Skip to main content
Top

2023 | OriginalPaper | Hoofdstuk

23. Vaatchirurgie

Auteurs : Dr. M. Boon, Drs. J. van Schaik, Dr. J. van der Vorst

Gepubliceerd in: Handboek PACU

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

Vaatchirurgische patiënten krijgen bovengemiddeld vaak te maken met postoperatieve complicaties, zoals myocardschade en nierinsufficiëntie. Dit wordt mede bepaald door de uitgebreidheid van de chirurgie en de frequente cardiovasculaire comorbiditeiten van de patiënten. Bovendien zorgt autonome disregulatie, al dan niet versterkt door bloedverlies en een systemische inflammatoire reactie veroorzaakt door ischemie als gevolg van afklemmen van grote arteriën, vaak voor hemodynamische instabiliteit in de per- en postoperatieve fase. Het is van belang hemodynamische excessen zoveel mogelijk te voorkomen om het risico op complicaties zo klein mogelijk te houden. Mede om deze redenen is er de laatste jaren een verplaatsing van open, naar endovasculaire procedures, die minder invasief zijn en gepaard gaan met minder directe postoperatieve problemen. Endovasculaire ingrepen hebben echter naast voordelen ook nadelen die vaak specifieke aandacht vereisen.
Literatuur
go back to reference Al-Hashimi, M. et al. (2013). Anaesthesia for elective open abdominal aortic aneurysm repair, Continuing Education in Anaesthesia Critical Care & Pain, 13,(6), 208–21. Al-Hashimi, M. et al. (2013). Anaesthesia for elective open abdominal aortic aneurysm repair, Continuing Education in Anaesthesia Critical Care & Pain, 13,(6), 208–21.
go back to reference Halvorsen, S., et al. (2022). 2022 ESC Guidelines on cardiovascular assessment and management of patients undergoing non-cardiac surgery. European heart journal, 43(39), 3826–3924.CrossRefPubMed Halvorsen, S., et al. (2022). 2022 ESC Guidelines on cardiovascular assessment and management of patients undergoing non-cardiac surgery. European heart journal43(39), 3826–3924.CrossRefPubMed
go back to reference Hiratzka, L.F., et al. (2010). 2010 ACCF/AHA/AATS/ACR/ASA/SCA/SCAI/SIR/STS/SVM guidelines for the diagnosis and management of patients with Thoracic Aortic Disease: (…). Circulation, 121(13), e266-e369. Hiratzka, L.F., et al. (2010). 2010 ACCF/AHA/AATS/ACR/ASA/SCA/SCAI/SIR/STS/SVM guidelines for the diagnosis and management of patients with Thoracic Aortic Disease: (…). Circulation121(13), e266-e369.
go back to reference Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie, (2014) Richtlijn Neuraxisblokkade en Antistolling; Inclusief: perifere zenuw en interventionele pijntechnieken. FMS. Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie, (2014) Richtlijn Neuraxisblokkade en Antistolling; Inclusief: perifere zenuw en interventionele pijntechnieken. FMS.
go back to reference Nelson, P. & Bustillo, M. (2021). Anesthesia for Carotid Endarterectomy, Angioplasty, and Stent. Anesthesiology clinics, 39(1), 37–51.CrossRefPubMed Nelson, P. & Bustillo, M. (2021). Anesthesia for Carotid Endarterectomy, Angioplasty, and Stent. Anesthesiology clinics39(1), 37–51.CrossRefPubMed
Metagegevens
Titel
Vaatchirurgie
Auteurs
Dr. M. Boon
Drs. J. van Schaik
Dr. J. van der Vorst
Copyright
2023
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-2843-7_23