Skip to main content
Top

2008 | OriginalPaper | Hoofdstuk

4 Vroegtijdige belasting bij volledige edentatie

Auteur : C. Malevez

Gepubliceerd in: Immediate belasting van orale implantaten

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

De traditionele benadering, die voor enossale implantaten een belastingsvrije inheling adviseert van drie maanden voor de symfyseregio van de onderkaak en zes maanden voor de bovenkaak en de distale regio’s van de onderkaak, blijft nog steeds actueel (Brånemark, 2005).
Voetnoten
1
Bij rehabilitatie van de bovenkaak wordt over het algemeen geadviseerd zes implantaten te plaatsen, hoewel bij uitgestelde belasting plaatsing van vier implantaten voldoende lijkt te zijn (Brånemark et al., 1995).
 
2
Bij rehabilitatie van de onderkaak zijn vier implantaten, geplaatst in de interforaminale zone, voldoende voor de vervaardiging van een implantaatgedragen brug van twaalf elementen.
 
3
Men mag niet vergeten dat de botkam van een edentate onderkaak een anteroposterieure inclinatie heeft, dit in tegenstelling tot een dentate kam. Dit is te wijten aan een geleidelijke botresorptie, veroorzaakt door het verlies van de tanden.
 
4
Er lijkt inderdaad een significant verschil te bestaan tussen een conventionele brug uit goud en een brug op de Procera®-structuur (Takahashi & Gunne, 2003).
Het slagingspercentage van de implantaten blijkt echter bij volledig edentate patiënten bij de techniek van uitgestelde belasting, zelfs bij het gebruik van de Procera Implant Bridge®, hoger te liggen dan bij de rehabilitatie in één fase, ook wanneer het verschil statistisch niet significant is (Östman et al., 2005). De hogere incidentie van falen bij vroegtijdige belasting wordt geweten aan occlusale overbelasting.
 
Metagegevens
Titel
4 Vroegtijdige belasting bij volledige edentatie
Auteur
C. Malevez
Copyright
2008
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-313-6580-7_5