Skip to main content
Top

14-12-2015 | Fysiotherapie | Nieuws

Chronische pijn is te verlichten door beweging

Tekst: Frank van Wijck | Beeld: Fotolia

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail
insite
ZOEKEN

Neurowetenschapper Ben van Cranenburgh van de stichting ITON, Instituut voor toegepaste neurowetenschappen, spreekt op donderdag 17 december tijdens de live web-tv uitzending Chronische pijn over de nieuwe inzichten op dit gebied. Die bieden interessante perspectieven voor de fysiotherapeut.


Chronische pijn wordt in het traditionele medische denken geassocieerd met weefselschade, en als die niet zichtbaar gemaakt kan worden, wordt die toch verondersteld of worden de klachten “psychisch” genoemd. ‘Met deze aanname schiet de patiënt niets op’, stelt Van Cranenburgh. ‘Die krijgt dan bijvoorbeeld het stempel fibromyalgie, maar daarmee komt hij geen stap verder. Hetzelfde geldt bij chronische hoofdpijn. Er bestaan heel veel vormen van hoofdpijn, met ieder een eigen benaming. Echter, het probleem benoemen is helaas niet hetzelfde als het probleem begrijpen en adequaat behandelen. Vandaar dat het belangrijk is voor behandelaars om oog te hebben voor het nieuwe inzicht dat chronische pijn niet gekoppeld hoeft te zijn aan weefselschade. Pijn is lang niet altijd het gevolg van een letsel of aandoening, maar kan ook op zich staan. De pijn kan ook worden veroorzaakt door verandering van het neurale pijnsysteem. Dit systeem is plastisch en kan dus anders zijn bij iemand die bijvoorbeeld een oorlogsverleden heeft, is mishandeld of die veel medische ingrepen heeft ondergaan. Het systeem kan door dergelijke oorzaken (over)gevoelig worden (men spreekt van “sensitisatie”) of beschadigd raken, bijvoorbeeld door een CVA. In dergelijke gevallen spreken we van neurogene of neuropathische pijn: geen weefselschade, maar een veranderd systeem (in de alarmmetafoor: geen inbraak, maar defect alarmsysteem).’

Cognitieve factoren

Een belangrijk inzicht, dat gestaafd kan worden door vele interessante onderzoekingen, is dat het pijnsysteem ook beïnvloed wordt door ideeën, verwachtingen en aandacht, dat wil zeggen cognitieve factoren. Soms is het “denken over de rug” belangrijker dan de rug zelf. Patiënten kunnen negatieve of positieve verwachtingen hebben van een therapie. Dat blijkt een sterke invloed te hebben op het effect van een behandeling: placebo- en nocebo-effecten zijn een realiteit.

Andere benadering
Deze nieuwe inzichten bieden perspectieven voor een andere benadering van chronische pijn, waarin fysiotherapeuten ook een belangrijke rol kunnen spelen. ‘Behandelaren moeten beseffen dat er een moment komt waarop ze moeten ophouden met zoeken naar weefselschade’, zegt Van Cranenburgh. ‘Ook de manueel therapeut moet niet op de rug gefixeerd blijven. Het is belangrijk de pijn op een andere manier in kaart te brengen en te analyseren: niet alleen eventuele oorzaken, maar ook doelen, gevolgen van pijn, het denken over pijn en manieren van coping. Dat levert nieuwe aangrijpingspunten voor manieren van behandeling. We zitten nu nog te veel vast in een wereld van pillengeneeskunde en zenuwblokkades. Dat werkt helaas vaak niet bij de patiënt met chronische pijn. We zijn tot het inzicht gekomen dat er talrijke, niet-medische manieren van beïnvloeding van pijn mogelijk zijn. Zo kunnen bijvoorbeeld beweging en een actieve leefstijl pijndempend werken en dit betekent dat de fysiotherapeut een duidelijke rol kan spelen voor patiënten met chronische pijn: een rol als coach bij het veranderen van de leefstijl.’

Pijn en beweging

‘Soms krijgen de hersenen geen of minder input vanuit bewegende lichaamsdelen, bijvoorbeeld bij een zittend beroep of bestaan, bij immobilisatie (arm in gips) of bij een verlamming. Het komt vaak voor dat iemand een arm niet meer durft te bewegen vanwege angst voor weefselschade of voor pijn. Op het verlies van input reageren hersenneuronen met een toename van hun gevoeligheid: de neuronen gaan als het ware “op jacht” naar informatie en dat manifesteert zich in meer pijn. Hetzelfde geldt bij veel zenuwaandoeningen. “Op de bank gaan liggen” is dus niet altijd de beste remedie. Het brein is dan “met zijn pijn alleen” en heeft niets anders om zich mee bezig te houden. De fysiotherapeut heeft ook een educatieve functie en kan de patiënt uitleggen dat beweging de gevoeligheid van het pijnsysteem weer doet afnemen. Zo kan die patiënt uit zijn bewegingsangst worden gehaald.’

Beeld: Fotolia

Tip

Web-tv Chronische pijn – nieuwe inzichten, betere aanpak
Live te volgen op donderdag 17 december van 20.30-22 uur

In de web-tv-uitzending geven dr. Ben van Cranenburgh en dr. Frits Winter vanuit een eigen invalshoek praktische adviezen en antwoord op vragen over chronische pijn.

  • Traditionele denkwijzen en aanpak van chronische pijn
  • Welke aanpak werkt en welke niet
  • De ontwikkelingen in de toekomst
  • Accreditatie: 2 punten in aanvraag registers Algemeen fysiotherapeut en Manueel therapeut | Duur: ongeveer 2 uur

Hoe wilt u deze web-tv uitzending bekijken?

Datum live uitzending: 17 december 2015 van 20.30-22 uur

De web-tv is gratis voor fysiotherapeuten met een abonnement op BSL Fysiotherapeut Totaal. Ga voor meer informatie over de web-tv-uitzending naar Web-tv Chronische pijn – nieuwe inzichten, betere aanpak.

Nieuw verschenen boek

Het boek Segmentale verschijnselen biedt een heldere en overzichtelijke inleiding bij de segmentale diagnostiek en therapie. Het boek gaat daarnaast specifiek in op reflexsymptomen. Auteur: Ben van Cranenburgh.

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Onze productaanbevelingen

BSL Fysiotherapeut Totaal

Zoekt u casuïstiek over nekklachten of wilt u meer weten over lage rugpijn? Met dit online abonnement kunt u uw vakkennis optimaal bijhouden en uitbreiden. U krijgt toegang tot een groot aantal fysiotherapieboeken en geaccrediteerde online nascholing, zoals e-learnings en web-tv's.