Functieverlies is een frequent probleem onder ouderen vóór, tijdens en na een ziekenhuisopname. Een van de belangrijkste oorzaken voor het functieverlies is dat patiënten – veelal zonder medische noodzaak – vóór de ziekenhuisopname inactiever worden en tijdens een verblijf in het ziekenhuis 80% van de tijd in bed liggen.
Deze fysieke inactiviteit leidt tot een significant verlies van functies van de skeletspieren, namelijk kracht, uithoudingsvermogen en neuromusculaire aansturing. Ook de fysiologische stress na een operatie is een belangrijke oorzaak van het functieverlies van de patiënt. Deze stressreactie rond een operatie omvat een breed scala aan fysiologische effecten die hart-, long- en spierfuncties en neuromusculaire functies nadelig beïnvloeden.
De genoemde fenomenen leiden tot een hoger risico op postoperatieve complicaties, hogere mortaliteit, een langere opnameduur of heropnames, een langdurig en vaak zelfs permanent verlies van zelfredzaamheid en lichamelijke activiteiten uit het dagelijks leven (adl), en hogere zorgkosten. De figuur geeft grafisch weer dat de preoperatieve conditie en functionele status – dat wil zeggen: de mate waarin de patiënt adl kan uitvoeren – van invloed zijn op de postoperatieve conditie en functionele status van de patiënt.
(…)
Samenvatting
- Functieverlies vóór, tijdens en na een grote operatie is een frequent probleem onder ouderen. Een van de belangrijkste oorzaken is inactiviteit van de patiënt. Pre- en postoperatieve therapeutische training zou de nadelige gevolgen van een ziekenhuisopname wegens een grote operatie kunnen terugdringen of zelfs voorkómen.
- Er zijn aanwijzingen dat het preoperatief trainen van patiënten – vooral fragiele patiënten – vóór een hart-, buik- of thoraxoperatie of gewrichtsvervangende operatie veilig, effectief en doelmatig is. De effectiviteit van de preoperatieve training is alleen voor hartoperaties wetenschappelijk vastgesteld.
- Preventief trainen voor buik- en thoraxoperaties en gewrichtsvervangende operaties lijkt eveneens effectief, op voorwaarde dat deze wordt aangeboden aan hoogrisicopatiënten.
- Postoperatieve klinische revalidatie moet vroegtijdig beginnen, bij voorkeur binnen 4 h na de operatie.
- Vervolgstudies naar de effectiviteit van perioperatieve training dienen zich te richten op adequate selectie van hoogrisicopatiënten en de evaluatie van hoogintensieve trainingsinterventies.
Auteurs: Jordi Elings, Thomas J. Hoogeboom, Jaap J. Dronkers, Erik H.J. Hulzebos en Nico L.U. van Meeteren
Lees het gehele artikel in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde (NTvG), dd. 19 januari 2015.
Bron: Ned Tijdschr Geneeskd. 2015;159:A7860
Beeld: PicScout
Meer artikelen over fysiotherapie: Algemeen, Geriatriefysiotherapie of Ziekenhuisfysiotherapie.