Skip to main content
Top

2008 | mbo verpleegkundige/niveau 4 | Boek

Basiskennis schei- en natuurkunde

Auteur: M. Zwamborn

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

insite
ZOEKEN

Over dit boek

Wat gebeurt er als een patiënt verschillende geneesmiddelen tegelijkertijd gebruikt? Waarom moet de assistente doorwerken als een gipsafdruk van een gebit wordt gemaakt? En waarom bij een zwangerschapstest juist even geduld hebben en de handelingen in de juiste volgorde uitvoeren?Om de processen achter deze handelingen te begrijpen en beroepsvaardigheden goed te kunnen uitvoeren, is kennis van natuur– en scheikunde onontbeerlijk. Basiskennis schei– en natuurkunde behandelt de basiskennis die elke dokters–, apothekers en tandartsassistent in opleiding nodig heeft. De assistente leert om deze kennis toe te passen in de beroepspraktijk, bijvoorbeeld de vaardigheid 'bereiden' voor apothekersassistenten, bloeddrukmeting en laboratoriumbepalingen bij doktersassistenten en het maken van röntgenfoto's of gipsafdrukken in de tandartsenpraktijk.Basiskennis schei– en natuurkunde is geschikt voor het vergroten en opfrissen van scheikunde en natuurkunde kennis. Alle voorbeelden komen zoveel mogelijk uit de dagelijkse praktijk van apothekers–, dokters– en tandartsassistenten. Aan het eind van ieder hoofdstuk staan vragen en uitwerkingen.

Inhoudsopgave

Voorwerk
1. Stoffen
Samenvatting
Water is vloeibaar en hout is hard. Van katoen kun je kleren maken, maar met papier lukt dat niet zo goed. Zuurstof heb je nodig om te leven en paracetamol zorgt ervoor dat hoofdpijn verdwijnt.
M. Zwamborn
2. Soorten stoffen
Samenvatting
Alle stoffen in de natuur zijn opgebouwd uit atomen. Er zijn stoffen die uit één soort atomen bestaan, die noemen we elementen. Voorbeelden zijn zuurstof, broom, zwavel, aluminium. Zuurstof is een gas, broom is een vloeistof, zwavel en aluminium zijn vaste stoffen (bij kamertemperatuur).
M. Zwamborn
3. Natuurkundig gedrag van stoffen
Samenvatting
Alle processen waarbij de moleculen zichzelf blijven, noemen we natuurkundige of fysische processen. Bij natuurkundige processen veranderen de eigenschappen van een stof niet. Ook de deeltjes waaruit de stof is opgebouwd, veranderen niet.
M. Zwamborn
4. Scheikundig gedrag van stoffen
Samenvatting
Suiker smelt bij voorzichtig verwarmen, het wordt dan vloeibaar. Bij afkoelen stolt de suiker weer. Dit is natuurkundig gedrag. Bij iets minder voorzichtig verwarmen gebeurt er echter wat anders. De vloeibare suiker verkleurt, wordt bruin en krijgt een doordringende weeë zoete geur.
M. Zwamborn
Nawerk
Meer informatie
Titel
Basiskennis schei- en natuurkunde
Auteur
M. Zwamborn
Copyright
2008
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
Elektronisch ISBN
978-90-313-6289-9
Print ISBN
978-90-313-5193-0
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-6289-9