Skip to main content
Top
Gepubliceerd in: Huisarts en wetenschap 3/2003

01-03-2003 | Onderzoek

Benigne prostaathyperplasie in vier huisartsenpraktijken

Vóórkomen, beleid en beloop

Auteurs: drs. DALA Dijstelbloem, drs. MA Schouten, ALM Lagro-Janssen

Gepubliceerd in: Huisarts en wetenschap | Uitgave 3/2003

Log in om toegang te krijgen
share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

samenvatting

Dijstelbloem DALA, Schouten MA, Lagro-Janssen ALM. Benigne prostaathyperplasie in vier huisartsenpraktijken. Vóórkomen, beleid en beloop. Huisarts Wet 2003;46(3):133-37.
Inleiding In dit onderzoek is het vóórkomen, beleid en beloop van benigne prostaathyperplasie (BPH) in de huisartsenpraktijk onderzocht en de eventuele veranderingen hierin in de loop van de tijd.
Methode Door middel van een retrospectief cohortonderzoek werden aan de hand van dossieronderzoek in vier huisartsenpraktijken van de CMR het vóórkomen, behandeling en beloop van BPH onderzocht bij mannen bij wie in de periode van 1986 tot en met 2000 de diagnose werd gesteld.
Resultaten De incidentie van BPH bleef over de jaren ongeveer gelijk, terwijl de prevalentie steeg. Bij 56% van de patiënten voerde de huisarts een afwachtend beleid (geen medicatie of verwijzing), hij verwees 30% van de patiënten direct na het stellen van de diagnose. Uiteindelijk werd 53% van de patiënten verwezen. Van de verwezen patiënten onderging 43% een operatie. Dit kwam neer op 24% van de totale patiëntenpopulatie met BPH. Bij driekwart van de patiënten bleven de klachten stabiel in de eerste 5 jaar na het stellen van de diagnose. Een of meerdere complicaties ten gevolge van BPH traden op bij 32% van de patiënten. Huisartsen besloten vroeger minder vaak tot een afwachtend beleid dan de laatste jaren (p=0,012) en schreven de laatste jaren vaker medicatie voor dan vroeger, terwijl ze minder vaak verwezen naar de uroloog (p<0,01).
Conclusie Het lijkt erop dat patiënten de laatste jaren op jongere leeftijd met mictieklachten bij de huisarts komen. De huisarts verwijst ongeveer de helft van de patiënten met BPH naar de uroloog. Bij driekwart van de patiënten blijkt operatief ingrijpen niet nodig. De huisartsen voeren tegenwoordig vaker een afwachtend beleid, verwijzen minder vaak en schrijven juist vaker medicatie voor dan vroeger.
Literatuur
go back to reference Klomp MFL, Gercama AJ, De Jonge-Wubben JGM, Mulders AHPW, Romeijnders ACM, Rosmalen CFH, et al. NHG-Standaard Bemoeilijkte mictie bij oudere mannen (eerste herziening). Huisarts Wet 1997;40:114-24. Klomp MFL, Gercama AJ, De Jonge-Wubben JGM, Mulders AHPW, Romeijnders ACM, Rosmalen CFH, et al. NHG-Standaard Bemoeilijkte mictie bij oudere mannen (eerste herziening). Huisarts Wet 1997;40:114-24.
go back to reference Barry M, Roehrborn C. Management of benign prostatic hyperplasia. Ann Review Med 1997;48:177-89.CrossRef Barry M, Roehrborn C. Management of benign prostatic hyperplasia. Ann Review Med 1997;48:177-89.CrossRef
go back to reference Curtis Nickel J. Long-term implications of medical therapy on benign prostatic hyperplasia end points. Urology 1998;51:50-7.CrossRef Curtis Nickel J. Long-term implications of medical therapy on benign prostatic hyperplasia end points. Urology 1998;51:50-7.CrossRef
go back to reference Oesterling JE. Benign prostatic hyperplasia: medical and minimal invasive treatment options. N EngI J Med 1995;332:99-109.CrossRef Oesterling JE. Benign prostatic hyperplasia: medical and minimal invasive treatment options. N EngI J Med 1995;332:99-109.CrossRef
go back to reference Schlatmann TJM. Benigne prostaathyperplasie: aanbevelingen voor diagnostiek en behandeling anno 1992. Ned Tijdschr Geneeskd 1992; 49:2414-7. Schlatmann TJM. Benigne prostaathyperplasie: aanbevelingen voor diagnostiek en behandeling anno 1992. Ned Tijdschr Geneeskd 1992; 49:2414-7.
go back to reference Stoverinck MJM, Lagro-Janssen ALM, Van Weel C. Sex differences in health problems, diagnostic testing and referral in primary care. J Fam Practice 1996;43:567-76. Stoverinck MJM, Lagro-Janssen ALM, Van Weel C. Sex differences in health problems, diagnostic testing and referral in primary care. J Fam Practice 1996;43:567-76.
go back to reference Wille-Gussenhoven MJE, De Bock GJ, De Beer-Buijs MJM, Burgers SMTh, Buurman CMM, Evenaar M, et al. Prostate symptoms in general practice: seriousness and inconvenience. Scand J Prim Care 1997;15:39-42.CrossRef Wille-Gussenhoven MJE, De Bock GJ, De Beer-Buijs MJM, Burgers SMTh, Buurman CMM, Evenaar M, et al. Prostate symptoms in general practice: seriousness and inconvenience. Scand J Prim Care 1997;15:39-42.CrossRef
go back to reference De la Rosette JJMCH, Alivizatos G, Madersbacher S, Perachino M, Thomas D, Desgrandchamps F, et al. EAU Guidelines on benign prostatic hyperplasia. Eur Urology 2001;40:256-64.CrossRef De la Rosette JJMCH, Alivizatos G, Madersbacher S, Perachino M, Thomas D, Desgrandchamps F, et al. EAU Guidelines on benign prostatic hyperplasia. Eur Urology 2001;40:256-64.CrossRef
go back to reference Oosterhof GON, Docter PCL, Kil PJM, Knol WLR, Schreinemachers LMH, Ypma AFGVM. Medicamenteuze therapie van BPH: de rol van huisarts en uroloog. Utrecht: Nederlandse Vereniging voor Urologie Richtlijnen, 1993. Oosterhof GON, Docter PCL, Kil PJM, Knol WLR, Schreinemachers LMH, Ypma AFGVM. Medicamenteuze therapie van BPH: de rol van huisarts en uroloog. Utrecht: Nederlandse Vereniging voor Urologie Richtlijnen, 1993.
go back to reference Barry M, Roehrborn C. Benign prostatic hyperplasia. Clinical Evidence 2000;4:453-61. Barry M, Roehrborn C. Benign prostatic hyperplasia. Clinical Evidence 2000;4:453-61.
go back to reference Hansen MV, Zdanowski A. The agreement among urological experts on the diagnostic management of patients with common urological problems. Br J Urology 1997;80:787-92. Hansen MV, Zdanowski A. The agreement among urological experts on the diagnostic management of patients with common urological problems. Br J Urology 1997;80:787-92.
go back to reference Stoevelaar HJ, Van de Beek C, Casparie AF, McDonnell J, Nijs HGT. Treatment choice for benign prostatic hyperplasia: a matter of urologist preference? J Urology 1999;161:133-8.CrossRef Stoevelaar HJ, Van de Beek C, Casparie AF, McDonnell J, Nijs HGT. Treatment choice for benign prostatic hyperplasia: a matter of urologist preference? J Urology 1999;161:133-8.CrossRef
Metagegevens
Titel
Benigne prostaathyperplasie in vier huisartsenpraktijken
Vóórkomen, beleid en beloop
Auteurs
drs. DALA Dijstelbloem
drs. MA Schouten
ALM Lagro-Janssen
Publicatiedatum
01-03-2003
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
Gepubliceerd in
Huisarts en wetenschap / Uitgave 3/2003
Print ISSN: 0018-7070
Elektronisch ISSN: 1876-5912
DOI
https://doi.org/10.1007/BF03083541

Andere artikelen Uitgave 3/2003

Huisarts en wetenschap 3/2003 Naar de uitgave