Skip to main content
Top

2016 | OriginalPaper | Hoofdstuk

6 Specifiek instrumentarium en benodigdheden

Auteur : Hendries Boele

Gepubliceerd in: Traumatologie van extremiteiten en bekken

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Het volgende instrumentarium wordt gebruikt bij plaat- en schroefosteosynthese (zie paragraaf 6.1).
Vóór repositie: schoonmaken van de fractuurranden:
  • bothevels volgens Hohmann;
  • raspatorium;
  • tandartshaakje of scherpe lepel;
  • spuit met fysiologisch zout.
Bij repositie:
  • repositieklemmen volgens Weber;
  • Spaanse klemmen;
  • eentandse haken;
  • peri-articulaire repositieklem.
Bij fixatie:
  • plaat met schroeven;
  • sjabloon (template);
  • buiginstrumentarium (optioneel);
  • plaatfixatieklem volgens Verbrugge;
  • boor met boorgeleider;
  • meetinstrument;
  • tap (optioneel);
  • schroef met schroevendraaier.
Bij het inbrengen van een 4,5 mm trekschroef:
  • 4,5 mm boor met boorgeleider;
  • boorbus ‘Euromastje’ met 3,2 mm boor;
  • kopfrees;
  • meetinstrument;
  • tap (optioneel);
  • schroef met schroevendraaier.
Het volgende instrumentarium wordt gebruikt bij het introduceren van een intramedullaire pen (zie paragraaf 6.2).
Openen mergkanaal:
  • universele klauw met dikke kirschnerdraad;
  • (gecanuleerde) priem;
  • gecanuleerde boor met boorgeleider;
  • weefselbeschermer;
  • opboorset (optioneel).
Introductie pen:
  • voerdraad;
  • meetinstrument voor intramedullaire implantaten;
  • inbrenghandvat met richtbeugel;
  • hamer (optioneel).
Vergrendeling:
  • beschermhuls met boorbus en troicart;
  • (gecalibreerde) boor;
  • meetinstrument (optioneel);
  • röntgendoorlaatbare haakse booropzet;
  • grendelschroef met schroevendraaier.
Het volgende instrumentarium wordt gebruikt bij de zuggertungosteosynthese (zie paragraaf 6.3).
  • Draadvoerder;
  • cerclagedraad;
  • draadspanner met sleutel;
  • draadkniptang;
  • buigtang;
  • boorgeleider (optioneel).
In het operatieverslag wordt genoteerd welke osteosynthesematerialen zijn gebruikt (zie paragraaf 6.4).
Bij het werken met osteosynthesemateriaal draagt men doorgaans dubbele of extra dikke handschoenen in verband met handschoenperforaties (zie paragraaf 6.5).
Het verbandmateriaal bestaat uit wondpleisters en gazen, en daarnaast drukverbanden, gipsverbanden, zwachtels en mitella’s (zie paragraaf 6.6)
Metagegevens
Titel
6 Specifiek instrumentarium en benodigdheden
Auteur
Hendries Boele
Copyright
2016
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-1185-9_6