Skip to main content
Top

2023 | OriginalPaper | Hoofdstuk

11. Ureters: anatomie en pathologie

Auteurs : Maaike van Tol, Hendries Boele

Gepubliceerd in: Urologische chirurgie

Uitgeverij: Bohn Stafleu van Loghum

share
DELEN

Deel dit onderdeel of sectie (kopieer de link)

  • Optie A:
    Klik op de rechtermuisknop op de link en selecteer de optie “linkadres kopiëren”
  • Optie B:
    Deel de link per e-mail

Samenvatting

De beide ureters lopen vanaf het pyelum langs de wervelkolom, retroperitoneaal, naar de blaas. Ter hoogte van het kleine bekken lopen ze voor de arteria en vena iliaca langs en monden achter/onder in de blaas uit. Het lumen van het pyelum en de ureters is bekleed met overgangsepitheel. Rondom deze epitheellaag bevindt zich glad spierweefsel. Dit spierweefsel kan peristaltische bewegingen uitvoeren, waardoor de urine in de richting van de blaas wordt getransporteerd. Er bestaan verschillende afwijkingen van de ureters, zowel congenitaal als verworven. Een verdubbeling van de ureter is een congenitale afwijking, maar ook een ureterovesicale stenose en een vesico-ureterale reflux horen tot die eerste groep. Twee voorbeelden van verworven aandoeningen zijn de aanwezigheid van ureterstenen of van een urotheelcelcarcinoom. Verwondingen aan de ureter zijn vaak iatrogeen en worden gezien bij operaties aan de onderbuik. Ureterletsel als gevolg van een stomp buiktrauma komt zelden geïsoleerd voor.
Metagegevens
Titel
Ureters: anatomie en pathologie
Auteurs
Maaike van Tol
Hendries Boele
Copyright
2023
Uitgeverij
Bohn Stafleu van Loghum
DOI
https://doi.org/10.1007/978-90-368-2886-4_11