01-11-2014 | Onderzoek
Zelfmanagementsupport bij volwassenen met astma
Auteurs:
dr. Jiska Snoeck-Stroband, Johanna van Gaalen, Thijs Beerthuizen, Victor van der Meer, Moira Bakker, Patricia van Reisen, Willemijn Redelijkheid, Jacob Sont
Gepubliceerd in:
Huisarts en wetenschap
|
Uitgave 11/2014
Log in om toegang te krijgen
Samenvatting
Snoeck-Stroband JB, Van Gaalen JL, Beerthuizen T, Van der Meer V, Bakker MJ, Van Reisen PAJ, et al., voor de SMASHING (Self-Management in Asthma Supported by Hospitals, ICT, Nurses and General practitioners) Studiegroep. Zelfmanagementsupport bij volwassenen met astma. Huisarts Wet 2014;57(11):572–5.
Achtergrond
Langetermijnmanagement van astma blijft in de praktijk achter bij de doelen die de internationale richtlijnen daarvoor stellen. Het gebruik van internet lijkt aantrekkelijk als ondersteuning van zelfmanagement bij astma. In een recent multicentrumonderzoek met een pragmatische gecontroleerde parallelle opzet en een follow-upduur van een jaar hebben we patiënten gerandomiseerd voor zelfmanagement via internetondersteuning (ZIN-groep) of alleen gebruikelijke zorg (GZ). ZIN-ondersteuning stopte na twaalf maanden follow-up automatisch. Dit onderzoek liet zien dat met ZIN-ondersteuning de astmagerelateerde kwaliteit van leven verbeterde, evenals de astmacontrole, de longfunctie en het aantal symptoomvrije dagen, vergeleken met de gebruikelijke zorg. ZIN-ondersteuning was gebaseerd op belangrijke onderdelen voor effectief zelfmanagement en omvatte wekelijkse monitoring van astmacontrole en behandeladviezen, diverse modules voor online-informatievoorziening en communicatie met een longverpleegkundige. Het doel van het huidige onderzoek is om het langetermijneffect te bepalen van het eenjarige zelfmanagementprogramma via internet en dat te vergelijken met dat van de gebruikelijke zorg.
Methode
We hebben in 2009 tweehonderd volwassenen met de diagnose astma (minimaal drie maanden inhalatiecorticosteroïden in het voorafgaande jaar) van 37 huisartsenpraktijken en 1 academisch centrum uitgenodigd voor deelname aan een vervolgonderzoek gedurende 1,5 jaar na het beëindigen van het onderzoek. Honderdzeven patiënten (60 GZ- en 47 ZIN-groep) hebben de Asthma Control Questionnaire (ACQ) en de Asthma Quality of Life Questionnaire (AQLQ) ingevuld.
Resultaten
Dertig maanden na baseline vonden we in de ZIN-groep een persisterende en significante verbetering van astmagerelateerde kwaliteit van leven van 0,29 (95%-BI 0,01 tot 0,57) en astmacontrole van –0,33 (95%-BI –0,61 tot –0,05), vergeleken met gebruikelijke zorg. We vonden geen verschillen voor de dosering van inhalatiecorticosteroïden en longfunctie (geforceerd expiratoir volume in 1 seconde (FEV1)).
Conclusie
Verbeteringen in astmagerelateerde kwaliteit van leven en astmacontrole blijven behouden bij patiënten die gedurende een jaar gebruik hebben gemaakt van zelfmanagementondersteuning via internet, zelfs tot anderhalf jaar nadat ze de ondersteuning hadden beëindigd. Toekomstig onderzoek zou zich moeten richten op het op brede schaal implementeren van zelfmanagementondersteuning binnen de huidige astmazorg.