De Botter

Het is al broeierig warm als Sandra het terrein van De Haven opkomt voor een vroege dienst. Ze werkt als groepshoofd in een tehuis voor verstandelijk gehandicapten. De Haven is een grote woonvoorziening, die naast een centraal gelegen gebouw bestaat uit losse paviljoens met een woonfunctie. Sandra werkt met een groep jong volwassenen die functioneren op een midden tot hoog niveau. Het paviljoen waar de groep woont, heet De Botter.

De leefgroep De Botter staat in de instelling bekend als een ‘dynamische’ groep. De groepsleden zijn jong volwassenen en het ontwikkelingsniveau varieert van midden tot hoog niveau. Het is een gemengde groep en bestaat, na de verhuizing van Rebecca, uit een meisje en vijf jongens. Naast epilepsie doen zich communicatie- en gedragsproblemen voor, waardoor het accent in de zorg komt te liggen op intensieve begeleiding.

De Botter is een leefgroep van jong volwassenen. Alle groepsleden hebben een verstandelijke handicap. Bij een aantal groepsleden doen zich gedragsproblemen voor. Deze groep woont in een huis dat ligt op een instellingsterrein voor verstandelijk gehandicapten.

Sandra noemt het tweede agendapunt, het regelmatig sneuvelen van het serviesgoed. Bij conflicten wordt er door Cheriel en Henk nog al eens gegooid. Sandra stelt voor over te gaan op onbreekbaar spul.

’s Middags, wanneer Rebecca met haar ouders is vertrokken, is er een teambespreking. Ze hebben het eerst nog even over Rebecca. Femke, een tweedejaars leerling, heeft het er erg moeilijk mee. Aarzelend vertelt ze het zelf ook moeilijk te vinden om haar eigen weg te gaan. Ze komt uit een zeer gelovig en beschermd milieu. Ze had het er moeilijk mee wanneer Rebecca en Jeroen naast haar op de bank zaten te zoenen, ze begreep niet dat niemand er wat van zei. Klaas, normaal een zeer evenwichtige, rustige collega, zegt nogal kortaf: “Ach ja, zo zie je maar weer, als je even buiten je eigen kring komt, zie je nog eens wat van de wereld.” De spanning is te snijden. David schenkt nog eens koffie in en zegt: “Zullen we dit onderwerp even laten rusten, ik denk dat we allemaal wat uit ons doen zijn.” David is de werkbegeleider van Femke. Hij zegt dat hij er op een rustiger moment nog eens met haar over zal praten.

Vlak voor het eten pakt Emiel de avondmedicatie en deelt deze uit als iedereen aan tafel zit. ’s Middags heeft hij deze met de middagploeg al uitgezet en nagekeken.

Cheriel is een zeer bedrijvig meisje, dat duidelijke grenzen nodig heeft. Ze doet de groepsleiding vaak na wat nog wel eens spanningen geeft bij de andere bewoners. Ze slaat direct een arm om Jeroen heen en zegt: “Jeroen, zal ik anders je vriendin worden?”

Soms is er iets op het terrein dat Kees bang maakt. Dan blijft hij stofstijf staan en gromt hij boos. Als je dan niet snel genoeg zorgt dat je Kees op de grond legt en zijn armen op de grond drukt, bijt hij zijn hele hand stuk. Zijn hand is al verschillende keren gehecht.

Wakker wordend met een kop koffie leest Sandra het nachtrapport. Er moet van alles gebeuren: daar waar nodig helpen met wassen, aankleden en het eten. Joachim en Henk moeten op tijd naar de sociale werkplaats en Kees wordt verwacht op de dagbesteding.

Johanna en Karel, een vrijwilliger die ’s avonds nogal eens komt helpen sinds hij in de WAO is geraakt vanwege een hernia, zullen er ook zijn.

Als Emiel de telefoon heeft ophangen en Jeroen net de koffiepot op tafel wil zetten, pakt Bart boos de afstandbediening af van Cheriel. Hij stoot daarbij tegen Jeroen aan, die de pot laat vallen. De koffie vliegt overal overheen, ook over het been van Henk. Die gilt het uit van de pijn. Cheriel gilt dat Bart de afstandbediening moet teruggeven. Bart rent de tuin in door de openslaande deuren naar buiten. Emiel rent er achteraan en schreeuwt tegen Bart.

Wakker wordend met een kop koffie leest ze het nachtrapport.

Het botste steeds meer tussen de ouders van Rebecca en de groepsleiding over de normen en waarden die in de groep gebruikelijk waren. Rebecca leek daar nogal onzeker van te worden.

Herlees de ‘Oriëntatie op de casus’ en beantwoord de vragen om erachter te komen of je kijk op de verstandelijk gehandicaptenzorg door deze leertaken is veranderd en of je in het team van De Botter als verzorgende zou kunnen functioneren.