Samenvatting
Per jaar heeft de huisarts te maken met elf patiënten die kanker krijgen en zo’n 60 patiënten die al bekend zijn met kanker. Vijf van hen zullen in dat jaar sterven. De huisarts vervult een belangrijke rol voor de patiënt als continue factor in de zorg. Ook in de fase dat de patiënt onder behandeling is van de medisch specialist, is het van belang dat de huisarts contact houdt met de patiënt. De huisarts moet zich ervan bewust zijn dat de kanker nog altijd een rol kan spelen bij klachten van de patiënt en hij moet bekend zijn met de risico’s van recidieven en gevolgen van de doorgemaakte behandeling op de langere termijn. De persoonlijke betrokkenheid en beschikbaarheid en goede informatie vinden patiënten het meest belangrijk. Contacten op initiatief van de huisarts worden gezien als blijk van deze betrokkenheid. De communicatie dient afgestemd te zijn op de behoeften van de patiënt, waarbij met name migranten nogal eens andere behoeften hebben dan de huisarts gewend is. Persoonlijke continuïteit van zorg blijkt, ook voor parttime werkende huisartsen, goed te realiseren, door duidelijke afspraken te maken met de patiënt. In de laatste levensfase is het zeer aan te bevelen dat de eigen huisarts continu beschikbaar is voor vragen van de patiënt. De aandacht van de huisarts is in alle fasen zowel medisch-technisch als psychosociaal gericht. Een proactieve aanpak voorkomt veel problemen en onnodige ziekenhuisopnamen. In de palliatieve fase heeft de huisarts intensief contact met de patiënt en diens familie. Hij bespreekt hun zorgen, vragen en klachten met hen, waarbij geldt dat hij het merendeel van deze klachten adequaat kan behandelen. In alle fasen van de oncologische zorg werkt de huisarts samen met medisch specialisten, wijkverpleegkundigen en andere zorgverleners. Wanneer er voldoende mantelzorg is, kunnen patiënten als zij dat willen hun laatste levensdagen thuis doorbrengen. Vrouwen hebben minder mogelijkheden om thuis te overlijden, waarschijnlijk door gebrek aan mantelzorg. Opname in een hospice is hiervoor een goed alternatief. Na het overlijden van de patiënt heeft de huisarts een taak in de begeleiding van de rouwende nabestaanden.