Ieder huis heef er een. Soms een antieke, met een bijzonder gevormde klopper, soms een knalgele met een elektronische bel, soms een onopvallende. Een deur waar je, als je er niemand kent, zo aan voorbij zou lopen. Soms is het heerlijk om de deur uit te gaan, soms ben je juist blij om thuis te komen, en zo af en toe wordt diezelfde deur met een boze klap dichtgeslagen.