Skip to main content
Top

2008 | OriginalPaper | Hoofdstuk

Stimulerende middelen: tabak

Auteurs : Dr. Marc C. Willemsen, Drs. Andrée J. van Emst

Gepubliceerd in: Drugs en alcohol; Gebruik, misbruik en verslaving

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Het gebruik van tabak als genotsmiddel kent een lange geschiedenis. De tabaksplant komt uit Noord- en Midden-Amerika, waar de oorspronkelijke bewoners al enkele eeuwen voor onze jaartelling bekend waren met de psychoactieve eigenschappen ervan. Eind vijftiende eeuw introduceerden ontdekkingsreizigers de plant in Europa, aanvankelijk vooral in Spanje. Nadat ook Engelsen in Noord-Amerika in contact kwamen met rokende indianen, werd het roken van tabak in brede kring populair in Noord-Europa. Aanvankelijk werd tabak gepruimd en ook wel gesnoven of met behulp van een pijp gerookt. In de loop van de zeventiende eeuw werd tabak een gewild handelsproduct en raakte het via de overzeese scheepvaart bekend in de rest van de wereld. In 1614 waren er alleen al in Londen meer dan zevenduizend verkooppunten van tabak (Haustein, 2001). In 1828 ontdekten chemicihet farmacologisch actieve alkaloïde dat de naam nicotine kreeg. Met de uitvinding van de sigarettenmachine in 1881 kwam de grootschalige productie van fabriekssigaretten op gang. Tabaksgebruik nam in de twintigste eeuw epidemische vormen aan.

Metagegevens
Titel
Stimulerende middelen: tabak
Auteurs
Dr. Marc C. Willemsen
Drs. Andrée J. van Emst
Copyright
2008
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-6554-8_6