Samenvatting
Als iemand lijdt aan dementie (‘ontgeesting’), wordt bedoeld dat die persoon niet meer zonder problemen zelfstandig kan functioneren als gevolg van een hersenziekte. Er is een sterk verband met veroudering, maar dementie is geen gevolg van normale veroudering. Er zijn drie criteria om dementie vast te stellen. Er moeten (1) stoornissen in twee of meer cognitieve domeinen zijn die (2) ernstig het dagelijks functioneren verstoren en die (3) worden veroorzaakt door beschadiging/ziekte van de hersenen. De ernst wordt uitgedrukt in stadia, bijvoorbeeld met de Clinical Dementia Rating (CDR-)score. Bij ouderen > 65 jaar wordt naar schatting 70 % van alle gevallen van dementie veroorzaakt door de ziekte van Alzheimer, vaak gecombineerd met een andere ziekte. De resterende 30 % bestaat uit vasculaire dementie, dementie met Lewy-lichaampjes of dementie door de ziekte van Parkinson, en frontotemporaalkwabdementie (FTD). Bij mensen > 80 komen vaak mengvormen voor. Er zijn nog geen effectieve geneesmiddelen bekend die dementie kunnen voorkomen of genezen. Wel zijn er sterke aanwijzingen dat beïnvloedbare factoren zoals voedingspatroon, lichaamsbeweging, slaap en opleiding de kans op het ontwikkelen van dementie kunnen verkleinen.