Samenvatting
Dit hoofdstuk is niet lang, maar er worden enkele voor de huisarts erg belangrijke aandoeningen besproken. Het kwantitatieve belang ligt niet zozeer in de incidentiecijfers (zie de tabellen 4.1.1 en 4.1.2), maar in de prevalentiecijfers: in de rangorde van rubrieken naar frequentie van voorkomen bezetten de aandoeningen uit dit hoofdstuk een tweede plaats, na de aandoeningen van de tractus circulatorius. Het gaat in dit hoofdstuk onder andere om adipositas, vetstofwisselingsstoornissen en diabetes. Vooral het aantal bekende gevallen is aanzienlijk en de behandeling en controle van deze patiënten vragen veel aandacht in de huisartspraktijk. Voor de huisarts zijn vooral zorginhoudelijke aspecten van belang: adipositas, vetstofwisselingsstoornissen en diabetes mellitus (en dat geldt ook voor hypertensie) komen vaak in combinatie voor; het zijn belangrijke risicofactoren voor het optreden van met name hart- en vaatziekten; zoals comorbiditeit bij allerlei aandoeningen compliceren zij de behandeling en beïnvloeden de prognose daarvan in ongunstige zin. De huisarts ziet deze drie, samen met hypertensie, dan ook meer als risico- indicatoren dan als ‘ziekten’; het noteren ervan in de probleemlijsten van patiënten is essentieel.