Het begint met struikelen. Daarna laat zijn geheugen hem geregeld in de steek. Ook dat hij steeds minder geuren ruikt, zou een signaal moeten zijn. Maar pas als Henk Blanken niet alleen over stoeptegels valt, maar ook over woorden en letters, als hij zijn linkerhand moeilijk stil kan houden en steeds langzamer gaat lopen, vermoedt hij dat er iets aan de hand is.