“Ik ben het rare mannetje Sjeufke, in een met kaarsvet bedropen pak, met een ongelukkige jeugd achter de rug en onaangepast gedrag. In die rol ga ik met steeds wisselende groepen – alweer zeven jaar zo’n vier keer per maand – op zoek naar ‘het geheim’ in een Valkenburgse grot. Dat doe ik naast mijn vijfdaagse werkweek als ambulant hulpverlener van drop-outjongeren.