In een Australisch onderzoek is gekeken naar verschillen in spierfunctie en spiersamenstelling in de onderste extremiteit bij hardlopers met en zonder mediaal tibiaal stresssyndroom. Met behulp van onder meer echografie werden die verschillen aangetroffen. Met alleen het meten van de onderbeenomtrek werden deze verschillen niet waargenomen.
Mediaal tibiaal stresssyndroom (MTSS) is een veelvoorkomende sportaandoening. Een beter begrip van hoe de spiersamenstelling van het onderbeen bij MTSS verschilt met asymptomatische controles en is van belang voor behandeling of preventie.
Onderzoek zonder onderbreking sport
Een Australische studie richtte zich op het vinden van verschillen in spiersamenstelling bij hardlopers met en zonder MTSS te bepalen, zonder dat sportactiviteit gestaakt wordt. 11 deelnemers met MTSS, waarvan 9 met bilaterale klachten, en 11 controles waren in het onderzoek geïncludeerd. De spierdikte en dwarsdoorsnede werd gemeten middels echografie.
Spierdikte en dwarsdoorsnede
Hardlopers met MTSS vertoonden een significant kleinere m. flexor hallucis longus-dwarsdoorsnede (FHL-dwarsdoorsnede), een kleinere soleus-dikte, maar een grotere gastrocnemius laterale-dikte (GL-dikte) dan de controlegroep. Dit verschil in de onderbeenspieren was niet terug te zien in de onderbeenomtrek. Deze resultaten suggereren dat, hoewel de soleus-dikte en FHL-dwarsdoorsnede lager zijn in de MTSS-groep, dit waarschijnlijk wordt gecompenseerd door een dikkere GL. Enkel de onderbeenomtrek meten is dus niet voldoende om conclusies te trekken over veranderingen in spiersamenstelling.
Er werden geen significante verschillende gevonden in m. flexor digitorum longus-dikte (FDL-dikte) en -dwarsdoornede, FHL-dikte, gastrocnemius mediale-dikte, peroneus-dikte en dwarsdoorsnede en tibialis anterior-dikte (TA-dikte) en dwarsdoornede tussen beide groepen.
Maximale vrijwillige isometrische contractie en uithoudingsvermogen plantairflexoren enkel
Vergeleken met de controlegroep vertoonden de MTSS-groep een matige tot grote effectgrootte voor significante tekorten in de maximale vrijwillige isometrische contractie (MVIC) van de FHL, peroneus, soleus en tibialis anterior (TA). Geen verschil werd gevonden in de FDL en gastrocnemius.
Verder werd een grote effectgrootte gevonden in de MTSS-groep die een statistisch significant tekort vertoonden in het uithoudingsvermogen van de plantairflexoren van de enkel, waarbij ze gemiddeld 56% minder hielverhogingen voltooiden in vergelijking met controledeelnemers.
Oorzaak of gevolg?
Het cross-sectionele onderzoeksontwerp verhindert de onderzoekers echter om te bepalen of verschillen tussen de groepen een oorzaak of een gevolg waren van MTTS.
Een mogelijke verklaring voor de lagere kracht bij MTSS-deelnemers kan te wijten zijn aan pijn en bijbehorende neuromusculaire aanpassingen. Een zwakkere soleus, gecombineerd met een dikkere GL, zouden compenserende strategieën kunnen zijn om soleus-tractie op het scheenbeen te verminderen.
De veranderingen in spiersamenstelling kunnen echter ook een oorzaak zijn. Gezien het positieve tibiale buigmoment dat in het sagittale vlak wordt gegenereerd door de plantairflexoren van de enkel, kunnen zwakkere plantairflexoren met een kleiner uithoudingsvermogen MTSS-symptomatische deelnemers minder in staat stellen om een negatief tibiaal buigmoment tegen te gaan. De soleus is vooral belangrijk bij het moduleren van het negatieve tibiale buigmoment, maar ook de FHL kan hier weerstand aan bieden.
Voetstatiek
Ook de voetstatiek speelt mogelijk een rol. Volgens eerdere studies speelt overpronatie tijdens hardlopen een rol bij het ontwikkelen van MTSS, aangezien hiermee de tractie op de tibia toeneemt door endorotatie van de tibia. Ook de grotere grondreactiekrachten kunnen zorgen voor een hogere belasting op de tibia. De FHL en TA helpen bij het regelen van de hoogte van de mediale longitudinale boog en verminderen de grondreactiekrachten tijdens de standfase van het lopen.
Of het verschil in spiersamenstelling een oorzaak of gevolg is van MTSS blijft onduidelijk. Het zou echter de trage hersteltijd van MTSS kunnen verklaren, omdat personen die proberen hun trainingsbelasting te verhogen, minder goed bestand zouden zijn tegen het negatieve tibiale buigmoment.
De klinische implicaties van deze bevindingen suggereren dat revalidatieprotocollen voor MTSS-symptomatische personen gericht moeten zijn op het verbeteren van de kracht van de flexor hallucis longus, soleus, tibialis anterior en peroneale spieren, samen met het uithoudingsvermogen van de plantaire flexor van de enkel.
Wilt u het besproken artikel nalezen?
Mattock, J., Steele, J.R. and Mickle, K.J. Lower leg muscle structure and function are altered in long-distance runners with medial tibial stress syndrome: a case control study. Journal of Foot and Ankle Research 14(1) (2021) 1-8.
https://doi.org/10.1186/s13047-021-00485-5