed Frearson R, Cassidy T, Newton J. Polymyalgia rheumatica and temporal arteritis: evidence and guidelines for diagnosis and management in older people. Age Ageing 2003;32:370-4.CrossRefPubMed
go back to reference Leeb BF, Bird HA, Nesher G, Andel I, Hueber W, Logar D, et al. EULAR response criteria for polymyalgia rheumatica: results of an initiative of the European Collaborating Polymyalgia Rheumatica Group (subcommittee of ESCISIT). Ann Rheum Dis 2003;62:1189-94.CrossRefPubMed Leeb BF, Bird HA, Nesher G, Andel I, Hueber W, Logar D, et al. EULAR response criteria for polymyalgia rheumatica: results of an initiative of the European Collaborating Polymyalgia Rheumatica Group (subcommittee of ESCISIT). Ann Rheum Dis 2003;62:1189-94.CrossRefPubMed
go back to reference Salvarani C, Cantini F, Boiardi L, Hunder GG. Polymyalgia rheumatica and giant-cell arteritis. N Engl J Med 2002;347:261-71.CrossRefPubMed Salvarani C, Cantini F, Boiardi L, Hunder GG. Polymyalgia rheumatica and giant-cell arteritis. N Engl J Med 2002;347:261-71.CrossRefPubMed
go back to reference Swannell AJ. Polymyalgia rheumatica and temporal arteritis: diagnosis and management. BMJ 1997;314:1329-32.PubMed Swannell AJ. Polymyalgia rheumatica and temporal arteritis: diagnosis and management. BMJ 1997;314:1329-32.PubMed
go back to reference Vos PA, Bijlsma JW, Derksen RH. Polymyalgia rheumatica en arteriitis temporalis. Ned Tijdschr Geneeskd 2005;149:1932-7.PubMed Vos PA, Bijlsma JW, Derksen RH. Polymyalgia rheumatica en arteriitis temporalis. Ned Tijdschr Geneeskd 2005;149:1932-7.PubMed
go back to reference Weyand CM, Goronzy JJ. Giant-cell arteritis and polymyalgia rheumatica. Ann Intern Med 2003;139:505-15.PubMed Weyand CM, Goronzy JJ. Giant-cell arteritis and polymyalgia rheumatica. Ann Intern Med 2003;139:505-15.PubMed
Metagegevens
Titel
Farmacotherapeutische richtlijn Polymyalgia rheumatica
Auteur
H. Folmer
Publicatiedatum
01-01-2007
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
Gepubliceerd in
Huisarts en wetenschap / Uitgave 1/2007
Print ISSN: 0018-7070
Elektronisch ISSN: 1876-5912
DOI
https://doi.org/10.1007/BF03085028

Andere artikelen Uitgave 1/2007

Huisarts en wetenschap 1/2007 Naar de uitgave

In de praktijk/NHG-nieuws

Jubileumkwalen

In de praktijk/NHG-nieuws

Tussen Toen en Toekomst

In de praktijk/NHG-nieuws

Een bezoek aan de workshops