2016 | OriginalPaper | Hoofdstuk
Voeding en kanker
Gepubliceerd in: Voedingsleer
Uit diverse wetenschappelijke studies komen steeds dezelfde factoren naar voren die de kans op kanker verhogen, zoals: alcohol, hoger lichaamsvetpercentage, eten van rood vlees, voorbewerkt vlees en vleeswaren (rund, varken, schaap), hoger buikvetpercentage, eten van zout en gezouten voeding, veelvuldig eten van te heet gefrituurd voedsel, en de stof acrylamide (onder meer in chips) (zie paragraaf 11.2).Tips ter voorkoming van kanker: matig met alcohol, niet te veel rood vlees (varken, rund, geit, schaap), voldoende groente en fruit, geen aangebrande, donker gefrituurde levensmiddelen en voedsel met zwarte randjes, matig zoutgebruik, matig gebruik van producten zoals chips en frites die relatief veel acrylamide bevatten, niet roken, half uur bewegen per dag, overgewicht voorkomen (zie paragraaf 11.3).Veel kankerpatiënten krijgen te maken met gewichtsverlies waardoor ondervoeding kan ontstaan. In dat geval wordt een energie- en eiwitverrijkt dieet gegeven (zie paragraaf 11.4).Chemo- en radiotherapie kunnen specifieke klachten veroorzaken, zoals een droge en/of pijnlijke mond, darmkrampen, obstipatie en misselijkheid. Tips bij chemo- en radiotherapie: kleine maaltijden, voldoende drinken, etensgeuren vermijden, de tanden goed blijven poetsen. Bij weerstand tegen warm voedsel: koude gerechten nemen. Bij een pijnlijke mond en keel: vermijden van scherpe kruiden, zuur, zout, zoet en alcohol. IJskoud voedsel en ijsblokjes verminderen de pijn. Bij misselijkheid: niet drinken tijdens het eten, maar ervoor of erna. Bij een droge mond: drinken bij het eten, veel jus en saus gebruiken en het brood wat dikker besmeren. Bij veel slijmvorming: melkproducten vermijden en slijmoplossende voedingsmiddelen nemen, zoals koolzuurhoudende dranken, ananassap en donker bier (zie paragraaf 11.4).Bij een beenmergtransplantatie wordt het immuunsysteem tijdelijk platgelegd om te voorkomen dat de getransplanteerde cellen worden afgestoten. De patiënt loopt dan makkelijk een infectie op en moet kiemarme voeding gebruiken. Dat wil zeggen geen voedingsmiddelen gebruiken die een vrij hoog percentage ziektekiemen kunnen bevatten (zie paragraaf 11.6).Naast de reguliere voedingsadviezen zijn er alternatieve diëten voor kankerpatiënten, zoals het Moermandieet en het Dr. Houtsmullerdieet. Daarvan is de werking niet wetenschappelijk is aangetoond (zie paragraaf 11.7).